The Marauders (one-shots)

De Sorteerhoed

James

'Potter, James!'
Met zelfverzekerde stappen liep ik richting de Sorteerhoed.
Ik ging op de kruk zitten en een professor zetten hem op mijn hoofd.

'Puur bloed...' begon de hoed.

'Jij komt uit een grote familie.
Je bent dapper en sterk, maar ik een tikkeltje arrogant...' zei de hoed.
'Geen twijfel mogelijk...
Griffoendor!'

Sirius

'Black, Sirius!'
Een beetje zenuwachtig liep ik op de hoed af.
Ik wist niet goed wat ik wilde.
De ene kant zei dat ik naar Zwadderich moest. Mijn hele familie zit bij Zwadderich.
Maar het liefste wilde ik naar Griffoendor, met die jongen die ik ontmoet heb ik de trein.
Hij werd net ook in Griffoendor gesorteerd.

'Mmm...' begon de hoed denkend.
Ik heb al veel Blacks ingedeeld.
En allemaal bij Zwadderich...'

Ja hoor. Daar was het al. Ik ging sowieso naar Zwadderich.

'Maar ik voel iets anders bij jou...je bent trouw en dapper...'
Ik verstijfde.
'Griffoendor!' riep hij toen.
Ik wist eerst niet wat ik moest doen. Vanuit de Zwadderich tafel zag ik mijn nichtjes hoofdschuddend zitten.
Maar toen besloot ik zelfverzekerd naar de Griffoendor tafel te lopen.
En ging naast James Potter zitten

Remus

'Lupin, Remus!'
Ik haalde nog een keer diep adem en liep toen naar voren.

'Interessant...ik heb nog nooit een weerwolf ingedeeld.'
Ik schrok. Ik werd koud van binnen. Wist niet wat ik moest doen. Maar doen bedacht ik me dat niemand het gehoord had.

'Zet me maar bij Ravenklauw.
Ik weet dat ik slim ben en van boeken houd.'

De hoed dacht na.
'De jongen die ik in de trein zag, zei ook dat ik maar naar Ravenklauw moest gaan.'

'Met zo'n uitstraling? Ik dacht het niet.
Griffoendor!'

Peter

'Pettigrew, Peter!'
Terwijl ik op mijn lip beet, liep ik naar de hoed.
'Zeg het eens...' begon hij terwijl hij op mijn hoofd gleed.
'Waar denk jij dat je thuis hoort?' vroeg hij.
Ik dacht na. Ik had eigelijk geen idee.

'Ik heb drie aardige jongens in de trein ontmoet. Zij zitten in Griffoendor. Ik wil ook wel graag naar Griffoendor,' zei ik toen.

De hoed leek even na te denken.
'Griffoendor!' riep hij toen.
Opgelucht haalde ik adem.
Ik liep naar de tafel en ging bij de drie jongen van de trein zitten.