Onderweg naar het wiskundelokaal raak ik gelijk de weg al kwijt. Van buiten ziet het schoolgebouw er oud en niet zo indrukwekkend uit maar van binnen is het ontzettend groot... Lange hallen, veel trappen en verschillende afdelingen zijn een paar van de dingen waar ik moeite mee heb. Ik moet een hele school opnieuw verkennen en dat gaat me aardig wat tijd kosten. Ik vertik het om dat persoon te zijn dat telkens aan de conciërge moet vragen waar ik welk lokaal kan vinden en ik wil ook liever niet de hele tijd met een plattegrond rondlopen. Ik denk niet dat dat zal helpen met de reputatie die ik wil opbouwen. Ik moet zorgen dat mensen vanaf de eerste dag al een goede indruk van mij kunnen krijgen en dus laat ik de plattegrond eigenwijs in mijn tas zitten.
Ik kom net op tijd in de wiskundeles. Zodra ik de deur achter me dicht trek gaat de laatste bel. Mijn wiskundedocent, die een kleine, kalende man van zo'n 50 jaar is, laat me voor de klas staan. Ik voel het schaamrood al naar mijn kaken trekken. Hij wacht geduldig tot iedereen in de klas stil is en stelt me dan aan mijn nieuwe klasgenoten voor. Ze knikken allemaal beleefd naar me en kijken me aan, niet spottend, eerder nieuwsgierig. Ik voel hoe alle blikken op me gericht zijn als ik naar een lege tafel achterin moet lopen. Het is de enige lege plek en ik zit naast een stil uitziende jongen. Zo rustig mogelijk pak ik al mijn spullen uit mijn tas en probeer hem niet net zo nieuwsgierig aan te kijken als hij mij. Dan begint de les. In de eerste minuut besef ik me al dat deze docent geen talent heeft voor interessant lesgeven. Hij praat met een monotone stem en doet kennelijk niet aan aantekeningen geven. Hij dreunt teksten uit het boek op die we net zo goed zelf hadden kunnen lezen. Wiskunde is net zo saai als altijd, bovendien heb ik deze stof ook al op mijn andere school behandeld. Ik leun achterover in mijn stoel en observeer de klas terwijl de docent als een soort robot door blijft praten. Iedereen kijkt aandachtig naar de docent en maakt aantekeningen van de dingen die hij vertelt. Overal hoor je het gekras van pennen en potloden. Als ik zo rond kijk ben ik volgens mij de enige die minder goed oplet. Wat vreemd, echt iedereen in deze klas lijkt wel een nerd.
Dan is er tijd om zelf aan de gegeven opdrachten te werken. Hoe meer je in de les doet, hoe minder huiswerk je uiteindelijk hebt. Iedereen begint een beetje te smoezen en ik werp een blik op de jongen naast me. Hij lijkt niet op me te letten en is druk bezig met zijn eigen werk. Ik kijk met welke opdracht hij bezig is en begin aan dezelfde. Ik lees de opgave door, frons mijn wenkbrauwen en knabbel aan de achterkant van mijn pen, dat is een slecht gewoonte van me. Net als ik op wil geven en de opdrachten wil laten voor wat ze zijn, hoor ik de jongen naast me zacht zijn keel schrapen. Ik draai me om en lach naar hem, mijn lach is mijn geheime wapen. Op mijn oude school maakte ik er altijd gebruik van, het werkt bij iedereen. Mensen doen alles voor je als je maar lief genoeg naar ze lacht. Ook hielp het vaak om mensen gerust te stellen wat wel eens handig van pas kwam omdat mensen nog al vaak van streek raakte... ook wel eens door mij.
De jongen bloost inderdaad onmiddellijk als hij me ziet lachen en in mijn hoofd geef ik mezelf een schouder klopje. 'Uhm... Hoi. Ik heb nog niet de kans gehad om me voor te stellen, natuurlijk niet, de les, ik mag natuurlijk niet praten tijdens de les. Daarom heb ik natuurlijk nog niks gezegd, dat snap je misschien wel.' Het laatste stuk slaat nergens op en mompelt hij denk ik meer tegen zichzelf. Hij blijft maar door ratelen en ik weet niet zo goed wat ik er mee aan moet. Ik kuch zacht. Hij kijkt verschrikt op, stopt met praten, haalt diep adem en wordt zo mogelijk nog roder dan hij al was. 'Ja, sorry. In ieder geval, ik ben Michael.' Hij haalt zenuwachtig een hand door zijn korte, blonde haar. Ik glimlach weer. 'Leuk je te ontmoeten, ik ben Jessica.' Zeg ik terwijl ik mijn potlood neerleg, ik ben toch niet meer van plan om tijdens deze les aan de opdrachten te werken.
'Wat een mooie naam.' Mompelt hij, waarschijnlijk tegen zichzelf. 'O, hij is maar gewoontjes hoor.' meld ik op nonchalante toon. Ik ken massa's meiden met de naam Jessica, alleen op mijn school kende ik al 5 meisjes met die naam.
Aan zijn reactie te zien was het niet de bedoeling dat ik zijn opmerking zou horen. Ik gniffel en besluit om ons gesprek voort te zetten voordat het te ongemakkelijk wordt. 'Hé jij weet vast wel waar de aula is. Ik wil straks wel wat eten kunnen kopen en een plekje om rustig te zitten lijkt me ook niet verkeerd.' Deze keer glimlacht hij. 'De aula is op de eerste verdieping. Je moet gelijk naar rechts als je de trap op loopt. Als je twee grote klapdeuren ziet dan is dat waar je moet zijn.' Ik knik dankbaar. 'Anders wijs ik je wel de weg en kun je bij ons aan tafel zitten. Wat heb je het uur voor de pauze? Dan kan ik je daar misschien ophalen.' vraagt hij en zijn ogen staan bijna stralend, net iets te gretig. 'Als je wilt natuurlijk.' Voegt hij er dan ineens verlegen aan toe. 'Ons?' is mijn wedervraag. 'Ja, ik en mijn vrienden. Geen zorgen het zijn niet alleen jongens.' Lacht hij als hij mijn fronsende gezicht ziet en ik knik goedkeurend, ik heb ook behoefte aan wat meiden om me heen. Op mijn vorige school had ik natuurlijk mijn eigen meiden kliekje en ik wil op deze school niet het meisje zijn dat bekent staat om het feit dat ze alleen met jongens om gaat. Ook al zijn jongens niet verkeerd, soms is het enige wat je nodig hebt een goede vriendin.
'Nou, wat zeg je er van?' Vraagt hij nog een keer als ik niet meteen antwoord geef. 'Ja is goed, ik ga wel met je mee. Het uur voor de pauze heb ik...' Ik denk hard na. Ik heb het net nog zien staan op mijn rooster, ik kan het echt niet vergeten zijn. Ik dwing mezelf om nog wat beter na te denken. In gedachte ga ik mijn rooster nog eens na. 'Volgens mij heb ik dan Engels.' Zeg ik aarzelend. 'Welk lokaal?' vraagt hij. Ik haal verontschuldigend mijn schouders op, dat weet ik echt niet meer. Hij grijnst en zegt 'Maakt niet uit, er zijn hier maar 3 verschillende Engels lokalen, ik vind je wel. Wacht je op me dan?' Ik knik enigszins opgelucht. Ons gesprek gaat verder en we hebben het over wat luchtigere dingen zoals het weer of onze hobby's. Dan begint de docent weer te praten, het lesuur is over 2 minuten afgelopen en hij meldt dat we onze spullen mogen opruimen. Aan de opdrachten heb ik dus niet meer gewerkt maar die maak ik thuis wel af. Iedereen stopt zijn of haar boeken terug in hun tas en zodra de bel gaat lopen ze allemaal rustig achter elkaar het lokaal uit.
JE LEEST
Achter Slot en Grendel {VOLTOOID}
Fantasía❤️Watty's Award Winner Paranormal! ❤️ *COMPLETED STORY* De sleutel tot iemands hart vinden is erg romantisch, maar wat nou als je op een dag de sleutel van iets anders vindt. Iets wat net zo goed je leven op zijn kop zet... ~~~ Als Jessica na een ve...