Hoofdstuk 16

647 51 6
                                    


Gilan stond zonder te knipperen het landschap in zich op te nemen, en werd daar ruw in verstoord door een ijzingwekkende gil links van hem. Toen hij zich omdraaide, zag hij op de plek waar Carly een minuut geleden nog had gestaan alleen maar afgebroken grond. Hij begreep al snel wat er gebeurd moest zijn en liet zich op zijn buik vallen. Hij zag een graaiende hand, en greep hem vast. Een smak was duidelijk te horen, en hij kon alleen maar hopen dat Carly niet al te veel letsel had. Bloed uitspugend keek ze omhoog. Vers bloed liep uit een wond op haar voorhoofd in haar ogen. Gilan schrok zich dood van een paar handen bij zijn benen. 'Ik heb je, Gil,' hoorde hij Jonathan zeggen.
Wetend dat hij nu niet zo snel van de rand zou vallen, stak hij ook zijn andere hand uit om de andere pols te pakken. Door al het zweet wat in zijn ogen liep zag hij niks meer, en hij moest op de tast op zoek naar Carly's linkerpols. Ja, daar was hij! 'Ik heb haar,' schreeuwde hij naar achteren. 'Trek!'
Met alle kracht die ze hadden, begonnen ze het meisje omhoog te trekken. Heel langzaam voelde ze haar lichaam omhoog komen. Gelukkig weegt ze niet zoveel, dacht Gilan. Opeens sneed weer zo'n ijzingwekkende gil door de lucht. De jongens begrepen niet waarom ze Carly's lichaam niet verder omhoog kregen, en trokken nog harder. Carly gilde nog harder.

Gilan voelde per minuut meer zweet op zijn handen lopen, en was bang dat zijn handen vroeg of laat uit die van Carly zouden glippen. En ja, het onvermijdelijke gebeurde. Langzaam gleden hun handen uit elkaar. Gilan zag hoe Carly haar ogen dicht deed, niet in staat te zien wat zou gaan gebeuren. Gilan wilde schreeuwen, maar er kwam geen geluid uit zijn keel. Hij wilde haar achterna, maar dan zou hij alleen maar zijn eigen einde tegemoet vallen. Hij drukte zijn gezicht diep in de aarde, en bonkte luid met zijn vuist op de grond. Een luide knak vertelde hem dat Carly's, nu levenloze, lichaam gestopt was met vallen. Hij voelde tranen opwellen in zijn ogen, en liet ze de vrije loop. Carly was er niet meer. Zijn beste en enige vriendin op deze aarde was dood, en dat was allemaal zijn schuld. Hij, Gilan, had niet genoeg kracht om haar vast te houden op het moment dat ze hem het meest nodig had. 'Gilan,' hoorde hij zachtjes. Toen hij niet reageerde, klonk het nog een keer luider: 'Gilan!' Een hand schudde hem heen en weer, maar hij reageerde nog steeds niet. Toen hij door begon te krijgen dat de persoon niet op zou geven, keek hij op. Zijn gezicht was bleek met rode vlekken en bedekt met aarde, zijn ogen rood omrand. Jonathans gezicht stond vol hoop, hoop die hij niet gepast vond op zo'n moment als dit.

Jonathan wees de diepte in. 'Kijk,' zei hij. Zijn ogen stonden zo hoopvol dat Gilan het niet over zijn hart kon krijgen om niet te kijken. Zijn ogen gleden naar de afgebroken rand steeds verder naar beneden. Langs de plek waar Carly haar hoofd had gestoten, makkelijk te herkennen aan de bloedvlekken op de stenen. Steeds verder naar beneden, totdat ze het lichaam bereikten. Het eerste wat hij zag, was haar been. Het lag in een onnatuurlijke hoek, en zelfs van deze afstand was te zien dat het op meerdere plaatsen gebroken moest zijn. Hij begreep nu waarom ze haar niet verder omhoog hadden kunnen krijgen. Het moest tijdens haar val ergens in zijn blijven haken, en het was nu losgekomen. Hij wist dat dit niet was waar de Jagers leerling naast hem zo enthousiast over was. Hij dwong zijn ogen om verder langs haar lichaam te glijden. Haar gezicht was witter dan normaal, en haar ogen gesloten. Ze zag er net zo uit als ze sliep, bedacht Gilan zich en voelde een steek in zijn hart. Als ze er zo bij lag, zag je pas goed hoe knap ze eigenlijk was en leek ze ook jonger dan haar vijftien jaar.
Hij staarde wel minstens een minuut naar haar lichaam, de langste van zijn leven. Toen zag hij het opeens. Eerst durfde hij het niet te geloven en pas toen hij het een paar keer had zien gebeuren, durfde hij zichzelf toe te staan om een klein sprankje hoop te voelen. Haar borst bewoog namelijk nog heel langzaam op en neer. Met glimmende ogen keken de jongens elkaar aan. 'Ze leeft nog,' bracht Gilan uiteindelijk uit.

                                          >>>------>                                            <------<<<

De Grijze Jager, De Leerlinge Uit Gallica (gaat herschreven worden)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu