038

235 9 0
                                    

Die avond slaap ik voor het eerst in mijn bed in Kamp Halfbloed. Ik moet toegeven, die bed ligt hemels. Ik trek mijn pyjama aan en ga in bed liggen. Maar slapen lukt niet, mijn gedachten zijn een warboel. En als ik dan uiteindelijk in slaap val, onderga ik weer de hele queeste, maar dan in mijn dromen. Ik word dus ook vermoeid wakker.

Ik trek wat gemakkelijks aan en pak een tas met douchespullen.

Annabeth wacht buiten de deur op me en we lopen samen naar de gezamenlijke badkamer. "Niet goed geslapen?" vraagt ze bezorgd als ik voor de zoveelste keer gaap. "Nah, misschien kan een douche me wakker maken."

We springen beiden onder de douche en ik voel hoe de spanningen mijn lichaam uitglijden. Ook de vermoeidheid gaat weg en na een half uurtje kom ik eronder weg. Ik droog me af en maak me op. "Dus," begint Annabeth. "Blijf je dit jaar hier of ga je naar huis?" Ik zucht. "Ik ga naar huis, ik wil mijn moeder en mijn zusje weer zien, ik heb ze al zolang moeten missen."

Annabeth kijkt me verrast aan. "Heb je een zusje?" vraagt ze. "Ja, nouja, eerder halfzusje. Ze heeft een andere vader." Ik grinnik als ik denk aan mijn lieve zusje Amanda. "Elke ochtend maakt ze me wakker door als een dolle stier te gaan springen op mijn bed, en dan rent ze giechelend weg. Meestal ren ik haar dan achterna en zorg dat ze ontbijt krijgt en naar school gaat."

Annabeth glimlacht vertederd. "Dat is zo schattig," zegt ze. "Je mist haar, hè?" Ik knik. "Met heel mijn hart."

"Wat ga jij doen dan?" vraag ik. Ze zucht. "Ik ga voor het eerst weer naar huis. Nog een keer proberen."

Ik glimlach en geef haar een knuffel. "Ik ga je missen," zeg ik. Ze knikt ook. "Maar gelukkig hebben we nog een paar dagen voordat iedereen naar huis toe gaat!"

Ik lach vrolijk en loop met haar weer terug. Mijn vochtige haar heb ik gevlochten zodat ik er geen last van heb. We gaan bij Percy en Grover zitten. "Al een beetje gewend hier?" vraagt Grover lachend. Ik glimlach. "Ik moet toegeven dat mijn bed heerlijk ligt, een beetje raar om hem nu voor het eerst te gebruiken, maar achja. Deze hele zomer was raar."

Ze lachen en stemmen daarmee in.

Na een tijdje gaan Annabeth en ik naar mijn huisje om ons daar om te gaan kleden, en dan zouden we met z'n drieën gaan trainen. Annabeth leent wat kleren van mij en als we omgekleedt zijn, kijken we tevreden naar het resultaat

We ontmoeten Percy bij de trainingsveld en als we aankomen lacht hij. "Jullie zijn vrolijk gekleed," zegt hij. "Nergens voor nodig om zwart aan te doen." Ik grijns naar hem en we beginnen met de training.

lost  percy jacksonWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu