Deel 11.

3 0 0
                                    

Mijn ouders zitten samen op de bank, televisie aan en een drankje erbij. 'Ik ga naar boven' zegt mijn vader en hij drinkt zijn laatste slokje bier op.
'Ik kom zo' antwoord mijn moeder en ze pakt haar wijnglas terwijl mijn vader de trap op loopt richting de slaapkamer. Mijn moeder drinkt haar wijntje op waarna ze opstaat en de glazen naar de keuken brengt. Ze schuift de gordijnen dicht, doet het licht uit en loopt de trap op. Ze opent mijn kamerdeur waar ze mij slapend aantreft. Ze sluit de deur weer en loopt richting de slaapkamer waar ze zich omkleed en naast mijn vader gaat liggen. Het is vier over drie, onrustig draai ik in mijn bed. Armen vast, alsof iemand ze tegenhoud. Ik draai, stribbel tegen en ineens schreeuw ik het uit waarna ik rechtop in mijn bed zit. Mijn ouders komen gehaast mijn kamer binnen. Direct komt mijn moeder op mijn bed zitten en mijn vader staat erbij. 'Ga weg!' roep ik en mijn ouders lopen naar de deur, 'nee, mama'
'Moet ik blijven?' vraagt mijn moeder waarop ik knik.
'Hij moet weg' zeg ik kalm en snikkend als ik naar mijn vader wijs. Mijn vader verlaat de kamer en mijn moeder en ik zitten samen op mijn bed. Mijn moeder pakt me vast om me rustig te krijgen en dat lukt haar langzaam maar zeker. 'Hé, wat is dat nou?' vraagt ze bezorgd, 'had je een nachtmerrie?' Ik knik.
'Hij achtervolgde me' zeg ik na een stilte.
'Wie?'
'Tristan, hij achtervolgde me gisteren. En ik zwom in het meertje en ineens duwt 'ie me onder water. Mama, hij is echt niet zo leuk als iedereen maar denkt'
'Draai je niet een beetje door?'
'Nee, ik draai niet door! Zoiets verzin ik toch niet?'
'Ik weet het de laatste tijd niet meer met jou, Tristan is een hartstikke leuke jongen' zegt mijn moeder en ik sta op, 'wat ga je doen?'
'Ik heb bewijs' zeg ik en ik trek mijn bureaulade open.
'Lieverd, kom eens even zitten' ik pak de brieven, sluit de lade en neem weer plaats naast mijn moeder.
'Hier, van die leuke jongen' ik geef haar de brieven en ze opent ze één voor één. Op haar gezicht is de schrik af te lezen. Haar ogen vliegen over de letters en als ze het bebloede mes uit de enveloppe haalt kijkt ze me aan.
'We moeten de politie erbij halen, die jongen is compleet gestoord'
'Nee, geen politie'
'Lieverd, hij bedreigd je. Dat pakketje, was dat ook van hem?' vraagt mijn moeder waarop ik knik. Ze loopt naar de doos onder mijn bureau en opent hem. Ze schrikt en kijkt me aan. Langzaamaan staat ze op. Ze loopt naar me toe en pakt mijn armen vast. 'Suus, dit is niet normaal. Je loopt gevaar'
'Als we de politie erbij halen wordt het alleen maar erger, hij is tot alles in staat'
'Maar hij hoeft het niet te weten'
'Hij weet alles, hoe laat ik opsta, hoe ik mijn hardloop ronde loop, wanneer ik slaap, wanneer ik alleen thuis ben. Als we de politie erbij halen ben ik mijn leven niet zeker'
'Maar dat ben je nu ook niet. Lieverd we moeten hulp gaan zoeken'
'Dat kan niet, we verzinnen wel iets anders'
'Wat jij wil, maar voorlopig blijf je thuis. En niet alleen'
'Oké' zeg ik en mijn moeder staat op.
'Probeer jij nog maar wat te slapen' zegt mijn moeder en ze legt mijn deken over me heen. Ze doet het licht uit en loopt de kamer uit. Ze gaat weer naast mijn vader liggen. 'En?' vraagt hij.
'Ze blijft voorlopig thuis en niet alleen, de rest leg ik morgen wel uit' antwoord mijn moeder en ze sluit haar ogen. De rest van de nacht kom ik niet meer in slaap, bang voor het feit dat Tristan weet dat ik het doorverteld heb.

In verkeerde handen.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu