Chapitre 31

1.9K 77 49
                                    

Ik was bang voor wat er ging komen. Ik bleef naar beneden kijken en ik voelde voor het eerst in mijn leven een klap van een jongen. Hoe durft hij? Mijn achterhoofd ving de harde klap op en ik probeerde niet te huilen. Hij sloeg me gewoon. En dat was het moment dat ik wist dat ik niet met hem verder kon. Ik moest vluchten. En ik ging het regelen ook. 'Wát zeg jij? Carlos? Wie de kanker is Carlos? Je bent ziek, echt waar. Je bent ziek in je kop. Wie is die kanker boy, hè? Wie is hij? Ik steek hem per direct neer, nadat ik jou heb geklapt,' schreeuwde hij trok me aan mijn haren. Hij sleurde me weer eens over de grond mee, richting de woonkamer. Ik gilde. 'Hou je bek, jaloerse gek.  Laat me los, of  ik ga jou straks een keer iets aandoen! Mishandelaar,' gilde ik in zijn gezicht en ik krapte hem. Zonder succes, want mijn kunstnagels waren helemaal niet scherp. Dat kwam omdat ze rond van vorm waren. 'Oh, dus je wilt mij wel dood hebben? Schiet me neer dan,' schreeuwde hij uitdagend en hij legde het pistool van net in mijn handen. Met schrikogen keek ik ernaar, what the hell? Ik heb letterlijk een pistool vast. 'Schiet me door mijn kop. Doe dan!' zei hij en hij bleef me strak aankijken. Ik keek de andere kant op, ik wilde hem niet aankijken. Ik vond het altijd moeilijk om oogcontact te maken met mensen. Hij greep me bij mijn keel en ik hapte naar adem. 'Doe. Het. Zei. Ik,' zei hij eng, met die zware stem van hem. Ik voelde me echt onder druk gezet, maar ik had een idee. Ik ga hem een koekje van eigen deeg geven. Ik rukte me los, rende naar het balkon en gooide het pistool er vanaf. Toen ik dat deed schreeuwde hij zo hard als een beer, lol. En stiekem, heel diep vanbinnen moest ik erom lachen. Dat ik hem zo boos kon krijgen. 'Jij gaat spijt krijgen van dit alles. Ik ga je zo hard klappen dat je niet meer kan lopen. En wacht maar, ik ga die zogenaamde neef van je vinden. En dan pak ik hem. Je liegt en je liegt! Het is klaar, ik ontvoer je. Ik ontvoer je naar de andere kant van de wereld, waar niemand je kan vinden. Pak je spullen,' schreeuwde hij en hij gooide me extreem hard tegen de muur aan waardoor ik weer gilde. Mijn nek klapte dubbel. Tranen van woede stroomden over mijn wangen. 'Jij hebt hulp nodig, viezerik. Jij hebt echt hulp nodig. Je bent een psychopaat, dat is wat je bent. Wacht maar tot ik mijn familie hierover inlicht, dan ben je morgen dood! En ik hoop het!' schreeuwde ik en ik rende richting de voordeur. Hij was natuurlijk veel sneller dan ik en hij greep me van achter vast. Het deed echt pijn. 'Spullen pakken zei ik, of moet ik je nog harder slaan? Moet ik je nog harder aftrappen?' zei hij. Ik zeg je eerlijk, onze ruzies waren altijd heel heftig. Echt niet normaal. We hadden nooit kleine ruzietjes, maar onze ruzies bestonden uit vechten, schreeuwen en schelden. Hij was een geval van het ene uiterste naar het andere uiterste. Als hij in een goede bui was, was hij extreem lief. Maar als hij boos was, veranderde hij in satan. 'Val dood,' kreunde ik van de pijn. Hij gooide me mijn slaapkamer in en keek me duivels aan. Zijn ogen stonden zo eng, alsof hij bezeten was van woede. 'Jij pakt nú je spullen in. Doe je dat niet, dan verbrand ik alles en sleep ik je zonder spullen mee. Ik ga je echt hoeken. Je gaat zien,' zei hij vastbesloten en hij smeet de deur dicht. Ik barstte in tranen uit. 'Ik ben je zat! Ik ga helemaal nergens heen! Ik blijf hier. Opdonderen met jouw gekke acties!' gilde ik tegen de deur. 'Je bent de lul als je morgennacht zo tegen me ingaat. Niet proberen,' riep hij irritant vanuit de woonkamer. Wat? Gaan we morgennacht al? 'Ik ben je echt helemaal zat! Val dood!' schreeuwde ik weer. 'Vooral zo doorgaan. Nog één woord en ik gooi je van het balkon,' schreeuwde hij. Wat een flikker.

Ik moest hier weg, ik moest hier weg. Maar hoe ga ik dat doen zonder telefoon? Laat ik eerst maar mijn spullen pakken. Ik ga niet zonder spullen vluchten. Ik moet nu slim zijn. Ik moet niet zomaar ergens naartoe vluchten, als een kip zonder kop. Want hij gaat me toch wel vinden als ik het nu fout doe. Misschien moet ik het eerst 'goedmaken' met hem, zodat hij het niet door heeft. Geld heb ik genoeg en ik heb mijn spullen. Alleen mijn telefoon... Hoe ga ik alles regelen zonder telefoon? Ik moest een bootticket naar Marokko kopen. Ik moest mijn ouders bellen. Ik moet Leyla laten komen, misschien Alia ook wel. En Carlos, of Rayen? Als mijn vrienden komen, ben ik tenminste niet alleen. Oké, dit is mijn plan. Ik ga het vanavond 'goedmaken' met Emin, en ik ga zijn vertrouwen winnen. Morgenochtend ga ik naar de stad met hem en regel ik een telefoon. Ik laat mijn oude maken of ik koop een nieuwe. Zodra ik dat heb gedaan, licht ik mijn vrienden in. Leyla komt sowieso wel, de rest moet ik nog vragen. Ik regel een bootticket naar Marokko voor morgenavond, en ik huur een hotelkamer in Tanger, waar ik op mijn vrienden ga wachten. Als ze er zijn, gaan we richting Marrakech en blijven we daar een paar weken. Als we terug naar Nederland gaan, hoop ik dat Emin me overal aan het zoeken is terwijl ik dan allang terug in Rotterdam ben. Probleem opgelost. Morgenavond als hij ligt te slapen pak ik de boot naar Marokko. Hij is dit keer gewoon veel te ver gegaan. Ik kan hier niet nog 3 weken mee opgescheept mee zitten. Mijn spullen waren gelukkig al ingepakt. Ik ging op mijn bed liggen en ik sloot mijn ogen. En als ik morgenochtend wakker word, ga ik alles regelen.

Obsessed With MeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu