Chapitre 22

1.5K 56 28
                                    

'Heb je genoeg dekens, lieverd?' vroeg de moeder van Alia aan me. Ze lachte vriendelijk. 'Ja, bedankt mevrouw. Ik waardeer het,' zei ik. De moeder van Alia lachte. Ze had een gele tulband om en ze had een Afrikaanse huisjurk aan. Ze was echt een lieve vrouw. 'Dankjewel, mama. Welterusten,' zei Alia, die naast me lag. Ik bleef bij haar slapen, omdat ik het even niet meer alleen in mijn appartement trok. Ik had iemand nodig om mee te praten. Haar kamer was lila-achtig geverfd, met overal lampjes, knuffels en posters. Het was er echt gezellig. Ik rolde mezelf uit de dikke dekens en keek naar Alia. 'Drink je thee en vertel me wat er is gebeurd, bébé. Je trilt helemaal,' zei ze bezorgd en ze gaf mijn theekopje aan. Hoe moest ik dit precies gaan vertellen? Zo perfect was mijn Frans nou ook weer niet. Sommige moeilijke woorden wist ik niet. 'Als je een woord of zin niet weet, praat Engels. Mijn Engels is vloeiend,' glimlachte ze. Ik aarzelde. 'Je Frans is hartstikke goed, dus maak je daar maar geen zorgen over. Niet onzeker doen, vertel nou maar,' zei ze en ze begon mijn haren te vlechten. Ik nam een slok van mijn warme kruidenthee en begon te vertellen. Met een ernstige blik luisterde ze naar mijn verhaal. Nadat ik alles had verteld was ze sprakeloos. 'Hij is gek. Ik heb nog nooit zoiets psychopatisch gehoord, echt niet. Dat is alles wat ik kan zeggen,' zei ze. 'Je moet voor hem vluchten.'
'Maar ik wil hem helpen. Ik hou van hem,' fluisterde ik. 'Hou je echt van hem of wíl je van hem houden? Omdat hij zoveel van jou houdt?' vroeg ze serieus. Ik haalde mijn schouders op. 'Ik weet het niet. Ik denk dat ik van hem hou. Ik vind hem leuk en hij kan echt heel.. Lief zijn. Geloof het of niet,' zei ik. 'Dat geloof ik best, maar hij is gevaarlijk, zus. Hij uit zijn gevoelens op een hele gevaarlijke manier. Ik zou hem voor nu even met rust laten. Het komt wel goed met hem. Logeer een tijdje bij mij. Hij weet toch niet waar ik woon,' zei ze toen ze klaar was met mijn vlechten. Tevreden keek ze ernaar. 'Dat is echt lief van je. Vinden je ouders dat niet erg?' vroeg ik. 'Nee joh! Die zijn toch vaak weg. Blijf een paar dagen bij mij, dat zal je goed doen. Hoe is het nu eigenlijk met hem?' vroeg ze. 'Geen idee. Hij werd vanmiddag meegenomen door die ambulance. Ik hoop dat het goed gaat met hem.' 'Vast wel, ik denk dat hij morgen wel weer uit het ziekenhuis mag. Ze gaan de wond hechten en dan mag hij waarschijnlijk gaan. Neem afstand van hem, focus je op je stage oké? Morgen is je eerste dag,' zei ze. Ik vond haar echt lief. Ik omhelsde haar. 'Je hebt gelijk. Zal ik doen. Dankjewel, lieverd. Voor alles,' zei ik.

De volgende ochtend om 10 voor 8 stond ik voor het ziekenhuis waar ik zou gaan stage lopen. Ik bewonderde het grote moderne gebouw en ik glimlachte. Eindelijk ben ik waar ik voor ben gekomen! Even geen gezeur meer. Dit doe ik voor mijn toekomst. Ik rechtte mijn rug, deed mijn doktersuniform goed, keek of mijn haar nog strak naar achteren zat en ik liep naar binnen.

Ik werd voorgesteld aan een paar Nederlands sprekende dokters en assistenten en ik mocht meteen aan de slag. Één van de dokters gaf me eerst wat instructies. Hij had donkerblond haar en hij schudde mijn hand. 'Hoi, Dilara. Wat ben je een beeldschone dame. Ik ben dokter Paul, leuk dat je hier bent! Ik ben net als jij in Rotterdam geboren, maar ik ben naar Parijs verhuisd. En ik vind het heerlijk hier. Je mag je eerste dagen de handelingen van een arts uitvoeren. Over een paar dagen ga je mee naar de operatiekamers en help je daar een handje mee. Als je iets niet weet kan je altijd naar me toe komen. Veel succes!' zei hij en hij glimlachte lief. 'Bedankt, meneer.' De hele dag gaf ik injecties aan patiënten, ik verbond wonden en ik hechtte wonden. Ik wist dat ik dit het liefste deed, arts worden was echt mijn droom. Ik had het er echt naar mijn zin. Maar ik vroeg me wel telkens af hoe het met Emin ging.

De dag ging snel voorbij. Het was ineens 5 uur, ongelofelijk hoe snel de dag ging! 'Je hebt het perfect gedaan vandaag, Dilara! Bedankt voor je inzet. Tot morgen,' riep dokter Paul vanuit zijn spreekkamer toen ik langsliep. 'Bedankt! Tot morgen,' riep ik terug. Grijnzend en trots riep ik richting mijn kluis, waar mijn spullen in zaten.

Ineens zag ik in de binnenkomst hal van het ziekenhuis een bekend persoon. Zag ik dat nou goed? Het was de vampier die ik zag op de bruiloft van mijn tante! Die vriend van Emin! Oh mijn God, wat doet hij hier nou weer? Zou Emin hier in het ziekenhuis liggen? Ik probeerde snel door te lopen maar ik hoorde mijn naam al. Nee, niet nu! Wat als hij me gaat lastigvallen? 'Hé, Dilara! Jij bent Dilara, toch?' hoorde ik hem roepen. Geïrriteerd draaide ik me om. 'Wie ben je en wat wil je van me?' zei ik. Meteen had ik spijt van mijn gemene reactie. Ik ben helemaal niet zo. Ik was gewoon gestresst. Hij grijnsde en pakte mijn hand. Zijn hand voelde ijskoud aan en meteen trok ik de mijne terug. 'Rustig, dame. Ik ben Valentin Dostojevski, een vriend van Emin. Ik kom uit Rusland. Ik wilde kennis met je maken,' zei hij. Ik scande zijn uiterlijk en ik moest zeggen dat hij echt knap was. Hij had een erg bleke huid, zwarte haren, grijsachtige ogen en een mooi gezicht. Zijn neus was klein, zijn lippen waren aan de volle kant en hij had soort cat eye ogen. Ik moest eyeliner gebruiken om dat effect bij mijn ogen te krijgen.

Hoe dan ook, hij was echt een aardig persoon. We praatten een tijdje over elkaar en over Emin. Hij was vriendelijk, netjes en respectvol maar wel een beetje mysterieus. Hij vertelde dat Emin in dit ziekenhuis lag. Precies in dit ziekenhuis, van alle ziekenhuizen in Parijs. Alsof het zo moest. 'Hij mag morgen gaan. Ik wacht tot die tijd hier op hem. Ik snap echt niet wat hij zichzelf allemaal aandoet, man,' zuchtte hij. 'Ik weet het ook niet. Ik wil hem helpen, maar hij maakt me bang. Ik wil voor nu even afstand houden en hem laten,' legde ik uit en hij knikte begrijpelijk. 'Maar je hebt wel geluk met hem, hij is een goeie jongen als het om jou gaat. Hij geef veel om je. Besef dat even,' zei hij daarna. Mijn hart begon sneller te kloppen toen ik daaraan dacht. Mijn wangen werden rood. 'Aw, cutie. Word je nou rood?' vroeg Valentin met een irritante lach. 'Nee! Ik word niet rood! Dat heb je je verbeeld,' lachte ik en ik duwde hem zachtjes. 'Moet ik je naar huis brengen? Dat zou Emin wel fijn vinden,' bood hij aan. Ik schudde mijn hoofd. 'Nee, ik ga met de metro, dankjewel. Je weet zelf dat Emin daar heel jaloers om wordt. Je weet het heel goed.' Valentin grinnikte en zijn witte tanden kwamen tevoorschijn. 'Tuurlijk weet ik dat, mademoiselle.'

1 dag later

Emin's POV

Ik moest het doen. Ik moest mezelf gewoon neersteken, anders zou ze niet beseffen wat ik allemaal voor haar over had. Ik moest haar straffen en ik moest haar laten schrikken. Het is me wel gelukt. Die angst in haar ogen was zo duidelijk. Heerlijk. En hoe ze daarna huilde dat ze van me hield... Ik grijnsde toen ik eraan dacht. Ik voelde niks van dat mes, dus het is niet erg. Ik had haar laten beseffen hoeveel ik van haar hou, dat was mijn doel. Ik had er geen spijt van. Eindelijk, na een lange 24 uur, mocht ik dat ziekenhuis verlaten. Valentin wachtte op me, maar ik had daar geen tijd voor. Ik wilde meteen opzoek naar Dilara. Na dat zou ik de grote zaken afhandelen. Ik had de grootste maffiabaas van Parijs vermoord inclusief zijn mannen. Nu waren zijn zaakjes, zijn drugs en al zijn wapens van mij. Nu word ik nog rijker dan ik al ben en kan ik alles doen met het meisje van mijn dromen. Maar eerst moest ik die zaken gaan afhandelen. Ewa, komt goed. Ik zorg sinds klein al voor mijn eigen saaf, en nu ben ik miljonair. Door alle drugs en moorden. En ik ben er trots op. Agressie is wat mij compleet maakt.

Ik reed met hoge snelheid naar haar appartement. Waarom verbleef ze in deze ghetto buurt? Waarom dropte haar school haar hier? Ik word gewoon boos als ik eraan denk. Er waren zoveel jongens die naar haar keken. Het liefst schiet ik ze één voor één, maar dan zou ze niks meer met me te maken willen hebben. Dus ik hield me in. Wat wel echt moeilijk was.

Ik liep naar haar appartement, trapte de deur in en ik liep naar binnen. Maar er was niemand. Er was helemaal niemand. Ik werd helemaal paranoia vanbinnen en ik sloeg de eettafel om. Waar de fuck is zij?  'Dilara!' schreeuwde ik woedend. Ze zou allang thuis moeten zijn. Als ze buiten is hè. Waarom lokt ze dit steeds uit, ze maakt me echt boos. Ik stormde de slaapkamer in en werd bozer toen daar ook niemand was. Ik schreeuwde en gooide haar roze nachtlampje kapot. Waar is zij? Is ze bij een andere jongen? Allerlei scenario's spookten door mijn hoofd en ik werd helemaal gek. Verblind door de woede liep ik het appartement uit. Ik moet haar zoeken. Wacht maar.

Ik ga haar vinden.

Obsessed With MeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu