Na de aanslag

443 27 2
                                    

"Ik kom je halen. Ik beloof het." Het is nu drie dagen na de aanslag van Eruditie op Zelfverloochening en Caleb is me nog niet komen halen, zoals hij me beloofd heeft. Dat kunnen een paar dingen betekenen.

Éen: hij is dood.

Twéé: hij leeft nog en wil me niet komen halen. (omdat hij me zat is?)

Drié: hij leeft nog, maar hij heeft geen tijd om me te komen halen of het lukt hem niet om hierheen te komen.

Dit lijstje heb ik in mijn hoofd, en ik moet zeggen dat nummer één en twéé me bijzonder veel pijn doen. Mijn hart verlangt naar hem. Waar is hij? Waarom is hij nog niet teruggekomen?

'Is het nu nog niet duidelijk?' zegt Evy geïrriteerd als ik om me heen blijf kijken in de kantine. Na de aanslag is elke aspirant meteen toegelaten tot Eruditie, zonder nog een laatste test te maken. Ze hebben het ons mooi gebracht: Zelfverloochening is de oorzaak van dit alles en Eruditie kon niet anders dan ze in toom proberen te houden. Maar de Zelfverloochenaars gingen te ver en Eruditie deed alles om ze tegen te houden. Oh, en de Onverschrokkenen hebben ook meegewerkt aan het plan. Ons is verteld dat zij ook mee wilden helpen aan het verbeteren van de wereld, maar ik weet wel beter.

In deze drie dagen heb ik constant onderzoek gedaan naar de aanslag. Via via ben ik bij bestanden gekomen die ik niet had mogen zien. Zo ben ik erachter gekomen dat de Onverschrokkenen het aanvalsserum ingespoten hebben gekregen en dus niet wisten wat ze deden. Arme Will, misschien is hij nu wel een moordenaar.. Ik weet het, ik moest niet meer aan Will denken. Maar ik weet zeker dat hij niemand wil vermoorden, zo is de Will die ik ken niet. Maar ken ik hem eigenlijk nog wel?

Hij kruipt steeds verder in mijn hoofd en nu Caleb er niet is om hem weg te halen, wordt het steeds erger. Maar goed, ik ben er dus ook achter gekomen dat Caleb's zusje, Beatrice Prior, niet op het serum reageerde omdat ze Afwijkend is. Dat betekent dat je niet geschikt bent voor één bepaalde factie, maar voor meerdere. Wist Caleb dat? Zo ja, waarom heeft hij het me niet verteld? Ik heb de beelden gezien en ik vind het verschrikkelijk, maar ik had hem kunnen helpen. We hadden het samen kunnen doen.

Was de echte reden dat ik niet mee mocht omdat hij niet wilde dat ik gewond zou raken? Misschien wilde hij gewoon van me af. Als hij echt om me geeft, zou hij wel teruggekomen zijn. Dus of hij is dood, of hij wil me gewoon niet komen halen. Optie drie van mijn lijstje valt dus weg. Gaf hij wel echt net zoveel om mij als ik om hem? Ik dacht het te zien in zijn ogen, maar zelfs toen hij weg ging, toen hij wíst dat hij dood zou kunnen gaan.. heeft hij niet tegen me gezegd dat hij van me hield. Waarom niet?

Omdat hij niet van me hield? Ik hou wel van hem, nog steeds, ook al is hij misschien dood. En ik weet ook precies waarom ik dat niet tegen hem gezegd heb, vlak voordat hij wegging. Omdat ik zeker wist dat hij dan zou blijven. Dat hij me niet achter zou laten. En ik wist dat hij het moest doen, hij moest zijn oude factie waarschuwen. Ik weet gewoon niet meer wat ik moet doen. Blijven wachten totdat Caleb terugkomt, áls hij al terugkomt?

'Hallo?' De scherpe stem van Evy brengt me weer bij positieven. En ook al weet ik dat ze iets gemeens gaat zeggen, ik ben haar er toch dankbaar voor. Nu ben ik tenminste weer in de echte wereld. 'Sorry,' zeg ik. Ik weet niet goed waarom. Ze fronst en zegt dan minder gemeen dan ze eerst wilde: 'Hij komt niet terug.' Het klinkt bijna alsof ze medelijden met me heeft, maar ik weet wel beter.

En haar opmerking heeft me niet zo diep geraakt als ze misschien verwacht had. Want ergens, diep vanbinnen, wéét ik dat hij niet terugkomt. Mijn gedachten beginnen weer af te dwalen en ik zeg snel: 'Ik weet het. Anders was hij er al geweest.' Nora, die nog steeds gelooft dat hij wel echt om me geeft, legt haar hand op de mijne. We zitten trouwens tegenwoordig weer allemaal aan dezelfde tafel, fijn hè?

'Jaiden, er zijn verschillende redenen waarom Caleb nog niet teruggekomen is,' zegt Nora, aan wie ik het hele verhaal verteld heb. 'Misschien is het hem nog niet gelukt om hier binnen te komen. Misschien is hij gewond geraakt en moet hij eerst genezen.' Ze ziet dat ik in elkaar krimp bij het woord "gewond" en ze zegt: 'Sorry, zo bedoelde ik het niet. Maar het kan wel. En tenslotte is hij voor de Erudieten wel een verrader, dus zo makkelijk zal het niet zijn om hierheen te komen.'

Ik haal mijn schouders op: 'Of hij is dood.' Ze schudt haar hoofd. 'Nee, hij is niet dood. Hij kan niet dood zijn..' Ze knijpt zachtjes in mijn hand en ik kijk haar aan. Zij weet dat de Erudieten corrupt zijn, ik heb het haar allemaal verteld. 'Duizenden mensen zijn neergeschoten. Ze weten niet eens precies wie,' zeg ik. Ik weet niet meer wat ik verder moet zeggen en op de een op andere manier stoppen we allemaal met praten.

Misschien komt het omdat er een stel Onverschrokkenen de kantine binnenwandelen. Ik kijk op en kan er niks aan doen; ik zoek Will. Maar hij is er niet. Waarom niet? Het lijkt net alsof Evy mijn gedachten kan lezen, want ze zegt: 'Volgens mij zijn dit ze niet allemaal. Het leger was toch heel groot? Er zitten ook een paar verraders tussen, die na de aanslag weggevlucht zijn en zich niet bij Eruditie aangesloten hebben.'

Ik hoop dat Will een van die "verraders" is, want dat zou betekenen dat hij nog leeft. En ik heb er meer vertrouwen in dat hij nog leeft dan Caleb, omdat Will in Onverschrokkenheid geleerd heeft om te overleven. Als het tenminste echt zo gaat als in de boeken dan. Ik weet het niet. Ik mis Caleb. Voor ik in elkaar kan krimpen, leid ik mezelf af.

De meeste Onverschrokkenen die binnen zijn gekomen, zijn niet erg jong meer. Dus niet alle aspiranten van de inwijding zijn hier. Ik zie Beatrice ook nergens. Maar dat spreekt voor zich; ik heb de beelden gezien van hoe zij de aanslag stopte. Hoe zij, samen met een jongen, de simulatie voor de Onverschrokkenen stopzette. En daar ben ik haar dankbaar voor.

'Hé, vindt iemand het erg als we hier komen zitten?' Er staat een groepje van vier Onverschrokkenen bij onze tafel. Ik zie dat meerdere Onverschrokkenen bij de Erudieten gaan zitten. Beleefd schuiven we opzij en zeggen we 'Nee hoor', terwijl we allemaal van elkaar weten dat dat wel zo is.

Jeej, avondeten met een stel Onverschrokkenen. Leuk.

Divergent: Caleb PriorWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu