Ik had Colton gevonden. Zijn gespierde arm leunde tegen de zijkant van zijn zwarte auto, zijn grijns duidelijk zichtbaar op zijn voldane gezicht. Ik lachte verbitterd naar hem, had door dat deze jongen niet de deur voor me open zou doen, en pakte de hendel van de autodeur vast om vervolgens in de auto te gaan zitten. Colton was ondertussen ook in de auto geklommen, en zonder iets te zeggen starte hij hem en reed weg. Er lach een niet zo'n comfortabele stilte tussen ons, beide niet goed wetend waar we het over zouden moeten hebben. Maar nu ik erover nadacht was dit natuurlijker allemaal onzin; waarom zouden we speciaal helemaal ergens heen moeten als we toch maar vijf minuten zouden praten? Ookal gaf deze blonde jongen mij niet veel kans om er tegenin te gaan.
We kwamen aan bij een klein restaurantje, waar Colton de auto stopte en me aankeek. Zonder hem aan te kijken stapte ik de auto uit, en sloeg mijn armen over elkaar.
"Wat is dit?" eiste ik te weten, waarop Colton overdreven zijn ogen rolde en voor me wegliep.
"Dat zie je in precies twee seconden," antwoordde hij, licht geïrriteerd. Zuchtend liep ik achter hem aan. Ik hoorde een belletje rinkelen toen we de opendeden en de kamer in kwamen lopen, waardoor een man die voorheen een glas aan het droogmaken was opkeek en breed glimlachte zodra hij Colton zag. Colton zelf glimlachte ook; deze keer een oprechte glimlach, een die ik niet vaak zag.
"Colton, jongen! 't is lang geleden geweest, hoe gaat et met jou?" vroeg de kleine man met een enorm Italiaans accent, met een snorretje op zijn bovenlip en een dikke buik. Ze gaven elkaar zo'n gebaar ding dat alle jongens elkaar geven, en kloppen elkaar even op de rug, waardoor de man mij zag staan en zijn warrige wenkbrauw optilde.
"En wie ies deze belle dame?" vroeg hij, waarna Colton zijn blik naar mij liet dwalen, en zijn mond opendeed om te gaan praten. Maar ik hief mijn hand op en glimlachte naar de meneer voor me, waarna ik mijn hand uitstak; "Ik ben Selena," stelde ik mezelf voor, waarop de man mijn hand vastpakte en hem stevig schudde.
"Antonio," stelde hij zichzelf ook voor, en liet mijn hand los om hem vervolgens om zich heen te laten wijzen."Waar willen jullie zietten?" vroeg hij toen, en liet zijn arm weer vallen. Colton draaide zich naar mij om, en keek me vragend aan. Ik keek daarna denkend om me heen, toen mijn oog viel op een tafeltje in de hoek, wat uitzicht had op straat. Ik bedacht me dat dit waarschijnlijk wel de beste plek was om te zitten; zo hoefde ik niet altijd naar het afschuwelijke gezicht van Colton te kijken, en kon ik soms even pauze nemen door naar buiten te kijken.
Glimlachend wees ik naar de plek, waarna Colton en Antonio een blik wisselde, en Colton arrogant glimlachte. Vragend trok ik een wenkbrauw op, maar volgde daarna Colton en Antonio die naar de tafel liepen.Eenmaal daar aangekomen, namen Colton en ik tegenover elkaar plaats, en pakte Antonio twee menu kaarten en gaf ze aan ons beide.
"En kan iek alvast wat te drinken inschenken?", vroeg hij vriendelijk, waarop Colton mij even aankeek, en daarna zijn mond opendeed.
"Doe maar twee maal dat drankje," zei hij toen, met een veelbetekenende blik naar Antonio. Ik besloot het maar te laten; ik vroeg me af wat dat drankje was.
"Komt eraan," zei Antonio, en met een laatste glimlach waardoor zijn snor omhoog kwam liep hij weg. Vervolgens keek ik Colton vragend aan.
"Praat," beval ik hem, maar kreeg in plaats van woorden alleen maar een zelfverzekerde grijns.
"Nou, ik ben Colton.." hij dwaalde af, verwachtend dat ik erop zou reageren. En natuurlijk deed ik dat.
Rollend met mijn ogen zuchtte ik diep. "Niet zo, sukkel. Praat over waarom we hier eigenlijk zijn," zei ik geïrriteerd, en gebaarde dat hij moest beginnen. Colton keek me even recht aan, en hief daarna schuddend zijn hoofd neer.
"Ik weet waarover je wilt praten," zei hij grinnikend, zakte naar achter ik zijn stoel, en hief zijn armen om ze voor zich uit te strekken; "wat wil je precies weten?" vroeg hij.
Weer keer ik geïrriteerd aan -ik kon niks anders doen bij deze jongen- en met opgetrokken wenkbrauw sprak ik.
"Wat denk je zelf? Ik wil weten waarom je het nodig vond om mijn vriend te slaan."Colton sloeg zijn ene arm om zijn andere, en friemelde wat aan het tafelkleed. "Die kerel praat over dingen die hij niet snapt," zei hij hoofdschuddend, en keek me onder zijn wimpers door aan. Ik keek even verbaasd aan, maar sloeg zijn mijn ogen neer.
"En dat was ..?", vroeg ik en dwaalde aan het eind van mijn zin af. Hij staarde naar buiten, en het was even stil tussen ons. Net op het moment dat ik de stilte wou verbreken sprak Colton.
"Hij zei dingen over familie, gewoon recht in mijn gezicht. Hij verdiende de slag in zijn gezicht, en waarschijnlijk kreeg hij nog meer als Sarah niet was gekomen," zei hij snuivend, spande zijn kaak aan en keek me recht aan. Zijn ogen waren iets donkerder dan ze voorheen waren.
"Wat bedoel je met familie?" vroeg ik me af, waarop Colton me boos aankeek en snoof.
"Niks voor jou om te weten," antwoordde hij boos, en ik schrok even op, maar keek hem daarna ook boos aan.
"Oh, dus we gaan het zo doen?" vroeg ik boos, en leunde voorover over de tafel. Colton deed hetzelfde, en balde zijn handen in vuisten.
"Hoe bedoel je we gaan het zo doen? Wat er met mijn familie is gaat je niks aan," zei hij, nu iets kalmer dan eerst maar nog steeds waren zijn pupillen groter dan eerst. Verbaasd keek ik hem aan.
"Je kan niet eerst aardig tegen me doen Colton, om vervolgens je weer als een klootzak te gaan gedragen," antwoordde ik boos. Colton haalde diep adem, sloot zijn ogen en keek me daarna weer aan.
"Jij verteld mij niet wat ik moet," snauwde hij. We keken elkaar recht ik de ogen, ik wou niet weg kijken. Nienke had gelijk: het was nooit goed om met Colton om te gaan. Colton was zo enorm wispelturig. Op het moment dat ik weer wat wou gaan zeggen werd ik onderbroken door Antonio, die met twee glazen drinken aankwam.
"Dat is het voor mij ook niet meer nodig hier te blijven," siste ik terug, en stond op van de stoel.
"Zo, je hebt een keer gelijk," hoorde ik Colton nog zeggen, waarop ik hem woedend aankeek en mijn middelvinger opstak. Ik trok mijn jas aan terwijl ik naar buiten liep, en nog voordat ik het cafeetje was uitgelopen hoorde ik Colton boos iets te schreeuwen naar de andere klanten die ons tafereel aan hadden moeten zien. Puffend van de woede sloeg ik mijn armen om elkaar, en begon in mijn gedachtes een oplossing te vinden voor het probleem dat ik geen idee had waar ik was, en ook geen vervoersmiddel had om weg te komen. Ik begon met weg te lopen, totdat ik mijn naam hoorde, die geroepen werd door Antonio. Ik draaide me om naar hem, en wachtte tot de man mij had bijgehaald.
"Wacht even," zei hij in zijn Italiaanse accent met één vinger omhoog in de lucht, en boog even voorover om op zijn adem te komen. Ik sloeg mijn armen over elkaar, wachtend tot hij weer normaal zou gaan staan. Nog steeds met een iets versnelde ademhaling ging hij weer recht staan, en wees toen met zijn vinger naar mij.
"Iek weet dat jij Colton nu elemaal niet mag, en iek begrijp dat. Die jongen eeft et veel moeilijker dan je denkt, echt waar. Iek vraag je niet om hem et te vergeven, maar denk erover na, alsjeblieft," vroeg hij, soms even stoppend om op zijn adem te komen. Ik dacht even na, knikte toen na denken, en nam afscheid van Antonio. Maar ondertussen dacht ik na over wat hij had gezegd; hoezo had Colton het heel moeilijk? Ik weet dat hij een jaar weg was geweest, maar waarom? Natuurlijk zou hij niet naar de gevangenis zijn geweest, en ik wist dat ik niet al die roddels moet geloven. Maar het is iets met zijn familie. En hier moest ik achter komen.
----------
Yoyoyo tis weer even terug dat ik dit verhaal ge-update heb. Maar hallooo!! Hoe gaat het met iedereen ? Goede kerst gehad? Goed jaar gehad? Mijn jaar is goed gegaan. Weet iemand nog over die jongen waar ik het over had waar het toch niets mee geworden was? Is het nu wel. Woooohhh ;D hhahaha het duurde even maar het is er hoor ;p tot hopelijk snel!! En vergeet niet te stemmen (; ☺️💗Instagram ;juliadehaan1
JE LEEST
One Way
Teen Fiction'We weten niet hoe we dit het beste moeten zeggen', zei ze, en bij we keek ze weer naar mijn vader, die nerveus aan zijn stropdas zat te trekken. 'Nou, ik weet zeker dat ik het wel aankan, ik bedoel, zo erg kan het toch niet zijn?', vroeg ik mijn...