Hoofdstuk 12

196 18 2
                                    

POV Javen

Het deed me onverwacht veel pijn toen Alyce het idee om mij mee te nemen naar het strand afsloeg. Ze wilde me helpen, dat dacht ik tenminste. Blijkbaar had ze er geen behoefte aan om me te helpen tijdens haar vakantiebezigheden.

Dat was tenminste wat ik wilde denken. Ik wilde boos op haar zijn, omdat het dan makkelijker zou zijn als ze vertrok. Het zou makkelijker zijn om haar op die manier de rest van haar verblijf te negeren. Om het tegen haar te gebruiken, zodat ze niet meer in mijn buurt zou komen.

Twee dagen lang zag ik haar niet. Ze kwam 's nachts niet naar het zwembad. Misschien kwam ze op de momenten dat ik naar de ster op mijn hand keek en vol opluchting merkte dat ik eindelijk de realiteit van de dromen kon onderscheiden. Dat waren er nog niet veel, maar die momenten waren er. Dankzij haar.

Ze kwam ook niet naar me toe. Dat beschouwde ik als een opluchting, want misschien was het beter zo. Ik had me hier al te ver in laten meeslepen. Het zou me allemaal niet helpen als ze vertrok. Ik wist niet eens hoe lang ze hier nog zou blijven. Als ze over enkele dagen al vertrok, dan zouden we de tijd niet eens hebben.

Aan al die gedachtes probeerde ik me vast te klampen.

Het was twee uur 's middags toen ik de trap afliep naar de woonkamer. Ik had niet ontbeten, dus het hongergevoel begon nu op te spelen. Ik liep meteen naar de keuken en maakte een broodje, waarna ik naar de veranda liep om het op te eten.

Buiten hoorde ik zachte stemmen. Mijn vader was niet lang geleden vertrokken om boodschappen te doen, dus ik liep nieuwsgierig verder.

De veranda was leeg. De stemmen kwamen van het zwembad.

Ik liep naar buiten en leunde tegen een van de zuilen die het deel van ons huis boven de veranda ondersteunde. Daar begon ik aan mijn middageten.

Haley zag ik als eerste. Ze zat op een van de ligbedden met haar rug naar ons huis toe. Ik hoorde een zachte stem, maar het was niet Haley die sprak. Achter Haley zat Alyce. Ze zat op de rand van het zwembad. Haar voeten hingen niet in het water, maar ze was er ook niet op gekleed om te zwemmen. Een lange jurk reikte tot haar enkels.

Ik wilde hen privacy gunnen. Het was goed dat mijn zusje aanspraak had met iemand die haar niet in de problemen zou brengen. Alleen het was zo lastig na deze dagen vol onzekerheid. Daarom bleef ik staan waar ik stond.

'Pindakaas,' hoorde ik mijn zusje opeens stellig zeggen. Ik grijnsde, niet wetende wat de context van hun gesprek was. 'Dat mis ik. De Nederlandse Pindakaas.'

Alyce lachte om Haley haar woorden. Een luchtige, bijna zorgeloze lach. Niets aan haar vertelde me dat ze ergens mee zat. Alleen de Alyce die ik 's nachts had leren kennen vertelde me dat er meer was.

Op dat moment vond ze mij. Ik wist niet of ik van hen weg moest lopen of dat ik moest blijven staan. Het was waarschijnlijk beter voor ons beiden als ik me omdraaide en vertrok, maar ik kon het niet. Ik wilde uitleg en antwoorden. Ik wilde een bevestiging dat ze me niet wilde helpen, zodat ik verder kon.

Haley draaide zich naar me om. Ze kreeg een gepijnigde uitdrukking op haar gezicht. Ze draaide zich terug naar Alyce en ik hoorde haar stem, maar niet haar woorden. Vervolgens stond ze op en kwam ze naar me toe.

Vlak voor me stond ze stil. In haar ogen school verdriet, maar het leek verder weg dan normaal. Misschien kon Alyce haar wel helpen. Misschien konden ze vriendinnen worden.

Ik voelde haar hand zacht op mijn schouder. 'Een beetje zonlicht zou je goed doen,' zei ze, zonder grappende emotie in haar stem of beschuldiging. Ze seinde naar Alyce en het ligbed dat nu leeg was. Vervolgens liep ze langs me naar binnen.

Ik twijfelde. Alyce zat nog op dezelfde plek en maakte geen aanstalten om te vertrekken. Een uitnodiging misschien? Of had ze geen idee wat Haley tegen me had gezegd? Ze staarde naar het water van het zwembad.

Niet ver van het zwembad vandaan zag ik Alyce haar ouders. Ze zaten op de veranda van het huisje dat ze van ons huurden. Het was een gek idee dat dit allemaal onze grond was. Hun blikken op Alyce ontgingen me niet. Bezorgdheid.

Ik wist niet waarom dat me over de streep trok. Misschien vanwege mijn eigen vader, die in zijn bezorgdheid Alyce mijn richting op had geduwd. Het feit dat we beiden ouders hadden die ons niet in pijn wilden zien. Wilden haar ouders wel iemand in de buurt van hun dochter die zich terugtrok in zijn kamer en geen sociale contacten wilde aanleggen? Die gedachte duwde ik snel weer op de achtergrond.

Ik liep richting Alyce. De krakende steentjes onder mijn slippers en het geklap daarvan lieten haar opschrikken. Ze keek me recht aan.

Het voelde alsof een jager een prooi benaderde. Alleen dan had ik geen idee wie de prooi was. Alsof we beiden ieder moment konden beslissen om toch te vertrekken.

De stoel kraakte licht toen ik ging zitten. Het voelde gek om zonder zwemkleding aan de rand van het zwembad te zitten. Het voelde ook gek om overdag aan het zwembad te zitten. Ik wist niet precies hoe vaak ik dit had gedaan, maar waarschijnlijk was het op één of twee handen te tellen.

'Hi,' zei Alyce zacht.

De emoties die ik de afgelopen twee dagen ver had weggedrukt kwamen weer boven. 'Ik heb je niet gezien de laatste dagen.' Ik wilde het niet beschuldigend laten klinken, maar ik wist niet of ik daar helemaal in geslaagd was.

Alyce knikte en staarde weer naar het zwembad. 'Ik had tijd nodig om na te denken.'

Ik voelde me ongemakkelijk. Gesprekken voeren was niet mijn ding. In het donker van de nacht leek het als vanzelf te gaan, maar nu niet. Nu voelde het alsof we twee volledig andere personen waren. 'Is dat gelukt?'

Ze zuchtte. 'Nee, niet helemaal.' Haar handen plukten aan de stof van haar jurk. 'Alleen ik bedacht me dat het misschien niet mijn taak is om erover na te denken.'

Er viel een stilte. Een stilte waarin ik niet wist wat ik moest zeggen en waarin ik bij haar bijna de gedachtes in het rond kon zien vliegen. Ik wist niet precies wat ik van haar woorden moest maken.

Ze haalde diep adem en draaide zich naar me toe. Haar jurk draaide vrolijk met haar mee, maar haar gezicht stond ernstig. 'Ik heb mijn eigen problemen,' begon ze met een breekbare stem. 'Problemen waar ik misschien nooit over wil praten. Ik wil je helpen, dat is nooit veranderd. Alleen het is jouw keuze nu, want ik durf het risico niet te lopen dat ik je uiteindelijk nog meer pijn doe.' Haar ogen glinsterden. Waren dat tranen?

Ik hoorde mijn vaders stem alsof hij naast me stond. Geef haar alsjeblieft een kans. Ik hoorde de moedeloosheid die hij al die jaren al met zich meedroeg. Ik had hen al zo veel pijn gedaan, was het niet tijd om daar nu mee te stoppen?

Alleen boven dat wist ik nu hoe het voelde als mijn gedachtes op stil werden gezet. Ik kende de rust die haar aanwezigheid met zich mee bracht, ondanks dat ik me ertegen verzette. Dat was iets wat ik wilde uitzoeken. Iets waar ik voor open stond.

'Ik accepteer het dat je er niet over wilt praten,' De hoop in haar ogen was bijna zichtbaar. 'als jij het ook accepteert dat ik er niet over wil praten.'

Een compromis, dat was dit. Wellicht konden onze voorwaarden in de loop van de tijd nog veranderen, maar tot die tijd zou dit de deal zijn. Niets meer, niets minder.

'Oké.'

Going OutWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu