41

563 22 1
                                    

Theresa's POV

Als zijn vuist de houten deur nog een keer raakt, neem ik plaats op mijn bed. Het beste idee is, voor mijn gevoel, om hem maar te laten. Ik hoop dat Jacobsen hem ook niet stopt, want dat kan ook slecht voor haar uitpakken. Ik draai aan de zilveren ring om mijn ring vinger, schrik elke keer een beetje als ik zijn stem hoor. Zo zal het altijd zijn, ook al is Bradley er van overtuigd dat hij zichzelf kan veranderen, ik weet wel beter.

De gebroken jongen met de bruine krullen kan niet meer gered worden, niet door mij.

Bradley's POV

Net als ik mijn vuist weer wil ballen om nog een keer het al beschadigde hout een dreun te geven, vliegt de deur voor me open.

En daar staat ze, haar ooit glanzende haar in een warrige knot op haar hoofd. Haar mond, waar ooit een glimlach op lag, nu dof, met gebarsten lippen. Haar roze wangen nu leeg gezogen van alle kleur, waardoor ze zo bleek is als een spook. Maar het ergst vind ik haar bloeddoorschoten ogen, waar de sporen van pasgevallen tranen nog in te zien zijn. Ogen die me aan de oceaan en het bos deden denken, zijn nu veranderd in de kleur van de lucht, als de sneeuw is gevallen. Grijs. Net zoals in haar gezicht, alle kleur is eruit gelopen en zoals haar haar, alle glans is verdwenen.

Hopeloos staat ze in de deur, trillend als een rietje en zo, als ik mijn ooit sterke Tessa zo zie, doet ze me denken aan een verloren en gewond hert. Een bambi, haar lievelings-Disney film. Hoe ironisch.

Haar ogen vinden die van mij en mijn hart breekt langzaam in een miljoenen stukjes. Het breekt me, niet alleen mijn hart om haar zo te zien. Het breekt me in alle mogelijke manieren, het sloopt me.

'Tessa,' breekt Jacobsen de stilte, en daarbij ook ons oogcontact. Tessa staart naar de vloer, terwijl ze met het ringetje van haar moeder speelt. God, ik haat haar familie voor dat ze haar hebben verlaten. Ik haat Johannah, omdat ze drank en vergetelheid boven haar enigste nichtje plaatste. Ik haat alles dat haar zo heeft gemaakt, ook als ik daar bij hoor. Die tumor, de ruzies, tour, elk ding op deze wereld dat ooit heeft gedurft om die glimlach van haar gezicht af te halen. Want ik zweer het je, dat meisje verdient al het geluk op deze wereld.

Ik open mijn armen, hopend dat ze zoals vroeger ze weer ziet als haar veilige plekje, de plek waar ze veilig is. Ik wil alleen na al die dagen van afstand en koudheid, haar warmte weer voelen.

Maar in plaats van dat ze me omhelst, loopt ze langs me heen zonder me nog een andere blik te gunnen.

Ik hoor Jacobsen's voetstappen achter haar aanlopen en ik laat mijn armen vallen, langs mijn lichaam. Ik bal mijn buiten en loop voorzichtigheid kamer binnen, de kamer waar ik volgens mijn gevoel al zo lang niet meer ben geweest. Uit een automatisme aan ik me op haar bed zakken en grijp haar dekens vast. Ik breng de lakens aan mijn neus en probeer haar geur op te snuiven, maar ik ruik niets. Ze is te ver weg.

Dus inplaats van dat ik naar haar toe ga, nestel ik me in haar bed en huil mezelf in een diepe, lange slaap.

Before I DieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu