Oude bekende

517 31 1
                                    

Ik had geen gelijk toen ik zei dat het antwoord op zijn onderzoeksvraag "eindeloos lang" was. Het antwoord is namelijk: wanneer onze magen beginnen te rammelen. Daarom pakt Caleb mijn hand vast en lopen we samen naar de kantine. Ik ben nog steeds een beetje duizelig, maar ik voel me goed. Heel erg goed zelfs. 'Jullie zijn in een goed humeur,' merkt Nora lachend op als we bij haar en Tara aan tafel komen zitten. Caleb knikt en grijnst. 'Ja, we hebben onderzoek gedaan.' Ik geef hem een stomp en onderdruk een giechel. Nora grijnst en begrijpt dat ze er niet dieper op in hoeft te gaan.

'Hebben jullie nog wel genoeg gestudeerd? De leiders kunnen ieder moment bepalen wanneer de eindtoets wordt gepland.' Ik knik. 'Ja, we hebben alle onderwerpen afgerond.' En dat is waar. En omdat we al klaar zijn, kunnen we extra veel onderzoek doen naar het simulatieserum. We hebben al kleine dingen gevonden, maar nog niet veel. Eigenlijk wat we al wisten: dat het een serum is waardoor je in een simulatie komt.

Misschien is het zelfs te vergelijken met het drankje dat we voor de test kregen, maar dan moet je het inspuiten. Raak je in eenzelfde soort simulatie als de test? Maar dat is er al, waarom zouden ze dan hier, in Eruditie, nog meer simulatieserums willen maken? Ik kijk op als er een paar leiders de kantine binnenkomen. 'Beste aspiranten! Omdat jullie bijna een van ons zijn, leek het ons een goed idee dat jullie wat meer met de al ingewijde leden kunnen praten. Ik heb begrepen dat velen van jullie nog steeds niet goed weten wat ze willen doen. Misschien kunnen zij jullie daarbij helpen.'

Eerlijk gezegd heb ik niet veel zin om met een paar al ingewijde leden te praten. De meesten van hen zijn nogal eigenwijs, een tikje arrogant en wijsneuzerig. Zal ik dat ook worden als ik ingewijd ben? Ik hoop het niet. Ik kijk niet naar de al ingewijde leden, die de kantine binnenkomen en een tafel met aspiranten zoeken. Ik zie dat Evy al meteen begint te flirten met de drie jongens die bij haar en Robin komen zitten. Bij ons komt maar één meisje zitten.

'Hoi,' zegt het meisje. Ik word meteen geprikkeld door die stem. 'Ik ben-' 'Cara!' Ik kan het niet helpen, maar ik roep haar naam glimlachend uit. 'Hé, Jaiden!' Cara glimlacht ook blij en gaat tegenover me zitten, naast Nora en Tara. 'Hoe gaat het met je? Ik ben helemaal vergeten om je op te zoeken! Het spijt me zo, maar ik was nogal veel bezig met onderzoek en werk.' Ik glimlach nog steeds. 'Het maakt niet uit. Het gaat goed met me.' Ik zie dat ze naar me kijkt en zich afvraagt of het waar is, of omdat ik dat zeg om me groot te houden.

Het zit namelijk zo: Cara is Will's zus. Ze is al twee jaar geleden ingewijd. Ik kwam vaak bij hen thuis, omdat ik altijd met Will was. Nu ik aan die momenten denk, voel ik even een steek door mijn buik gaan. Maar dan komen de beelden van de inwijding in me op. Van Nora en Caleb, voorál Caleb, die me blij maken. En ik word weer rustig. 'Jou heb ik ook niet meer gezien de laatste tijd, Nora!' zegt Cara vriendelijk. Ik vergat bijna dat Nora en Cara elkaar natuurlijk ook kennen. Nora knikt en glimlacht.

'Nou, ik ben dus Cara,' zegt Cara tegen Caleb en Tara. 'En wie zijn jullie?' Ze stellen zichzelf voor en Cara blijft even hangen bij Caleb. Zou ze zich afvragen hoe het met hem gaat, of met zijn ouders, nu hij weg is gegaan uit Zelfverloochening? Ik weet het niet. 'Waar kennen jullie elkaar van?' vraagt Tara. Gelukkig geeft Nora antwoord: 'Van school eigenlijk. Cara is ook hier geboren.' Ik ben blij dat ze antwoord geeft, want ik weet niet of ik het zo had kunnen zeggen. Want ík ken haar eigenlijk van Will, en niet van school.

'Waren jullie vrienden op school?' vraagt Tara. Cara knikt. 'Ja! Nou ja, eigenlijk heb ik Nora leren kennen op school, maar Jaiden heb ik leren kennen via mijn broertje.' Ik kijk haar onderzoekend aan en vraag mezelf af of ze hem mist. Ik miste hem in het begin, soms nog steeds, maar het komt in flarden. Dan denk ik terug aan onze tijd samen en mis ik het, maar dan verdwijnen de beelden weer en voel ik me niet meer verdrietig. 'Oh ja? Wie is je broer? Woont hij hier ook?' Ik kijk naar Tara en vraag mezelf af sinds wanneer zij zo van de vragen is.

Cara kijkt even naar mij, misschien wel om te checken of ik het oké vind, en dan zegt ze: 'Mijn broertje heet Will en hij is een paar weken geleden overgestapt naar Onverschrokkenheid.' Haar zin lokt verschillende reacties uit bij ons allemaal. Tara knikt alleen en ik zie aan haar dat ze hem niet kent. Cara kijkt een beetje verdrietig en aan haar stem te merken, mist ze hem wel. Nora kijkt naar mij om te checken of ik oké ben, en Caleb.. Tja, Caleb.. die verstijfd een beetje naast me. Ik kijk naar hem vanuit mijn ooghoeken en zie hem boos naar zijn bord staren.

Ik voel een kleine schok van vreugde als ik hem zo boos zie kijken. Caleb kende Will niet persoonlijk, maar ik heb hem verteld dat Will en ik beste vrienden waren en dat ik me in de steek gelaten voel door hem. En daarom is hij boos op Will; omdat hij mij pijn gedaan heeft. Ik leg mijn hand op de zijne, die hij op het bankje gelegd heeft. Zodra ik dat doe, kijkt hij op en glimlach ik even naar hem.

Cara kijkt naar mij. 'Ik heb hem een paar weken geleden bezocht op bezoekdag en daar zag ik hem, net als jouw zusje trouwens.' Dat laatste zegt ze tegen Caleb, die alleen maar knikt. 'Het gaat goed met hem,' zegt ze dan weer tegen mij. Het is alsof Caleb's woede me aansteekt. Ik blijf rustig, maar ik zeg: 'Het spijt me Cara, maar het kan me niet meer zoveel schelen hoe het met Will gaat.' Ze kijkt me verbaasd aan, maar zegt alleen: 'Oh, oké.'

Snapt ze dan echt niet dat ik me verraden voel door hem? 'Goed,' zeg ik. 'Wat doe jij voor werk?' Ze knippert met haar ogen en zegt dan: 'Ik heb na de inwijding voor wetenschap gekozen. Dat is echt heel leuk! Je kunt labonderzoeken doen of rapporten schrijven en..' Ze blijft maar doorpraten en ik luister niet echt, maar ik ben in ieder geval blij dat ze weer over iets anders praat. Eerst was het leuk om haar weer te zien, maar ze lijkt erg veel op Will. Ik heb hem los proberen te laten, maar ik denk dat sommige gedeeltes gewoon niet meer weg gaan.

Dat heb je denk ik met vriendschap, ook al is het misschien wel jarenlang nep geweest.

Divergent: Caleb PriorWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu