52.

190 9 2
                                    

52.

Donny was inmiddels alweer een week thuis. Yara was blij dat hij weer terug was. Nu Donny weer thuis was besefte ze zich pas hoe eenzaam ze zich de afgelopen tien dagen had gevoeld.

Vandaag had de vriendengroep bij Donny en Yara thuis afgesproken. Iedereen kwam behalve Kasper. Hij had niks van zich laten weten.

'Ik ga nog even naar de winkel om boodschappen te doen.' Yara pakte een boodschappentas uit de voorraadkast. 'Naar welke winkel ga je?' Vroeg Donny. 'Jumbo.' Antwoordde Yara. 'Zal ik je anders afzetten? Ik moet de auto nog tanken en langs Carel om zijn statafel op te halen.'

'Als je wilt graag.' Antwoordde ze. 'Tuurlijk. Ik rijd zowat langs de Jumbo.' Donny trok zijn schoenen aan. 'Thanks Don. Je bent de beste.' Yara liep naar Donny toe en ze drukte een kusje op zijn wang. 'Weet ik toch.' Grijnsde Donny. Hij had inmiddels zijn schoenen aangetrokken.

'Zullen we gaan?'

Yara knikte. Ze pakte snel haar jas van de kapstok en ze volgde Donny richting de auto. In de auto was het erg gezellig. Donny had muziek opgezet en het koppel zong luidkeels mee. Eerst op een liedje van Andre Hazes en daarna nog op 'jij krijgt die lach niet van mijn gezicht' van John de Bever.

'Thanks voor de rit Don.'

Donny had de auto geparkeerd op een parkeerplaats in het centrum van Amsterdam. 'Geen probleem. Alles voor mijn prinses. Ik zorg dat ik over twintig minuten hier weer sta.' Hij gaf Yara een kus en het meisje stapte uit de auto.

'Top! Tot zo!' Yara deed de autodeur dicht en ze liep richting de winkel. De Jumbo stond midden op het plein tussen andere winkels in. Yara haalde een muntje uit haar zak en ze stopte hem in het karretje. Ze nam het boodschappenkarretje mee en ze liep de supermarkt binnen.

Het was erg druk. Het leek erop dat meer mensen het idee hadden om boodschappen te doen. Yara liep zo snel als ze kon een rondje door de winkel en ze was dan ook blij toen ze na vijfentwintig minuten in de rij bij de kassa stond.

Nadat Yara had afgerekend liep ze met twee volle boodschappentassen de winkel uit. Ze had meer meegenomen dan dat ze vooraf had bedacht. Eerst wou ze alleen maar hapjes en drankjes meenemen voor vanavond maar toen ze in de winkel stond herinnerde ze zich ineens dat ze bijna niks meer in huis hadden.

Yara liep richting de parkeerplaats en plots zag ze iemand lopen die haar wel heel bekend voor kwam.

'Kasper!'

Kasper keek om en toen hij Yara zag begon hij wat sneller te lopen. Yara fronste en ze liep achter de blonde spits aan. De vorige keer toen ze hem tegenkwam negeerde hij haar ook al.

'Kas?' Yara had de jongen inmiddels ingehaald en ze greep zijn pols beet. Kasper draaide zich om. Hij had wallen onder zijn ogen. 'He. Gaat het wel goed?' Yara liet Kasper zijn pols los. 'Het gaat prima.' Mompelde Kasper. 'Zo zie je er anders niet uit.'

'Ik ben gewoon moe.' Zei Kasper. 'Nee, ik denk dat er wat anders is. Ik zag je vorige week bij je auto staan. Wat is er Kas?' Vragend keek ze hem aan. Kasper zuchtte. 'Er is niks. Geloof me.'

'Hoe kan ik je geloven als je er zo uitziet? Je hebt wallen onder je ogen, je ziet lijkbleek. Ik maak me zorgen om je.'

'Dat is lief van je maar je hoeft je geen zorgen te maken om mij. Ik heb gewoon wat extra uurtjes slaap nodig.' Verzekerde hij haar. 'Kom je vanavond nog langs? Je had als enige niet gereageerd op Donny zijn berichtje in de groepsapp.'

'Ik kijk nog wel.' Antwoordde Kasper. 'Als je wilt komen ben je altijd welkom.' Zei Yara. 'Dat weet ik. Thanks.' Kasper zei het meisje gedag en hij liep weg. Verbaast keek Yara de jongen na. Het was duidelijk te merken dat hij ergens mee zat. Misschien wist Donny wel wat er met hem aan de hand was. Ze nam zichzelf voor om het straks aan hem te vragen.

Yara liep naar de parkeerplaats en toen ze daar aankwam zag ze dat Donny al op haar stond te wachten. Hij stapte uit de auto. 'Is het gelukt?' Vroeg hij kijkend naar de twee boodschappentassen in Yara haar handen. Yara knikte. 'Ik heb het bonnetje in de tas gelegd.'

Donny pakte een tas aan en hij legde hem neer op de achterbank. Yara zette de andere tas er naast. 'He Don. Ik kwam net Kasper tegen en hij deed nogal raar. Weet jij wat er met hem is?'

Yara ging op de bijrijdersstoel zitten en Donny nam plaats achter het stuur. Donny startte de motor van de auto. 'Don?' Vragend keek Yara haar vriend aan. 'Geen idee.'

'Oh kom op Don. Vorige week deed hij ook al zo raar. Weet je echt niet wat er is?' Vroeg ze. 'Yaar, je kent Kasper. Hij is zo gesloten als een schelp. Hij praat niet veel en al helemaal niet over zijn gevoelens.'

'Maar kan je niet met hem praten? Je bent zijn teamgenoot.' Yara probeerde Donny aan te sporen om met Kasper te gaan praten. Misschien dat hij Donny meer wou vertellen. 'Als ik ja zeg stop je er dan over?' Vroeg Donny. Yara knikte. 'Maar alleen als je met hem gaat praten.'

'Best.' Antwoordde Donny. 'Mooi. Dan is dat geregeld.' Tevreden keek Yara uit het raam. Als Kasper het niet aan haar wilde vertellen vertelde hij het maar aan Donny..

In de wolken | Donny v/d BeekWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu