Het waren Nasser en Nassim. 'dounia' zei hij zacht. Ik glimlachte en liep zijn kant op. Ik knuffelde hem stevig. Nassim gaf ik een zoen en keek ze dan beide vragend aan.
'we moeten je iets vertellen' zei Nassim. Ik knikte. 'ga zitten' zei ik zacht.
'wat je ook hoord dounia doe rustig en luister' zei Nasser. Ik keek hun beide aan. 'zeg nou maar' zei ik. 'yemma is dood' zei hij stotterend.
Ik kon het niet geloven. De vrouw die er voor mij altijd was. De vrouw dat het enige lichtpuntje in mijn leven was. De vrouw waar ik zielsveel van hield. Is dood?
Zonder dat ik het wist stroomde tranen over mijn wangen. Niets dat er uit mijn mond kon komen. Ik voelde me zwak. Ik stond op en viel meteen door m'n knieën.
Alles was wazig. Ik deed mijn ogen dicht en voor ik het weet werd alles zwart.
-
Ik deed mijn ogen open. Ik lag op de bank in het pand. Nasser zag me en kwam meteen mijn kant op. Zijn ogen waren rood. Nooit heeft Nasser gehuild nooit.
'nasser' zei ik zacht. Hij keek me aan. 'hoe en wanneer?' vroeg ik. 'vermoord en gisteren' zei hij zacht. Bij het woordje vermoord werd ik woedend. 'wie is het?' vroeg ik.
Hij reageerde niet en keek naar beneden. Ik tilde zijn kin op zodat hij mij in de ogen keek. '1 van jou mannen' zei hij. Ik schrok.
Ik stond op en sleurde hem mee. 'leeft hij nog?' vroeg ik. 'ja' zei hij.
Dat maakte mij nog kwader. Ik nam hem mee naar de woonkamer waar iedereen was.
'duid hem aan' zei ik serieus. 'dounia..' 'doe het nasser' zei ik. Hij duidde mounir aan.
Hij heeft mijn moeder vermoord? Mijn moeder?
'BILAL EN AYOUB PAK MOUNIR EN BRENG HEM NAAR DE KAMER NAAST MIJN KANTOOR' riep ik. Ze knikte en pakte mounir. Mounir keek me aan en ik gaf hem een vieze blik.
Ik zuchtte en laadde m'n gun. 'bel Samir' zei ik. Hij knikte en belde hem. Samir heeft me vanaf dag 1 gezegd dat de persoon die onze moeder vermoord dat hij die persoon gaat vermoorden.
Flashback
'dounia' zei Samir. 'wat' vroeg ik. 'als mama ooit word vermoord. Dan ben ik de enige persoon die de moordenaar gaat vermoorden. Beloofd' zei hij. Ik keek hem glimlachend aan. 'beloofd' zei ik.
Hij was er en keek me glimlachend aan. Hij kwam m'n richting op en knuffelde mij stevig. Alsof het de laatste was. 'ik heb je zo hard gemist' zei hij. Ik liet hem een glimlach zien.
Ik gaf hem mijn pistool. 'net zoals je zei 2 jaar geleden. Vermoord hem maar'
Hij keek me trots aan en pakte het pistool uit Mn handen. Hij ging weg en niet een paar seconden later hoorde ik een schot.
Wie durft mijn lieve moeder te vermoorden. Hij kwam terug en gooide het pistool buiten in een rivier. Ja ik heb daar dus een pand.
Samir kwam meteen mijn richting op en nam me in zijn armen. Ik huilde alles uit. 'Waar is pa?' Vraag ik. 'Begrafenis regelen' zegt Nasser. Ik knik.
'Kom ik wil de andere zien' zeg ik zacht. Ze knikken. 'Gaan jullie alvast ik kom zo' zeg ik. Ze gaan weg behalve Nassim.
'Is er iets' vraag ik zacht. 'Dounia wees sterk schatje' Zegt hij. Ik keek hem aan en knikte. Hij glimlachte zwak en komt Mn richting op. Hij geeft me een knuffel en zo staan we wel 5 minuten. Hij laat me rustig los en komt dichterbij. Voor ik het weet voel ik zijn zachte lippen op de mijne. Alsof mijn lippen breekbaar waren. Zo zoende hij mij. Ik trek me terug en glimlach naar hem. 'Ik hou van je' zegt hij. 'Ik ook van jou' zeg ik zacht. 'Kom' zegt hij. Hij reikt zijn hand uit en ik pak die aan. Ik sluit Mn kantoor af en doe de deur op slot.
Ik doe alle kamers op slot en kijk naar de kamer waar mounir zit. Ik open die en meteen stinkt het al. Raad is? Naar een dood mens. Ik haal een paar mensen van mij en die ruimen het op.
Ik doe het raam van die kamer open en sluit dan de deur.
Ik ga naar beneden waar alle jongens zitten. 'Jullie hebben vrij' zeg ik zacht. Ze knikken en kijken me medelevend aan. Ze gaan allemaal weg en de bewakers geef ik ook vrij. Al het drugs en geld doe ik in een tas en verlaat het pand. Als er geen bewakers zijn dan kan alles gestolen worden dus ik neem dan alles mee. Dat doe ik altijd als ik iedereen vrij geef.
Ik loop naar de auto en doe daar de zakken in. Ik stap van achter in naast Nasser en Nassim stapt van voor in.
Ik ga liggen ik zijn armen en hij geeft me een kusje op Mn hand. Ik glimlach zwak en sluit mijn ogen.
