H27. Geluk

811 50 31
                                    

Milo Pov

'Ga je je verjaardag nog met anderen vieren Milo, of ben je gewoon hier?' Vraagt Joeska. 'Nee, ik ben natuurlijk gewoon hier, ik vier het altijd met jullie' zeg ik. 'Gezellig' zegt Martin die een arm om me heen slaat. Ik grinnik en knik. 'Krijg je nog een beetje cadeaus, hebben wij eigenlijk iets?' Vraagt hij aan Joeska. Joeska trekt haar wenkbrauwen omhoog. 'Ik zeg niks, maar wellicht' zegt ze. 'Oh? spannend' zeg ik grijnzend. Joeska grijnst ook en wiebelt met haar wenkbrauwen. Ik draai de camera naar haar. 'Dus mensen als jullie dat willen zien, blijven kijken hè?' Zegt ze. Matthy komt net terug van de wc en komt ook bij ons staan. 'En heeft die blonde knapperd van je nog iets voor je of niet?' Zegt Martin, die het allemaal niet zoveel kan schelen of Matthy dat wel of niet hoort. Matthy kijkt verbaasd van hem naar mij. 'Geen idee, maar dat maakt me ook niet uit. Iemand nog bier?' zeg ik, om snel het onderwerp te veranderen. 'Nee doe mij maar een wijntje Miel' zegt Martin die zijn glas aan me geeft. 'Mat?' Vraag ik. Matthy kijkt me vragend aan. Hij heeft niets mee gekregen van het hele gesprek, gelukkig. 'Of je nog bier wil?' Vraag ik. 'Oh, ja lekker' zegt hij dan. 'Joes?' Vraag ik. 'Ook graag wijn' zegt ze. 'Oh gezellig, schat' hoor ik Martin nog zeggen terwijl ik al naar de bar loop. Ik zie Matthy snel achter me aan lopen. 'Ik ga mee' zegt hij zodra hij naast me loopt. Ik grinnik. 'Is goed kleintje' zeg ik. Matthy geeft me een stomp. 'Au' zeg ik overdreven. Matthy giechelt. 'Aansteller'.

De sfeer zit er heerlijk in, vooral omdat het zaterdag avond is denk ik. Over een paar uurtjes vier ik mijn 24ste verjaardag. Met mijn favoriete mensen op mijn vertrouwde plek. Ik vier hier al jaren mijn verjaardag, omdat het nou eenmaal altijd in de TIOD open week valt. Een paar keer zijn we op vakantie geweest tijdens die periode, maar dat voelde toch anders. Minder als mijn verjaardag. Dit is de beste plek om het te vieren. En nu zelfs Matthy er bij is, is het eigenlijk perfect. Op een ding na. Ik wil het vanavond vertellen. Ik wil Mat vertellen wat ik voel. Ik weet niet wanneer, of hoe en of ik dan al veel drank op heb. Maar ik wil het doen, morgenavond ga ik weer terug naar mijn huis in Utrecht, en hoe graag ik ook zou willen, ik kan natuurlijk niet verwachten dat Matthy daar ook mee naartoe gaat. Waarom zou hij überhaupt? Elke keer als ik denk dat ik het durf, denk ik weer aan hoeveel ik hiermee op het spel zet. Een hele opgebouwde vriendschap. Een vriendschap met de jongen die vanaf het eerste moment al belangrijk voor me was. De jongen van wie ik goedkeuring en waardering wilde. Het kon me niet schelen wat andere mensen dachten, zolang hij me maar een leuke jongen vond en met me om wilde gaan. En wat had ik het slecht aangepakt, door veel te hard een fanboy uit te hangen. Door als een debiel te commenten en hem te smeken om een gastrol, om maar door hem gezien te worden. Verschrikkelijk. Maar ik had geluk, dat Matthy me blijkbaar leuk genoeg vond om mee om te gaan. Uit die duizenden mensen die toen al zijn video's keken en wel eens met hem wilde opnemen of een potje wilden spelen, koos hij mij uit. Zielsgelukkig was ik op dat moment.
En nu sta ik op het punt om dat geluk, die vriendschap die daaruit is ontstaan, het vertrouwen en alles daaromheen op het spel te zetten voor mijn gevoelens.

Ik pak eerst de twee biertjes van de bar af en geef eentje aan Matthy. Ik proost even met hem en pak dan de twee wijnglazen om ze mee te nemen. Buiten geef ik Martin en Joeska allebei hun glas terug en we proosten nog eens met zijn vieren. De muziek staat ondertussen al redelijk hard en overal klikt vrolijk geroezemoes en gelach. De lichten van de banen staan ondertussen aan en op een paar word nog druk getennist. Ja, de zaterdag van het finale weekend is toch wel mijn favoriet. De meeste mensen zijn er puur voor de gezelligheid. Om een paar biertjes en wijntjes te doen, om een beetje te dansen en te praten. Ik beweeg een beetje heen en weer met mijn voeten terwijl ik een goede slok neem van mijn bier. Ik zie Matthy op zijn telefoon kijken.
Zelf pak ik die van mij er ook even bij.
Ik zie een appje van Robbie:

Gast, vertel het hem gewoon. Koen en ik zijn het helemaal eens, je moet het hem zeggen anders gaat het er nooit meer van komen. Je kan dit Milo, we staan achter je <3

Ik lees de melding een paar keer over. Dan swipe ik hem snel weg en stop mijn telefoon in mijn broekzak. Matthy doet tegelijk het zelfde. Hij kijkt me met een glimlach en heldere ogen aan en drinkt zijn laatste slokje bier. Ik kijk naar mijn half volle glas. In een keer gooi ik alles achterover. Matthy knikt en klapt. 'Knap hoor meneer' zegt hij grijnzend. Ik glimlach. 'Ja hè' zeg ik alsof ik heel trots ben.

Even kijk ik hem aan, en hij mij. Ik voel de zenuwen opkomen. Ik pak zijn hand vast en trek hem mee. Vragend kijkt hij me aan. 'Even stukje lopen?' Zeg ik dicht tegen zijn oor aan om mezelf hoorbaar te maken boven de muziek. Het komt er twijfelachtig uit. Matthy kijkt me weer aan, zijn ogen zijn groot en zijn wangen zijn rood. Hij is aangeschoten. Niet dronken. Misschien was het makkelijker als hij wel dronken was, ookal weet ik dan niet of hij het onthoudt. Hij knikt en ik pak zijn hand vast waardoor hij achter me aan loopt. 'Ik ga even een stukje lopen' zeg ik tegen Joeska. Joeska grijnst en knikt waarna ze haar duim opsteekt.
Het voelt alsof ik dit al eens heb meegemaakt. Joeska heeft alle vertrouwen er in, in tegenstelling tot mij.

We lopen naar de uitgang, richting de weg langs het treinspoor. Aan de rechterkant is de spoorweg overgang en het station, aan de linkerkant is er een parkje. Het parkje. Het parkje waar in mijn droom Matthy me afwees, en verdween. 'Daar is zo'n parkje toch?' Vraagt hij terwijl hij er heen wijst. Kut. Gauw kom ik naast hem lopen en glimlach naar hem om hem maar te laten denken dat er niets aan de hand is. Net zoals in mijn droom is er nog een zachte geelroze gloed te zien op de plek waar de zon onder is gegaan. In de verte hoor ik het gelach en de muziek. Een soort Deja Vu overspoeld me. Ik blijf even staren naar het uitzicht dat je hebt over de wijkjes van Gouda. 'Is er iets?' Vraagt Matthy na een kleine stilte. Ik kijk hem zenuwachtig aan. Het is alsof ik de droom, of eigenlijk de nachtmerrie, herbeleef. Elke seconde voelt hetzelfde. Hij glimlacht vragend. Ga ik het nu zeggen of niet? Ik mijn droom begon ik er nu aan. Maar ik wil niet dat dit eindigt zoals daar. Ik wil hem niet kwijt raken. 'Euhm...' zeg ik. Matthy zet een stap naar me toe en kijkt me lief aan. Dit is nieuw. Dit is niet in mijn droom gebeurd. Het voelt alsof ik ontsnap aan de uitkomst van die nachtmerrie. 'Ik moet je iets zeggen' zeg ik dan vol zelfvertrouwen. Maar ik spreek die woorden niet alleen uit. Op exact dat moment spreekt hij diezelfde woorden uit. We kijken elkaar verbaast aan. Dan grinniken we zacht. 'Wil jij eerst? Of zal ik...' zeg ik dan. 'Ik Euh... geen idee' zeg ik en ik merk zijn zenuwen op. 'Gaat het wel?' Vraag ik. Matthy knikt en kijkt even omlaag. 'Hé, er is niets wat je niet tegen me kan zeggen hè?' Zeg ik lief. Ik pak zijn schouders vast. Hij glimlacht zwak en knikt.
'Oké... zeg jij maar eerst anders' zegt hij dan. Zijn heldere ogen kijken me recht aan. Ik staar even naar hem. Het licht, de schaduwen, de geuren, kleuren en geluiden. Het past allemaal perfect. Hij is de mooiste jongen op aarde. Ik wil het hem zeggen. Ik schraap mijn keel en laat mijn handen over zijn armen glijden. Ik kijk even naar beneden.

'Ik vind je leuk.'

TEN ISWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu