Anders dan anders

8 2 0
                                    


Ondanks mijn bijna onbedwingbare nieuwsgierigheid naar de verstopte doos, word ik als ik de kamer binnenloop vooral door het uitzicht getrokken. Het raam staat open en een zachte wind waait naar binnen. De zee en het strand glinsteren onder het licht van de maan. Hij ziet er haast onwerkelijk uit, als een schilderij. De beweging van de golven is het enige teken dat dit reel is. Net als een paar dagen geleden beneemt dit sprookjesachtige uitzicht mij de adem en nu ik meer weet over de bewoner van die huis, denk ik met weemoed aan een jong meisje dat vast hier uren uit het raam naar de zee heeft zitten staren en dromen. Je kunt niet een kamer als deze hebben en het uitzicht negeren. Ik zou dag en nacht eraan gekluisterd zijn en van alles erbij fantaseren. Toch is deze kamer niet altijd een gelukkige plek geweest . Als dit, zoals wij het vermoeden, de kamer was van de Belle's jongere zus, kan ik me alleen maar proberen voor te stellen wat een verdriet zij moet hebben gehad toen haar grote zus die zij vast aanbad en nadeed uit haar leven op brute wijze werd gerukt. Wat een drama voor dit gezin. Hoe kom je ooit eroverheen als een geliefde zus of dochter van je wordt weggenomen en er daarna nooit meer over gesproken wordt? Hoe ga je door het leven en wat voor littekens laat zo'n gebeurtenis achter? Ik voel een golf van verdriet en meeleven over me heen komen en ben meer dan ooit vastberaden om de volgende puzzelstukjes te vinden en in elkaar te laten passen tot het totale beeld duidelijk wordt. Ik probeer dit als een uurtje escape room te zien. Alles is hier en ligt binnen handbereik om te kunnen achterhalen wat er gebeurd is. Wij moeten alleen aandachtig kijken.

"Gaat het wel?", hoor ik Stef met een bezorgde stem vragen als hij mij verstijfd en in gedachten gezonken voor het raam ziet staan.

"Ja, prima, ik moest even aan C. denken, aan wat zij heeft meegemaakt en wat voor impact dat moet hebben gehad op haar jonge geest"

"En wat voor mens is zij geworden? Dat vroeg ik mij ook net af. Ik denk niet dat zij in deze kamer terug is gekomen. Het lijkt niet alsof iemand erin leeft"

Ik loop naar het plek waar de houten planken loskomen en begin ze een voor een weg te halen. Het is eronder aardedonker. Ik wil net vragen of Stef met zijn telefoon ernaar wil schijnen als hij met een kleine zaklampje aan komt zetten. Ik kijk hem verwonderd aan.

"Ja, niet slecht he, voor de kwaadaardigste man van een galaxy far far away"

"Inderdaad, ik wist niet dat Darth Vader padvinder was geweest toen hij nog bij het lichte kant van de force zat!"

"Zie je al wat?"

"Een beetje, maar nu sta jij mij in de weg. Is dat je lievelingszaklamp? Koester je fijne herinneringen eraan?"

"Niet bijzonder, hoezo?"

"Omdat het mij handiger lijkt als wij het in het gat laten vallen, schijnend richting de doos. Dan kan ik verder zoeken, maar ik weet niet of ik hem daarna weer goed kan pakken. Je bent het mogelijk voorgoed kwijt. Kun je ermee leven, kwaadaardige meneer?"

"Ik kan je niet verzekeren dat ik er bovenop kom, maar ik offer mijn verstandelijke gezondheid er graag voor op"

Hij laat het lampje los en ik zie gelijk de doos verschijnen. Stef staat op om mij de ruimte te geven en ik hoor hem door de kamer lopen. Ik kan de doos veel makkelijker pakken dan de eerste keer.

"Volgens mij heeft iemand anders eraan gezeten. Hij staat nu veel dichterbij, ik kan hem zo aanraken".

Ik laat de doos over de grond glijden en ik pak hem vast. Het is niet een heel grote doos. Ik voel de koude metal en haal het tevoorschijn.

"Hebbes!!!", roep ik met een kreet van vreugde, en voordat ik weer omhoog kniel grijp ik nog even snel het lampje.

"Ik ook!!!", echoot Stef

31 oktoberWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu