We zitten inmiddels in volgende les. Nederlands was grappig, maar aan de andere kant ook enorm saai. Nu zitten we bij wiskunde en ik kan mijn hoofd er maar niet bij houden. Waarschijnlijk zou je mijn hersens kunnen horen kraken. In Yentl’s ratelbui had ze het over Mark en dat hij weer een vriendin heeft. Nu ik er zo over nadenk, krijg ik een lichte steek in mijn borstkas. Mark heeft een ander. Niet dat we iets hadden, maar ik dacht dat hij me leuk vond. Ik vind hem ontzettend leuk en het doet pijn bij de gedachte dat hij met een ander zoent, een ander plaagt of met een ander praat. “El, wat heb jij hier?” Yentl’s vraag haalt me uit mijn gedachte. “Waar?” Ik kijk in haar boek. “Oh nee, wacht. Laat maar, ik snap het al. Ik dacht veels te ingewikkeld.” Ze gaat weer verder met pennen en het stoom komt zowat uit haar oren zo hard zit ze te werken. Yentl is een echte wiskundefreak en snapt alles enorm goed. Ze loopt daarom meestal ruim een paragraaf voor. “Yen, daar ben ik nog niet eens.” Ze haalt haar schouders op en kijkt van haar schrift op. “Het had toch gekund dat je het snapte.” Dat had niet gekund en dat weet ze. Ik vind wiskunde lastig. Het duurt meestal een tijdje voordat ik snap waar ik nou eigenlijk mee bezig ben. Waar was ik ook alweer? Oh ja, Mark. Er ontsnapt een diepe zucht mijn mond. Hoe kan een jongen zo leuk en zo onbereikbaar zijn? Ik weet dat het nooit iets kan worden, maar dat maakt mijn gevoelens voor hem er niet minder op. Yentl geeft me een por tegen mijn arm, waardoor mijn hoofd van mijn hand af valt. “Wilde je soms ook in je tussenuur hier zitten?” Ze zegt het met een lach. Ik kijk haar schaapachtig aan en zie dat de hele klas aan het opruimen is en opstaat om weg te gaan. “De bel is al gegaan dromelotje.” Ze stopt haar spullen in haar tas en ik volg haar voorbeeld. Zwijgend rits ik mijn tas dicht en hang de rugzak aan één kant van mijn rug. Yentl kletst aan één stuk door en ik maak instemmende geluidjes, maar eigenlijk luister ik totaal niet. Ik denk weer aan Mark en zijn leuke opmerkingen en schattige kuiltjes in zijn wangen wanneer hij lacht.
We lopen de drukke aula in en Yentl loopt naar het groepje waar ze altijd bij zit, de populaire. Ook Lars gaat daar bij zitten en ik draai me om. Weet je wat, ik ga wel naar de mediatheek. Huiswerk maken of zo. “Elle, kom anders bij ons zitten?” Ik draai me om en kijk Lars aan. Meende hij dat serieus of was het weer één van zijn flauwe grappen? Yentl klopt enthousiast op de stoel naast zich en schuift een stukje naar Lars toe. De rest kijkt me nieuwsgierig aan, maar wanneer ik ga zitten, is iedereen al weer in gesprek. Een meisje met lang blond haar en veel make-up op haar gezicht kijkt me verveeld aan en neemt me nauwlettend in zich op. Volgens mij heet ze Esmee of zoiets dergelijks. Ongemakkelijk schuif ik op mijn stoel heen en weer. Lars en Yentl zijn druk in discussie en ook de rest is met elkaar bezig. Alleen Esmee, ik heb haar voor het gemak even omgedoopt tot Esmee, kijkt me aan als een koe met modder op haar gezicht geplamuurd. Ze zit ook haar kauwgom te kauwen als een koe die aan het herkauwen is. Esmee de Koe, ha, die ga ik aan Yentl vertellen straks. Ik wend mijn ogen van haar af en probeer het gesprek van lepel en Yen te volgen. “Ik vind dat echt niet kunnen hoor.” zegt Yentl dan. Wat niet kunnen? Ik trek mijn wenkbrauw op. Oké, ik heb iets gemist. Ik haal mijn broodtrommel uit mijn tas en haal er een tomaatje uit. “Elle. Wat vind jij ervan?” vraagt Lars. Yentl kijkt me net als Lars aan en ik haal mijn schouders op. “Ik heb werkelijk geen idee waar het over gaat dus ik kan er niks van vinden.” Ik pak het volgende tomaatje en stop het in mijn mond. “Nou kijk. Daar verder op,” Yentl wappert met haar hand in de richting waar ik moet kijken, “dat stelletje daar zit heel de tijd te kleffen en ik vind dat eigenlijk niet kunnen. Ik bedoel het bederft mijn eetlust, snap je? Lars zegt dat hij dat wel vindt kunnen.” Lars knikt en haalt zijn schouders op. “Als ik mijn vriendin wil zoenen, dan kan dat toch gewoon wanneer ik dat wil. Eigenlijk is het gewoon een teken van jaloezie, dat weet je wel hè, schatje.” Hij eindigt zijn zin door Yentl een kus te geven. Ik trek mijn neus op. Yentl heeft helemaal gelijk. Het bederft je eetlust. Ik draai mijn hoofd weg en pak een komkommertje om in mijn mond te stoppen. “Yen, je hebt gelijk.” zeg ik wanneer ze uitgelepeld zijn. Euforisch gooit ze haar armen in de lucht. “Ik word kotsmisselijk als ik jullie zie zoenen.” gooi ik er achteraan. Ze geeft me een por in mijn zij. “Dat is gemeen El.” Ik steek mijn tong naar haar uit en begin met het eten van mijn boterham met kaas en komkommer. “Van jaloezie ja.” zegt Lars lachend. De rest lach met hem mee, behalve Yentl, want die zendt Lars een boze blik. Ik glimlach vaag en concentreer me op mijn lunch. Dat was echt niet aardig van Lars. “Heb je ooit een vriendje gehad?” Esmee kijkt me aan met een gemene lach op haar gezicht. De trut. Ik zwijg. Dat hoeft zij echt niet te weten. Ze begint te lachen en een andere barbiepop begint te lachen als een paard, hinniken dus. “Dat vat ik op als een nee. Ach wat schattig. Het nerdje is nog maagd.” Ik voel mijn wangen gloeien en de tranen lopen in mijn ogen. Dat is echt zo onaardig. Ik heb de neiging om op te staan en weg te rennen, maar ik slik dapper de brok in mijn keel weg en krijg mijn emoties onder controle. Daarom ging ik dus nooit bij Yentl en het populaire kliekje zitten. Het zijn allemaal valse katten die maar aan één ding kunnen denken, jongens en hun uiterlijk. Correctie, twee dingen. “En jij Esmee, heb jij ooit een vriendje gehad?” Yentl spreekt Esmee’s naam uit alsof het een rottend stuk groente is en haar ogen stralen puur woede uit. Esmee wordt langzaam rood. “Dat gaat je niks aan.” snauwt ze. “Ach hoe schattig? Ze wordt boos. Dat vat ik dus op als een nee en jullie weten wat dat betekent hè jongens? De poederdoos is nog maagd.” imiteert Yentl Esmee’s stem. Ik kan een giechel net onderdrukken. Ha, die zit! Dat krijg je ervan stomme trut. Esmee gooit haar blonde haren over haar schouder en staat dan op. “Kom Charèl, we gaan weg hier.” Ze trekt Charèl aan haar arm en gehoorzaam staat Charèl op. “Denk maar niet dat jullie nog bij ons mogen zitten hoor!” sist Esmee tegen ons. “Oeh, dat willen we natuurlijk ook zo graag.” zegt Lars sarcastisch. Esmee snuift van woede en rolt met haar ogen. “Laten we gaan.” Ze knipt in haar vingers en loopt dan de aula uit met Charèl op de voet volgend. Wanneer die twee weg zijn begint de rest te lachen. Ik probeer te glimlachen, maar het lukt niet. Wat een trutten, wat een rotdag! Alles lijkt wel verkeerd te gaan. “Trek het je niet aan.” Iemand legt een hand op mijn arm en ik kijk in twee lieve, lichtbruine ogen. “Esmee is een poederdoos met weinig inhoud, want dat smeert ze allemaal op haar gezicht en Charèl is gewoon een domme volgeling. Die twee zijn helemaal niks vergeleken jou. Ze zijn gewoon jaloers.” zegt Fleur. Ze zit volgens mijn in 5 havo en ik heb nooit echt met haar gesproken. De jongen naast haar knikt bevestigend en slaat zijn arm om haar heen. “Fleur heeft gelijk. Ik ben trouwens Bart.” Hij steekt zijn hand naar me uit en ik pak hem vast. Het is een warme, stevige hand. Ik wil dat mijn vriend ook zulke handen heeft. Er komt een glimlach op mijn gezicht tevoorschijn. “Nu je er anders uit ziet, ben je een concurrente geworden, want je ziet er èn leuk uit èn je bent slim. Dat hebben niet veel mensen tegenwoordig.” vervolgt Bart zijn verhaal. Ik bloos. “Eh… dank je.” De rest begint te lachen. “Het is zo Elle.” beaamt een andere jongen. Ook Lars zit te knikken en Yentl glimlacht.“Zit je nou zo maar in het bijzijn van mij te flirten?” vraagt Fleur quasiboos. Bart schudt zijn hoofd en geeft haar een kus op haar mond. “Ik zou niet durven.” Fleur begint te lachen. “Grapjas.” Ze knijpt hem in zijn gespierde arm. “Hij is trouwens van mij, dus je moet je geen rare dingen in je hoofd halen. Anders weet ik je te vinden.” zegt ze tegen mij en even heb ik het gevoel dat ze toch niet zo lief is als ze eruit ziet, maar dat ze stiekem een massamoordenaar is. Dan begint ze te lachen. “Nee hoor, El. Ik maak maar een grapje. Nou ja, hij is wel mijn vriendje.” zegt ze glimlachend en ik kan zien dat ze trots is op het feit dat Bart haar vriend is. Ze zijn ook enorm schattig samen, dat kan niemand ontkennen. Ik wend me naar Yentl toe en ik vorm met mijn mond de woorden ‘dank je wel’. Ze glimlacht naar me. “Het is goed, El.” Ik omhels haar. “Ik houd van je, Yen.” fluister ik in haar oor. “Ik ook van jou, gek wijf.”
JE LEEST
Een klein stukje terug
RomanceTiener zijn is niet makkelijk, dat ontdekken Yentl, Lars, Elle, Ruben en ook Milan. Vijf totaal verschillende mensen, maar ergens ook hetzelfde. Maak kennis met deze vijf en ontdek wat hun band is. Zo is Yentl een spontane en populaire blondie, de b...