Chapter One

201 7 1
                                    

*vanuit Danee*

Met tranen die in mijn ogen prikken ren ik weg. Ik heb mezelf verboden te huilen waar anderen bij zijn. Niemand mag mijn tranen zien. Echt niemand. Nou ja, misschien toch iemand, mijn paard.

Een pijnlijke steek in mijn knie zorgt ervoor dat ik bijna inzak, maar ik weet mijn evenwicht weer te hervinden en ren snel verder. Als ik me realiseer welke straat ik zojuist ingerend ben, weet ik dat ik ingesloten ben. Of toch niet? Ik merk een stukje op waar de struiken niet zo hoog zijn dat je er niet overheen kan springen, en waar ze ver genoeg uit elkaar staan om er tussendoor te kunnen. Even kijk ik achterom om te zien hoeveel tijd ik nog heb en schat in dat het ongeveer twintig seconden zijn. Ik moet het risico nemen om veilig thuis te kunnen komen, dus ik neem een aanloop en spring over de struiken heen.

Even voel ik dat ik door de lucht zweef en dan kom ik hard neer. De steken in mijn knie worden heviger, maar ik moet nog even vol zien te houden.

"Kom op, nog even doorzetten, je kunt het," mompel ik om mezelf moed in te spreken. Met alle kracht die ik nog heb ren ik verder. De pijn dreunt door mijn lichaam. Nog één kilometer. De afstand tussen mij en mijn huis wordt steeds kleiner, maar het voelt nog altijd alsof ik een eeuwigheid moet rennen voor ik er ben. Nog nooit heb ik zolang zo hard gerend, mijn ademhaling piept en ik krijg nauwelijks nog adem in die laatste honderd meter naar mijn huis. Godzijdank heb ik de huissleutel bij, anders had ik een enorm probleem gehad.

Terwijl ik het pad naar mijn huis op ren, pak ik de sleutel uit mijn broekzak. Zodra ik bij de deur aangekomen ben draai ik snel de sleutel om in het slot. Buiten adem vlieg ik naar binnen en sla de deur hard achter me dicht. Net op tijd, realiseer ik me.

"Doe eens rustig met die deur, het is hier geen wedstrijd wie de deur het hardst dicht kan gooien!" schreeuwt mijn moeder kwaad naar beneden.

"Ook hallo," mompel ik binnensmonds. Ik gooi mijn tas neer in de keuken en loop dan naar mijn 'kamer'. Het is niet eens echt een kamer, meer een hok met een bed erin, niet meer, niet minder.

Searching for an answer.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu