《Chapter 13》

183 11 0
                                    




'Wauw,' is mijn eerste reactie als Dylan zegt dat we er zijn.

We zijn een heel eind door het bos gelopen en zijn nu bij een riviertje. Maar het uitzicht is wel het meest adembenemend. Vanaf ons plekje, aan de rand van het bos, kan je een nabij liggend dorpje zien. Tussen ons bos en het dorpje ligt allemaal groen en met de zon erop kan ik haast niet wegkijken. Zelfs niet als Dylan zachtjes aan mijn hand trekt.

'Qinn,' zegt hij.

Dat brengt me uit met trans en ik kijk hem aan.

'Hoe ken je deze plek? Kom je hier vaker?' vraag ik Dylan vol bewondering.

Voordat hij reageert neemt hij me aan de hand mee naar een bankje dat aan de rivieroever staat.

'Ik kom hier soms als ik rust nodig heb, hier kan ik echt alleen zijn met mijn gedachten.'

Dylan staart voor zich uit en ik zie een totaal andere Dylan dan ik gewend ben. Hij heeft geen grijns op zijn gezicht, geen ondeugend lachje in zijn ogen. Hij lijkt vredig. Ik vraag me af waarom hij zo'n persoonlijk plekje met mij wil delen, maar ik durf het niet te vragen, bang de andere Dylan terug te brengen en dit moment te verpesten.

'Qinn?' vraagt Dylan na een tijdje.

Ik kijk opzij en zie dat hij me al aankijkt.

'Waarom kwam je met me mee hier naartoe?'

Ik kijk naar mijn schoot, dat vraag ik me namelijk ook al sinds ik zijn hand pakte bij zijn huis. Mijn gevoel zegt dat hij me alleen maar wil playen, maar aan de andere kant voelt het ook goed om met Dylan te zijn. Vooral als hij zoals nu is.

Ik kijk hem weer aan, 'weet ik niet, waarom nam je me mee hier naartoe?'

'Daarom,' zegt hij.

Ik schud mijn hoofd lichtjes om de vage reden, maar als hij niet wil vertellen waarom hij me meeneemt hiernaartoe, moet hij dat vooral zelf weten. Dylan legt zijn arm op de rugleuning van de bank achter mij en dan kijken we allebei weer naar voren, naar het uitzicht.

'Laten we 20 questions spelen,' zeg Dylan, 'om elkaar beter te leren kennen.'

Ik stem in, verder hebben we toch niks te doen, en hij stelt de eerste vraag.

'Wat is je favoriete kleur?'

'Blauw, of meer aqua, de jouwe?'

'Zwart.'

'Zwart? Waarom zwart, zwart is geeneens een kleur?' vraag ik.

'Het heeft iets mysterieus, onherkenbaars, maar dat was je tweede vraag, nu ben ik weer. Wat is je favoriete seizoen?'

'Zomer, ik houd van de vakantie en de zon. Droombaan?'

Hij blijft even stil. Ik kijk hem nieuwsgierig aan en hij lijkt heel diep na te denken. Dan is het net of hij wil wat zeggen, maar hij bedenkt zich. Dan doet hij opnieuw zijn mond open, 'iets in de film- of muziekindustrie lijkt me wel wat. Zou je graag beroemd willen zijn?'

Daar moet ik even over nadenken. Wil ik dat?

'Het lijkt me heel mooi als je invloed kunt hebben op mensen en die op een goede manier zou gebruiken, voor goede doelen enzo. Maar ik heb geen behoefte aan alle aandacht. Ik sta niet graag in de spotlight zoals je weet,' is mijn antwoord, 'en jij? Zou jij graag beroemd willen zijn?'

'Nee.'

Hij zei het zo snel dat ik me afvraag of hij er überhaupt over na heeft gedacht. Ik wacht nog op verdere uitleg maar deze komt niet. Ik besluit om niet door te drammen, het lijkt een gevoelig onderwerk. Al verbaasd dat me wel, aangezien het om beroemdheid gaat.

De weddenschapWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu