Hoofdstuk 35

147 10 4
                                    

POV Alyce

Ik zat naast het bed van mijn oma, op een stoel die al uren geleden niet meer comfortabel zat. De witgekleurde, saaie ziekenhuis kamer was ook al uren geleden niet langer interessant. Ik had ieder detail van de kamer al in me opgenomen, omdat ik niets anders te doen had. Omdat ik niets anders wilde doen.

Mijn ouders zaten aan de andere kant. Ik wist dat andere familieleden eerder deze ochtend al bij haar langs waren geweest. De afgelopen dagen waren als een soort estafette. We hadden zo ongeveer een planning wie wanneer bij haar zou zijn.

Het was prettig om te weten dat ze nooit alleen was. Ik vond het fijn om bij haar in één kamer te zijn. Ze sliep meer dan dat ze wakker was, maar ondanks dat voelde haar aanwezigheid geruststellend. Ik hoopte dat onze aanwezigheid ook zo voelde voor haar.

Ik leunde achterover en staarde uit het raam. Ik trok mijn benen op en sloeg mijn armen eromheen. Het regende en de druppels tikten hard tegen het glas. Dat was het enige geluid dat de ruimte vulde.

Tot mijn telefoon zacht trilde. Ik opende het scherm en keek naar het zoveelste berichtje die Javen me vandaag had gestuurd. Het zoveelste lieve berichtje, die me ernaar liet verlangen om weer bij hem te zijn in Spanje. Die me schuldig liet voelen dat ik graag daar wilde zijn, ondanks dat mijn oma me hier nodig had.

'Je zou hem kunnen bellen?'

Ik draaide me naar mijn moeder toe. De vermoeidheid was op haar gezicht te lezen. Ze had wallen onder haar ogen en haar haren waren dof. Mijn vader hield haar hand stevig vast.

'Misschien helpt het je om met hem te praten?'

'Ik weet niet of dat een goed idee is,' zei ik zacht, terwijl mijn vingers de plek volgden op mijn been die ik niet zag door mijn broek, maar al te goed kende. Ik pakte mijn boek van het kastje dat naast me stond en sloeg deze open. Ik hoorde de zucht van mijn moeder, maar reageerde er niet op.

Het was nu vijf dagen geleden. Vijf dagen geleden dat ik Javen had achtergelaten in Spanje. Vijf dagen geleden dat mijn hart was gebroken toen ik de autodeur dicht had geslagen. Het lukte me niet om contact met hem op te nemen. Hij appte me, hij belde me en hij deed zo hard zijn best. Alleen het gapende gat dat zijn afwezigheid had veroorzaakt, zou enkel groter worden. Ik was bang voor mijn emoties. Ik was bang voor wat er zou gebeuren als ik aan mezelf toegaf hoe erg ik hem miste.

Er gingen weer uren voorbij terwijl ik in mijn boek las, Netflix keek, uit mijn raam staarde. Alles wat ik kon doen om de tijd door te komen zonder aan Javen te denken.

~

De volgende dag waren Ralph en Lela weer thuis. Ik zette mijn fiets tegen de schutting van Ralphs huis en liep naar de voordeur. Het was bekend terrein. Ik kwam hier al regelmatig over de vloer.

Ralph opende al snel de deur nadat ik had aangebeld. Hij glimlachte en trok me in een knuffel. 'Hey Alyce.'

Even gunde ik het mezelf om al mijn zorgen over mijn oma en al mijn verdriet om Javen aan de kant te schuiven. 'Hey.'

Ralph liet me los en keek me bezorgd aan. 'Hoe gaat het met je?' vroeg hij me, terwijl hij achteruit stapte en me binnen liet.

Ik hing mijn jas op aan de kapstok en liep de woonkamer binnen. 'Het kan beter,' antwoordde ik eerlijk, terwijl ik plaatsnam op de bank. Langzamerhand probeerde ik mijn emoties iets meer zichtbaar te maken richting Ralph en Lela, in plaats van dat ik alles diep wegstopte. Het lukte nog niet altijd, maar ik wist dat het een eerste stap was.

Ralph kwam achter me aan en ging naast me zitten. 'Is er al verbetering?' vroeg hij.

Ik had mijn vrienden geappt wat er was gebeurd. Dat ik naar huis was gegaan om bij mijn oma te zijn en dat het niet goed met haar ging. De afgelopen dagen hadden ze hun best gedaan om me vanuit Spanje te steunen, maar het was een opluchting dat ze nu weer hier waren. Dichtbij.

'Er is verbetering, maar ze is nog niet veilig,' vertelde ik Ralph gepijnigd, terwijl ik diep ademhaalde om het verdriet dat me bekroop tegen te houden. 'Ik weet niet wat ik zonder haar moet Ralph.' Mijn stem brak en mijn muren brokkelden af. De afgelopen tijd had ik Javen gehad om me te helpen met mijn emoties. Nu zag ik weer in hoe moeilijk het was om daar alleen mee om te gaan.

Ralph schoof dichter naar me toe en sloeg zijn armen om me heen. Ik klemde mezelf aan hem vast en probeerde de tranen te verbergen die over mijn wangen liepen. Ik probeerde hem niet te laten zien hoeveel pijn dit deed, omdat ik wist dat hij me niet kon helpen.

Mijn telefoon, die ik eerder op de kleine tafel voor de bank had gelegd, begon zacht te trillen. Ralph liet me los en ik draaide mezelf om naar mijn telefoon, terwijl ik snel nog de laatste tranen van mijn gezicht wegveegde. Ik pakte mijn telefoon, maar verstrakte toen ik de naam op het scherm las. Javen.

'Je mag wel opnemen, dan laat ik je even alleen en kom ik zo terug?' zei Ralph lief. Hij glimlachte bemoedigend naar me, terwijl hij al opstond om weg te lopen.

Ik schudde mijn hoofd. Snel zette ik mijn telefoon op stil en liet ik de oproep doorgaan tot het oversprong op de voicemail. Ik legde mijn telefoon weer op de tafel en draaide het scherm naar beneden. 'Het is al goed.'

Ralph ging weer op de bank zitten met een verwarde uitdrukking op zijn gezicht. 'Ik dacht dat het goed ging tussen jullie?'

Ik staarde naar mijn telefoon met schuldgevoel en pijn. 'Het ging ook goed tussen ons,' antwoordde ik hem.

Ralph zuchtte. 'Waarom negeer je hem dan? Wat moet hij nu denken?'

Mijn handen trilden en ik verstopte ze onder mijn benen. Ik dacht aan Javen, in zijn kamer in Spanje, kijkend naar zijn telefoon en zich afvragend wat er fout was gegaan. Javen wie zichzelf voor mij had opengesteld. Wie hield van ieder deel van mij, zelfs de delen waar ik zelf niet van hield.

Hoe lang zou het duren tot hij het opgaf en ik het helemaal had verpest?

'Beloof me dat je hem belt als je thuis bent,' zei Ralph op een strenge toon tegen me. Ik draaide me naar hem toe en hij had een glimlachje op zijn gezicht. 'Je verdient het om gelukkig te zijn met iemand Alyce en als ik jou moet geloven verdient hij het ook om gelukkig te zijn met iemand.'

'Oké,' antwoordde ik. 'Ik beloof het.'

Javen verdiende het inderdaad om gelukkig te zijn met iemand, maar soms wist ik nog niet zeker of ik de persoon zou zijn wie hem gelukkig kon maken.

Going OutWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu