Met slaperige hoofden gaan we aan het ontbijt zitten. Of eerder gezegd: een brunch. Mark zit naar me te grijnzen en ik haal onzeker een hand door mijn haar. “Wat zit jullie haar leuk.” Ik bloos. Ik zie er namelijk werkelijk niet uit. Mijn krullen staan alle kanten op en er zit nog een randje make-up onder mijn ogen. Dat is dus een reden waarom ik nooit make-up draag. Yentl schopt Mark onder de tafel. “Alsof jij er zelf zo lekker uit ziet!” zegt ze rollend met haar ogen. “Dankjewel! Ik weet dat ik er lekker uit zie, maar ik vind het fijn dat je het nog even bevestigt.” Ze steekt haar tong uit. Goh, heerlijk volwassen dit. “El, wil jij thee?” vraagt Yentl, terwijl ze op staat om voor zichzelf thee te maken. Ik knik. “Lekker.” Mark rekt zich uit en stoot met zijn voeten tegen mijn benen aan. Er schiet een tinteling door mijn lijf en ik begin weer te blozen. Waarom geeft hij mij dit gevoel? “Wil jij ook een broodje?” vraagt hij doodnormaal alsof er net niks gebeurd is. Ik knik en hij begint het broodje open te snijden. “Waar zijn pap, mam en Lynn?” vraagt Yentl vanuit de keuken. Ze zit op het aanrecht te wachten totdat het water kookt. “Lynn had een wedstrijd volgens mij en pa en ma zijn mee. Hoezo? Mis je ze?” Mark legt het broodje op mijn bord en ik begin het te smeren. “Nee, jij?” Hij schudt zijn hoofd. “Ook niet en anders heb ik jullie altijd nog om te irriteren.” Ik begin te lachen. Hij trekt zachtjes aan een van mijn krullen. “Valt er iets te lachen, kleintje.” zegt hij plagend. Ik negeer het en neem een hap van mijn broodje met kaas. Yentl komt zuchtend naast me zitten en zet een kop thee voor mijn neus neer. “Werkelijk. El, wees blij dat je geen broer hebt, want als je zo’n irritante als deze jongen hier tegenover je had, wenste je dat je geen broer had.” Mark brengt zijn handen naar zijn hart en doet alsof hij diepgeraakt is. “Ah joh, stel je niet aan, mietje.” zegt ze grinnikend. Mark kijkt me met zijn heldergroene ogen aan en grijpt naar mijn hand. “Zeg me alsjeblieft dat er een winkel bestaat waar je zusjes kan omruilen. Kan jij niet mijn zusje worden?’’ zegt hij dramatisch. Ik schud overtuigd mijn hoofd. Absoluut niet dat Mark ooit mijn broer gaat worden, want je kan toch niet verliefd zijn op je broer? Precies, dit idiote plan heeft dus geen kans van slagen.
Het is maandagochtend en ik sta voor Yentl’s huis te wachten totdat ze naar buiten komt. Een nieuwe schoolweek is weer aangebroken en ik verlang nu alweer naar het volgende weekend. Ik kan niet wachten totdat het vakantie is. Er waait een warm briesje tegen mijn huid en dat geeft me een typisch zomergevoel, alleen jammer dat we naar school toe moeten. Er komt een hoop lawaai uit de garage en even later volgt een tierende Yentl. “Het kan ook nooit normaal gaan hè!” Ze komt de garage uitgelopen en wijst naar de ravage binnen. Er is een hele rij fietsen omgevallen en ik begin te lachen. “Dat is echt hun eigen schud. Wie bouwt er dan ook mijn fiets in.” Ze stapt op de fiets en we fietsen richting school. “Je was weer te laat...” begin ik. “Ja en jij hebt weer een lange broek met een saai shirtje aan en nota bene je mooie haar in een staart. Daar zeg ik toch ook niks van.” gaat Yentl ertegenin. “Ja, maar…” sputter ik tegen. “Niks, ja maar. Zo lang jij mijn kledingadvies niet aan neemt, kom ik niet op tijd.” Ze kijkt me met een voldane grijns op haar gezicht aan. “Dat is vals, Yen, dat weet jij ook.” Ze haalt haar schouders op. “Dus. Misschien is het leuk als jij je haren gewoon lekker losgooit en een leuke outfit van mij leent of leuke outfits met mij gaat shoppen…” Ik schud met mijn hoofd. “Nee, Yen. Klaar.” De school komt in zicht en ik begin nog wat sneller te fietsen. Zodra we op school zijn, vormen we toch ons eigen groepje. “El, kom op. Gooi alleen je haar los. Je hebt echt haar om jaloers op te zijn.” probeert ze nog een keer. Ik houd steevast vol. Ik wil me niet zo makkelijk om laten praten. “Oh ja, Mark vond je er zaterdag ook heel leuk uit zien.” Alsjeblieft zeg, dit is echt te laag. Ze moet wel heel hopeloos zijn dat ze zelfs haar broer er bij haalt. Ik weet en ik voel dat mijn wangen langzaam roodkleuren. Ze heeft me precies weten te bespelen zodat ik toegeef. Ik draai mijn hoofd van haar af, zodat ze niet ziet dat ik rood ben geworden, en zet mijn fiets in de fietsenstalling. “Is dat een ja?” Ik schud heftig mijn hoofd. “Waarom word je dan rood?” Ze komt voor me staan met een grijns van hier tot Tokyo. “Kijk, al had je je haar nou los gehangen, had je je rode hoofd kunnen verbergen.” Haar ogen twinkelen van de pret en ik steek mijn tong naar haar uit. “Yen, je bent echt heel gemeen.” Ze komt om mijn nek hangen. “Dus is dat een ja?” “Dat zeg ik niet…” “Jawel, je kunt het toch niet van me winnen. Kom, we gaan vanmiddag shoppen.” Ik zucht. “Yen, ik zeg toch nee.” We lopen de school binnen en gaan allebei naar ons kluisje. “Ik beloof het je dat je het leuk gaat vinden.” Ik treuzel met mijn boeken in mijn kluisje leggen en Yentl komt naast mijn kluisje leunen tegen de andere kluisjes. “Maar ik heb morgen een heel belangrijke toets.” Dit was echt mijn laatste troef om niet mee te hoeven. Ik haal de overbodige boeken uit mijn tas en stop ze in mijn kluisje, daarna draai ik hem op slot en stop het sleuteltje in mijn tas. “En jij wilt zeggen dat je die nog helemaal moet leren. Lieverd, jou kennende, heb je die toets al lang en breed geleerd.” Ze heeft gelijk. Ik ben al sinds vorig weekend bezig met leren. “Maar…” Ze rolt met haar ogen. “Smoesjes zijn op.” Ik grinnik. “Oké, ik ga mee.” Haar armen vliegen om mijn hals. “Yes! El, je gaat het echt heel leuk vinden, beloofd.” Hoe blij kan je zijn? Dan grijpt ze snel naar mijn elastiekje en trekt het uit mijn haar. Ze draait zich om en loopt triomfantelijk met het elastiekje naar de prullenbak. “Yen, idioot! Waarom doe je dat?” Ik grijp naar mijn haar en probeer het op een of andere manier vast te maken. Dit is echt niet grappig. Mijn haar staat nu alle kanten op en straks lacht iedereen me uit. “Kom je, straks komen we nog te laat in de les. Je haar zit leuk trouwens.” Yentl trekt me mee en is overduidelijk in haar sas. Oh, wat haat ik haar. “Kom, ik wil nog even mijn lepel zien.” We beginnen allebei te lachen. God, wat houd ik van haar.
Overal hangen korte jurkjes, shorts en shirts die ik normaal nooit zou dragen. Het past gewoon niet bij mij. Klaar. Daarnaast zijn deze kleren allemaal in zulke minuscuul kleine maatjes dat ik het toch nooit pas. Deze kleding is allemaal op maat van uitgehongerde modellen gemaakt en voor mensen met het figuur zoals Yentl. Ik pas daar dus nevernooit in met mijn… tja niet zo florissante figuur. “El, deze moet je echt eens passen, hij staat vast geweldig!” Ik kijk benauwd naar het jurkje. Ja, hij zou Yentl vast geweldig staan, maar haar staat gewoonweg alles geweldig. “Daar pas ik toch nooit in.” sis ik in haar oor. “Lieve schat, je hebt dezelfde maat als ik en ik pas er ook in. Dus waar wacht je nog op? Kom mee.” Ze sleurt me naar de pashokjes en neemt onderweg nog van alles mee. “Yen, ik ben geen miljonair, even dat je het weet. Hoe denk je dat ik dat allemaal ga betalen?” Oké, dit is nog een van mijn excuses, want mijn ouders betalen al mijn kleding. Ik hoef alleen even te bellen en mijn vader maakt zo het nodige geld over naar mijn rekening. Best handig dus, alleen hoefde ik er nooit gebruik van te maken, want zoveel winkel ik niet. Eigenlijk winkel ik nooit. “Hoe staat hij?” Yentl steekt haar hoofd om het gordijn en ik kijk benauwd de winkel in. “Doe dat gordijn dicht, mafketel. Niet iedereen hoeft me zo te zien!” Ze rolt met haar ogen. “Lieve schat. Je hebt je ondergoed toch aan en iedereen mag dat prachtige figuur nou eindelijk wel van je zien. Stop er mee met het verstoppen ervan. Je hebt een lijf waar vele meiden jaloers op kunnen zijn.” Ik bloos ervan. “Yen, doe dat gordijn nou maar dicht.” Ze doet het gordijn weer dicht en nog geen seconde later begint ze weer te praten. “Heb je hem nou al aan?” “Yen!” “Sorry, maar ik ben gewoon zo nieuwsgierig.” Ik grinnik. Enthousiaste stuiterbal die ze toch ook is. Ik staar in de spiegel en zie mezelf onzeker met het jurkje in mijn handen staan. Op hoop van zegen. Ik stap in het jurkje en doe mijn ogen dicht. Langzaam trek ik het omhoog over mijn heupen. Oh, dat ging best makkelijk. Dan trek ik hem helemaal omhoog en rits de rits dicht. “Yen. Ik heb hem aan. Het is afschuwelijk hè?” Ik heb mijn ogen nog steeds stijf dichtgeknepen. Met een ruk wordt het gordijn opengetrokken en het blijft voor de rest een lange tijd stil. “Yen?” “Gekke vork. Het staat je echt prachtig. Kijk nou maar.” Voorzichtig open ik mijn ogen en kijk naar mezelf in de spiegel. Oké… het kan er op zich wel mee door. “Het is wel oké?” zeg ik vragend. “Nou volgens mij is het best wel iets heel veel meer dan oké.” Ik bekijk mezelf nog eens goed. Misschien heeft ze wel gelijk en staat het me wel goed. Ik knik. “Nou op naar de volgende outfit.” zegt Yentl enthousiast. Waarom ook niet? Kom maar door.
JE LEEST
Een klein stukje terug
RomanceTiener zijn is niet makkelijk, dat ontdekken Yentl, Lars, Elle, Ruben en ook Milan. Vijf totaal verschillende mensen, maar ergens ook hetzelfde. Maak kennis met deze vijf en ontdek wat hun band is. Zo is Yentl een spontane en populaire blondie, de b...