42

577 29 1
                                    

Theresa's POV

Als zijn vuist de houten deur nog een keer raakt, neem ik plaats op mijn bed. Het beste idee is, voor mijn gevoel, om hem maar te laten. Ik hoop dat Jacobsen hem ook niet stopt, want dat kan ook slecht voor haar uitpakken. Ik draai aan de zilveren ring om mijn ring vinger, schrik elke keer een beetje als ik zijn stem hoor. Zo zal het altijd zijn, ook al is Bradley er van overtuigd dat hij zichzelf kan veranderen, ik weet wel beter.

De gebroken jongen met de bruine krullen kan niet meer gered worden, niet door mij.

Bradley's POV

Net als ik mijn vuist weer wil ballen om nog een keer het al beschadigde hout een dreun te geven, vliegt de deur voor me open.

En daar staat ze, haar ooit glanzende haar in een warrige knot op haar hoofd. Haar mond, waar ooit een glimlach op lag, nu dof, met gebarsten lippen. Haar roze wangen nu leeg gezogen van alle kleur, waardoor ze zo bleek is als een spook. Maar het ergst vind ik haar bloeddoorschoten ogen, waar de sporen van pasgevallen tranen nog in te zien zijn. Ogen die me aan de oceaan en het bos deden denken, zijn nu veranderd in de kleur van de lucht, als de sneeuw is gevallen. Grijs. Net zoals in haar gezicht, alle kleur is eruit gelopen en zoals haar haar, alle glans is verdwenen.

Hopeloos staat ze in de deur, trillend als een rietje en zo, als ik mijn ooit sterke Tessa zo zie, doet ze me denken aan een verloren en gewond hert. Een bambi, haar lievelings-Disney film. Hoe ironisch.

Haar ogen vinden die van mij en mijn hart breekt langzaam in een miljoenen stukjes. Het breekt me, niet alleen mijn hart om haar zo te zien. Het breekt me in alle mogelijke manieren, het sloopt me.

'Tessa,' breekt Jacobsen de stilte, en daarbij ook ons oogcontact. Tessa staart naar de vloer, terwijl ze met het ringetje van haar moeder speelt. God, ik haat haar familie voor dat ze haar hebben verlaten. Ik haat Johannah, omdat ze drank en vergetelheid boven haar enigste nichtje plaatste. Ik haat alles dat haar zo heeft gemaakt, ook als ik daar bij hoor. Die tumor, de ruzies, tour, elk ding op deze wereld dat ooit heeft gedurft om die glimlach van haar gezicht af te halen. Want ik zweer het je, dat meisje verdient al het geluk op deze wereld.

Ik open mijn armen, hopend dat ze zoals vroeger ze weer ziet als haar plekje, de plek waar ze veilig is. Haar ogen vinden hun weg weer naar mij en tot mij geluk, glimlacht ze. Het is geforceerd, dat zie je zo, maar ik klaag niet.

"Het spijt me zo," zegt ze als haar hoofd, na al die weken mijn borst raakt. Ik sla mijn armen om haar heen, ik druk haar tegen me aan.

"Sluit me niet meer buiten, Theresa. Ik kan het me niet nog een keer veroorloven om je te verliezen," zeg ik tegen haar.

"Brad," huilt ze tegen mijn shirt, "ik ga dood."

Ik slik. Natuurlijk gaat ze dood, dat wist ik al, maar om haar het zo te horen zeggen, breekt mijn hart. Ik knijp mijn ogen dicht, hopend dat mijn tranen zich nu verscholen houden.

"Shh," fluister ik tegen haar haar, "het is oke. We zijn samen nu," zeg ik.

Ik heb niet gemerkt dat Jacobsen weg was gelopen, maar ik merk het wel als ze terug komt met drie andere jongens. Zonder dat ze wat zeggen hebben we een groepsknuffel. Op dat moment beloof ik mezelf, dat ik haar leven zo mooi mogelijk ga maken.

Ik kan je vertellen dat het nog een hele lange tijd heeft geduurd, voordat ik haar los heb gelaten.

Before I DieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu