2. Ons nieuwe huis

104 5 0
                                    

Ik ben die avond huilend in slaap gevallen. Ja, het klinkt dramatisch en ja, eerlijk gezegd was het dat ook. Maar ik voelde me echt slecht. Ik heb nog uren gedacht aan het gesprek met mijn moeder en mezelf daardoor helemaal van slag gemaakt.
Die zaterdag nam ik toen niet eens de moeite om uit bed te komen, ook al zou het puur uit protest zijn. De huid onder mijn ogen voelde schraal aan van het huilen. Ik had zelfs geen zin om naar beneden te gaan zodat ik wat te eten kon halen. Ik heb de hele dag moeten teren op een zak chips, een fles mierzoete limonade en een half pak koekjes, dat nog in mijn schooltas zat van vrijdag. Een niet erg gezonde maaltijd dus. Normaal gesproken zou ik dat nooit doen, ik probeer mijn lijntje te behouden, maar ik wilde perse niet naar beneden gaan omdat mijn moeder en Fred daar druk aan het inpakken waren. Vanaf boven kan ik ze naar elkaar horen schreeuwen om te overleggen wat er wel of niet ingepakt moet worden. Terwijl ik lig te luisteren, stel ik mezelf met pijn in mijn hart voor hoe ons huis steeds kaler en kaler wordt. 

Aan het einde van de dag had ik het gevoel als of ik zou sterven van de honger. Het kostte me al mijn zelfbeheersing om niet naar beneden te stormen toen mijn moeder riep dat het eten klaar stond. Ik kon de heerlijke geuren die vanuit de keuken kwamen helemaal vanuit mijn kamer ruiken. Maar in plaats van met een volle buik in slaap te vallen ben ik die avond met een verschrikkelijk leeg gevoel in bed gaan liggen.

Als ik de volgende ochtend wakker wordt, merk ik gelijk dat ik onrustig geslapen heb want ik voel me bij lange na niet uitgerust. Ook zie ik gelijk dat mijn kamer leger is dan de avond er voor: mijn moeder heeft waarschijnlijk besloten om al wat van mijn spullen in te pakken. De gedachte aan mijn moeder die door mijn kamer sluipt terwijl ik slaap, bezorgt me de rillingen. Ikzelf besluit nu, op dit moment, om gewoon te weigeren in te pakken. Op die manier zullen ze het wel uit moeten stellen. Het is een naïeve gedachte, realiseer ik me. Ik draai me nog een keer om in mijn bed, klaar om mezelf bezig te houden met nog een dagje mokken. Dan belt Katy me ineens op met de vraag of ik mee naar de film wil en vervolgens met wat vrienden wil hangen. Katy is een van mijn beste vriendinnen en dankbaar neem ik haar offer aan. Ik heb duidelijk behoefte aan wat afleiding en de beste manier is natuurlijk door wat te hangen met vrienden. Ik loop de trap af naar beneden en trek mijn jas aan. Mijn moeder en Fred zijn nergens te bekennen dus laat ik een briefje voor ze achter op de keukentafel. Dan stap ik met een opgelucht gevoel naar buiten.

Het is warm en donker in de bioscoopzaal, ik wordt er lui van. Als de film begint met spelen besef ik me tot mijn ongenoegen gelijk dat ik deze film al en keer gezien heb. Ik kijk naar mijn vrienden naast me die met een bak popcorn op schoot wel aandachtig naar de film kijken. Ik zucht en mijn gedachten dwalen weer af naar de verhuizing.
Wanneer de film is afgelopen, lopen we naar buiten waar de koude wind in mijn gezicht slaat. Het frist me op en maakt me weer wat helderder. Samen lopen we wat rond door de stad en we stoppen bij een snackbar waar ik trakteer op milkshakes voor de rest. Wanneer het donker begint te worden springen de lantarenpalen aan en besluiten we dat dit een goed moment is om naar huis te gaan.

Maar als ik die avond thuis kom en de trap op loop naar mijn kamer zie ik dat deze helemaal is leeggehaald. Het enige wat er nog in staat is mijn bed zodat ik nog een laatste nachtje kan slapen. Ik had nooit verwacht dat mijn moeder en Fred dit zo snel voor elkaar konden krijgen, ze hebben vast heel erg gehaast om alle spullen in te pakken voordat ik thuis kwam. Mijn kamer stond bomvol met spullen.
Mijn goede moed zakt in mijn schoenen als ik me op mijn bed laat vallen en de lege kamer door kijk. Alle vlekken en krassen die ik ooit per ongeluk op de muren heb gemaakt zijn extra goed zichtbaar nu er geen decoratie meer is om het te verbergen. Deze kamer heeft het zwaar gehad toen ik als 12-jarige een opstandige fase in ging. Ik heb op muren gekleurd, krassen op de vloer gemaakt en in de gordijnen geknipt. Dit deed ik puur en alleen omdat mijn moeder zich er aan ergerde. Toen leek het stoer om te doen maar als ik er jaren later aan terug denk, is het alleen maar heel stom.
Ik kan er gewoon met mijn hoofd niet bij dat mijn moeder en Fred zonder mijn toestemming nog een keer mijn kamer in zijn gegaan en al mijn spullen hebben ingepakt terwijl ik weg was. Bestaat er dan niet meer zoiets als privacy?
Er borrelt een naar gevoel op in mijn onderbuik als ik me besef dat we nu echt gaan verhuizen, hoe dan ook. Mijn lege kamer is het harde bewijs, mijn moeder wil perse dat het doorgaat, het maakt niet meer uit dat ik probeer de boel te vertragen. Ik heb mezelf nog even proberen voor te houden dat ze misschien van gedachte zou veranderen of dat er wel een andere oplossing zou zijn, dat Fred bijvoorbeeld wel hier kon komen wonen, maar nu heb ik toch echt geen andere keus meer.

Achter Slot en Grendel {VOLTOOID}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu