031

218 6 0
                                    

"Zijn plan?" vraagt Percy verward.

"Jij was de dief tijdens de winterzonnewende," zegt Hades. "Je vader dacht jouw bestaan geheim te kunnen houden. Hij stuurde jou naar de troonzaal in Olympus. Jij stal de meesterschicht én mijn helm. Als mijn furie je niet op je school had ontdekt, waren we misschien niet te weten gekomen dat Poseidon van plan was een oorlog te ontketenen. Maar nu moest hij zijn kleine geheimpje wel onthullen. Jij zult worden ontmaskerd als Poseidons dief en ik krijg mijn helm terug."

"Wacht," kom ik tussenbeide. "Heer Hades, is uw helm der duisterniis ook verdwenen?"

"Hang maar niet de heilige onschuld uit, meisje. Jij, je vriendin en de sater hebben deze held geholpen. Jullie komen me ongetwijfeld in naam van Poseidon bedreigen, me een ultimatum stellen."

"Nee," zeg ik. "Waarom zou ik Poseidon helpen?"

Hij kijkt me even aan en lijkt te twijfelen. "Omdat je zulke goede vriendjes bent met Percy Jackson hier."

Ik zucht en besef me dat ik er beter niet tegenin kan gaan, ik wil niet mijn hele leven elke seconde aangevallen worden.

"Ik heb niets over de vermissing van de helm gezegd," sneert Hades, "omdat ik niet de illusie had dat ook maar iemand in Olympus voor enige gerechtigheid zou zorgen, dat ook maar iemand me enige hulp zou bieden. Ik kan het me niet veroorloven dat bekend wordt dat mijn belangrijkste wapen om angst aan te jagen wordt vermist. Dus ben ik zelf naar je op zoek gegaan en toen duidelijk werd dat je met je dreigementen naar mij op weg was, heb ik je niet geprobeerd tegen te houden."

Percy protesteert even bij de gedachte aan al die monsters maar Hades brult door hem heen.

"Geef me mijn helm nu terug of ik hef de dood op," zegt hij. "Dat is mijn tegenvoorstel. Ik zal de aarde openen en de doden de wereld in laten gaan. Ik zal jullie grondgebied in een nachtmerrie veranderen. En jij, Percy Jackson, mijn leger zal Hades verlaten onder aanvoering van jóúw skelet."

Percy kijkt hem boos aan. "U bent geen haar beter dan Zeus," zegt hij. Ik geef hem een klap op zijn arm, maar ik moet hem toch gelijk geven. "U denkt dat ik van u heb gestolen? Hebt u daarom de furiën achter me aan gestuurd."

"Natuurlijk," zegt Hades simpel.

Hij schudt zijn hoofd en zegt dat hij geen snelle dood in gedachten had, meer een langzame, pijnlijke dood.

Dan betrekt zijn gezicht.

"Geef me mijn eigendom terug!" brult hij.

"Maar ik heb uw helm niet. Ik ben voor de meesterschicht gekomen."

"Die je al hebt!" schreeuwt Hades nu. "Je had hem bij je, kleine dwaas, in de veronderstelling dat je me kon bedriegen!"

"Dat is niet waar!" brult Percy.

"Maak je rugzak open."

Percy haalt zijn rugzak van zijn rug, ritst hem open en haalt iets eruit. Als hij hem hoger houdt zie ik dat het de meesterschicht van Zeus is. "Percy!" roep ik beschuldigend uit. Meent hij dat nou? Had hij hem al die tijd bij zich?

Hades snuift.

"Jullie helden zijn allemaal hetzelfde," zegt hij. "Verblind door de hoogmoed begaan jullie dwaasheden en denken dat je ongestraft wapens hierheen kunt meenemen. Ik heb niet om de meesterschicht van Zeus gevraagd, maar aangezien je hem toch bij je hebt, geef je hem nu aan mij. Daarmee heb ik ongetwijfeld een uitstekende onderhandelingspositie. En nu mijn helm. Waar is hij?"

"Heer Hades, wacht," zegt Percy. "Dit is een groot misverstand."

Hades snuift, en roept wat over geen misverstand en dat Percy een arrogant joch is.

lost  percy jacksonWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu