23

960 50 4
                                    

'NASSER?!' riep ik. 'NASSER NEE NASSER LAAT ME NIET ALLEEN. SORRY SORRY SORRY NEE NASSER LAAT ME NIET ALLEEN NEEE!' riep ik huilend. Nooit heb ik gehuild voor iemand. Alleen voor Mo.
'wie heeft dit gedaan wie?' riep ik. 'yassine' zei m'n ma. 'waar is hij mama waar?!' riep ik. 'dood benti en z'n vriend ook' 'nee yemma nee nee nee waarom pakte jullie hem niet? Waarom? hij moet pijn lijden. Dezelfde pijn die Nasser nu heeft yemma nee!' riep ik. Ik bleef huilen en huilen.
Nasser is mee genomen door Samir, Amir en Amine. Boos sloeg ik mijn vuist door de muur. 'teringzooi' riep ik. Ik huilde en huilde en bleef huilen. Ik ga ook blijven huilen tot dat Nasser tegen me kan praten en me vergeeft.
Abdel kwam meteen naar me toe en suste me. Ik deed voor even mijn ogen dicht en viel in slaap in Abdel zijn armen.

Volgende ochtend.
Zondag 8:23

Ik werd wakker in mijn bedje. Ik stond meteen op want ik moet naar Nasser toe. Waarom ben ik gaan slapen? Waarom? Waarom bleef ik niet bij hem. Ya allah.
Ik deed snel een trainingspak aan. Ik deed mijn krullen gewoon los. Ik At snel een croissantje en liep naar m'n auto. Ik starte de auto en reed zo snel mogelijk naar het ziekenhuis.
-
'in welke kamer ligt Nasser El Amrani?' vroeg ik aan de vrouw. Ze keek me vies aan. '1ste verdieping kamer 34'
Ik liep snel naar de trap en ging naar de eerste verdieping. Ik zocht naar kamer 34 en kwam aan. Ik ging naar binnen en zag Nasser daar met allemaal draden. Ik pakte zijn hand vast.
'het spijt me dat ik er niet voor je was Nasser. Ik heb je in de steek gelaten. Ik moest nooit naar Frankrijk gaan. Het spijt me sorry sorry sorry. Door mij door mij door mij. Dit is is allemaal door mij. Ik zei dat jullie die drugs moesten weigeren en kijk nu. Nu lig je in het ziekenhuis door mij. Ik zweer als je niet wakker word dan ga ik mezelf iets aan doen' zei ik.
Hij lag in coma mensen. Hij had ook moeite met adem halen. Ik wou net weg gaan tot dat ik een knijp in m'n handen voelde. 'Nasser?' zei ik. Ik drukte meteen op het rood knopje en er kwam al snel een dokter.
'zijn hand, hij kneep in m'n hand' zei ik. 'mevrouw wilt u de kamer verlaten ik ga wat testjes doen' Ik knikte en liep naar buiten. Na zo een 10 min kwam hij eruit. 'hij is wakker en vraagt naar een dounia ofs. Hij moet wel rustig aan doen. Het is een wonder dat hij zo snel uit zijn slaap is ontwaakt'
Ik glimlachte breed en liep naar binnen. 'Nasser?' zei ik. Hij keek meteen op. Ik ging zijn richting op en knuffelde hem. 'ik heb alles gehoord dounia. Het is jou schuld niet'
Ik zuchtte. 'heb je vandaag wel geslapen' vroeg hij bezorgd. Ik gaapte en zei 'ja'. 'jij gaapt en zegt ja? Vieze kleine shaytaan kom hier' zei hij.
Ik glimlachte en ging naast hem in bed zitten. Hij nam me in zijn armen en ik luisterde aandachtig naar zijn hart. Ik deed mijn ogen dicht en viel vrij snel in slaap.
-
Ik werd wakker in Nasser zijn armen. Ik keek om mij heen en ik zag Ilham haar familie en mijn familie.
'je bent wakker' zei m'n moeder. 'ik ben niet belangrijk yemma Nasser is dat' zei ik zacht. Ze glimlachte zwakjes.
Ik stond op en gaf mijn broers sterke knuffel. 'ik heb jullie gemist' zei ik zacht. Ik gaf m'n pa ook een stevige knuffel en m'n ma ook. Bij Ibrahim, marouane en Imran hetzelfde. Ik keek Nassim aan en hij wenkte me om naar buiten te gaan. Ik ging met Nassim naar buiten en huilde dan in zijn armen. 'Ik was te laat Nassim' zei ik huilend. 'Het is jou schuld niet, geef de schuld niet aan jezelf als iemand anders voor dit heeft gezorgd en hij is dood' zei hij. Ik keek hem aan. 'Ik moest er gewoon eerder zijn dan was er niks gebeurt' zei ik. 'Schatje het komt goed met Nasser, hij is sterk dat weet je' zei hij. Ik knikte en keek hem aan.
'ik ga even een luchtje scheppen' zei ik. Hij knikt. Ik ging naar buiten en zag daar Abdel. 'ewa dounia' 'hey' Ik gaf hem een knuffel en we gingen zitten op een bankje.
'gaat het goed met Nasser' 'ja El hamdoulilah' 'en met jou' 'ook goed' 'ik weet heus wel dat er iets is hoor' 'er is niets abdel ik heb gewoon zoveel stress' 'hmm' 'waar is karim' 'hij is bij zijn zusje' 'aah cava'
Ik pakte een sigaret en begon te roken. Ik heb zoveel stress en weet gewoon niet wat ik moet doen. 'Dounia het komt goed, heb sabr' zei hij. Ik keek hem aan en lachtte naar hem. 'Ga maar naar huis ik bel je nog' zei ik. Hij knikte en liep naar zijn auto.
Ik ging weer naar de kamer en iedereen was weg buiten Nassim. Ik keek naar een slapende Nasser en liet een traan vallen. Ik leun op Nassim zijn borst en hij veegt mijn tranen weg.
Ik sta op en kijk naar Nassim. 'Ik ga naar huis, zou je ook moeten doen' zei ik tegen hem. 'Nee ik blijf bij hem' zei hij. Ik knikte en gaf hem een zoen en verlaatte het ziekenhuis. Ik ging naar mijn auto en stapte in. Ik reed snel even weg naar een nachtwinkel. Ik kocht Red Bull en een pakje sigaretten.
Ik wou net instappen maar ik hoor iemand m'n naam roepen. Het was Karim. 'hee' zei hij. 'heey' zei ik. Ik gaf hem een knuffel. 'hoe gaat het met Nasser' 'goed El hamdoulilah' 'bien wat doe jij hier' 'weg gaan van m'n problemen jij?' 'wat bedoel je daar mee?' Ik glimlachte. 'ik moet gaan ja? Ik bel je nog wel' zei ik. Ik gaf hem een knipoog en stapte in. Ik deed de verwarming aan en reed weg.
Thuis aangekomen legde ik mijn autosleutels op het tafeltje. Ik ga naar de badkamer en kijk in de spiegel. Hoe langer ik kijk hoe bozer ik wordt. Ik slaag de spiegel kapot en begin te huilend. Ik negeer mijn bloedende vuist en doe mijn pyjama aan. Ik stap mijn bed in en sluit mijn ogen.

Drugsdealer familieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu