14. Wrong plane

360 18 2
                                    

Jasper's POV.


"Maggie, je koffer gaat bijna open," hoor ik Edward zeggen. Maggie stopt met lopen en begint aan haar koffer te sleutelen. Ik sla mijn arm om Alice' middel heen en ik neem haar koffers over. Het ziet er best raar uit. Een klein meisje als Alice met die zware koffers. Ze heeft gewoon heel veel koffers. Voor al haar kleren. Voor al haar gekochte kleren. Voor al haar make-up. Voor al haar sieraden en zo kan je maar door gaan. We lopen naar onze gate. Ik stap in het vliegtuig en Alice gaat naast me zitten. Ik voel het vliegtuig opstijgen. Ik pak Alice' hand en ze legt haar hoofd op mijn schouder. Ik doe mijn ogen dicht en ik wacht tot we weer landen. Het is een korte vlucht. We konden ook met de auto maar dit is korter en sneller. Als het vliegtuig land stappen we allemaal uit. Iedereen pakt z'n koffers. "Jongens waar is Maggie?" vraag ik. Iedereen kijkt verschrikt om zich heen. "Alice?" vraag ik. "Ik kan haar niet zien. Niet goed. Niet nadat ze voor het eerst getransformeerd is. Ze is vaag," zegt ze. Ik kijk met mijn goede ogen heel het vliegveld rond maar ik zie haar nergens. Ik probeer haar te bellen maar ze neemt niet op. Waar is Maggie?


Maggie's POV.


Pisa! Italië! Ik zit in Italië! "Oké, bedankt," zeg ik rustig. Ik draai me om en ik loop weg. Ik pak mijn telefoon maar hij is leeg. Oké, ik ga morgen bedenken hoe ik hier weg kom. Ik ben nu veel te moe. Ook al heb ik net heel lang geslapen. Ik huur een auto en daar leg ik mijn koffers erin. Een eindje verderop zie ik iemand met dezelfde jas als Edward. Maar hij ziet er niet als Edward uit. Hoe heb ik me zo kunnen vergissen? Ik start de auto en ik rij weg. Ik leg mijn telefoon onderweg aan de oplader. Ik stel de navigatie in op een hotel het dichtst bij. Het is al best wel een eindje rijden. Na een tijdje zie ik een stad voor me. Ik parkeer mijn auto op de parkeerplaats en ik haal mijn koffers uit de auto. Ik pak ook mijn telefoon. Ik kijk en hij doet het nog wel. Ik probeer de andere te bellen maar ik heb geen bereik. Ik pak de handvatten van mijn koffers vast. Ik loop door de straten opzoek naar een hotel. Ik loop een steegje in met schaduw. Ik heb het echt warm dankzij de zon. "Ik had nooit gedacht om jou hier zo te zien," hoor ik achter me. Ik draai me haastig om. "Felix," zeg ik. "Wat doe je hier?" vraagt hij. "Ik had het verkeerde vliegtuig genomen en ik ben opzoek naar een hotel," zeg ik. Felix begint te lachen. "Nu je hier toch bent kan je gelijk naar Aro toe," zegt hij. "Ik moet eerst proberen hier weg te komen," zeg ik. "Dan denk  ik er misschien over na." Hij grinnikt. "Zorg jij voor mijn koffers?" vraag ik. Hij tilt ze grinnikend op. "Laat ze alsjeblieft heel. Ik heb ze nog nodig," zeg ik. Hij loopt voor me en ik loop hem achterna. Hij doet de deur voor me open en ik loop naar binnen. Het is dezelfde donkere gang toen Edward zichzelf wilde laten zien. Ik loop hem verder achterna. Hij loopt niet naar de plek waar we de vorige keer heengingen. Hij loopt heel ergens anders heen. Hij doet de deur open en wenkt dat ik naar binnen moet gaan. Ik doe wat hij zegt en ik loop een kamer in. Het is een slaapkamer. "Aro, vindt het goed dat je hier bent. Je kan hier overnachten en je opfrissen," zegt hij. Hij zet mijn koffers bij me neer en loopt dan weer weg. Ik doe de deur achter hem dicht en ik pak mijn telefoon. Hoe kan het dat ik hier geen bereik heb? Ik ga op mijn bed liggen. Wat moet ik nu doen? Eleazar heeft me nog zo gewaarschuwd. Ik mag niet alleen naar de Volturi. En wat doe ik?  Ik ga alleen naar de Volturi. Ik zit hier in Volterra zonder dat iemand het van hun weet. Iemand klopt op mijn deur. "Binnen?" vraag ik. "Ik hoorde dat je een verkeerde vliegtuig had genomen," hoor ik van achteren. Ik draai me om en ik schiet tegen de muur aan. Julian. "Wat doe je hier?" sis ik. "Waarom zo vijandig?" vraagt hij. "Komt het doordat ik je vriendje had gebeten?" "Was jij degene die hem had gebeten?" grom ik. Hij knikt. "Waarom zo vijandig?" vraagt hij. "Je hebt mij en mijn verloofde bijna vermoordt," sis ik naar hem. "Je hebt mij twee keer bijna vermoordt!" "Hoe dan? Zover ik het weet heb ik het niet gedaan," zegt hij. "Je beet me! Ik ga dood door vampiergif!" grom ik. "Dat wist ik niet. Je bent toch gewoon net als ik. En ik ga niet dood door vampiergif," zegt hij. "Nee, ik ben niet zoals jij. Jij bent vervloekt. Daardoor heb jij die gave. Ik ben ermee geboren. Ik ben een heks en een weerwolf. Ik kan toveren en ik kan in een wolf veranderen," zeg ik. "Jij niet." "Dat wist ik niet. Ik wist ook niet dat ik vervloekt was," zegt hij. "Wacht eens even... Jij bent verloofd! Je bent mijn mate! Dat kan je niet maken!" "Ik ben jou mate niet! Hij is mijn mate en ik ben zijn inprent. Alsjeblieft!" "Aro, wil je zien," zegt Alec. Ik had helemaal niet door dat hij binnenkwam. Ik knik en ik loop hem achterna. Naar de grote zaal. "Ik miste je al op onze reünie," zegt Aro. "Ik had een familie-ding," zeg ik. "Ja, Edward liet het me al zien. Fijn dat je er nu toch bent. We hebben je familie al ingelicht over je situatie. Ze komen je binnenkort ophalen," zegt hij. "Tot die tijd kan je hier blijven." Hij knikt naar iemand en steekt zijn hand op. "Dank u. Ik sta bij u in het krijt," zeg ik. "Laat me je schild zien. Meer vraag ik niet. Alleen je schild," zegt hij. Ik knik. Ik concentreer me zo goed mogelijk en ik haal voorzichtig mijn schild tevoorschijn. Ik haal hem steeds verder en verder. Opeens verlies ik mijn grip en schiet mijn schild weg. Ik zie opeens donkere vlekken voor mijn ogen. Ik wordt steeds duizeliger. Mijn schild schiet terug en opeens wordt het helemaal zwart voor mijn ogen. Ik voel een klap en dan wordt ik de duisternis in gezogen.

Never Forget (Twilight Fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu