H.20

400 41 9
                                    

P.O.V. Sabine
Ik zet mijn fiets tegen een boom en doe hem op slot, ik loop door struiken en bosjes en ik zie de open plek al dichterbij komen. Ik loop nog even door en sta midden in die open plek, dit is al een mooie plek maar ik moet nog even verder. Ik loop weer door een aantal struiken en bomen en kom uit bij een berg, ik ga op de rand zitten en mijn benen bungelen boven een diep dal. Ik kijk naar de donker blauwe lucht met de sterren en een helder schijnende maan. Door deze mooie plek ga ik altijd denken, ik denk dan na over het leven en over mijn fouten. Dit is de plek waar ik tot rust kan komen en na kan denken over oplossingen. Soms is het alsof ik een stem hoor, de stem van mijn buurvrouw. Ze hielp me altijd alleen toen ik een keer thuiskwam zat mijn buurman bij ons op de bank, zijn blik stond leeg en verdrietig. Hij zei dat ik even moest gaan zitten, en wat ik toen hoorde kon ik niet verdragen. Ze was er niet meer, zij was de enige die mij hier doorheen kon helpen. Zij was de enige die mij blij kon maken, ik had geen vrienden, ik had niemand die van me hield. Ze voelde als een soort moeder voor me. Dat was toen ik ongeveer twaalf was, doordat ze weg was raakte ik in een depressie. Ik kon niet meer omgaan met de moeilijke dingen, ik zat altijd thuis omdat niemand met me wou spelen, ik had nooit feestjes of logeerpartijtjes. Ik was alleen en begon met knuffels te praten...

Toen het gepest nog erger werd toen ik op de middelbare school kwam heb ik vaker dan een keer gedacht aan zelfmoord, ik heb zelfs met een potje slaappillen en een glas water klaargestaan. Maar elke keer hield iets me tegen. Ik werd elke dag depressiever en elke dag zag ik er slechter uit. Ik sneed mezelf en toen mijn 'moeder' daar achter kwam stuurde ze me naar een kliniek. Ik voelde me nog meer alleen, ik was stil, ik voelde me daar niet goed. Ik kende niemand en we werden mishandeld, je was daar een slaaf. Je moest poetsen en helpen met alles, als je een grote mond had werd je in elkaar geslagen. Daar ontmoette ik Esmee, het was een lichtpuntje in het donkere dal waar ik doorheen ging. Het was alsof ze gestuurd werd door iets of iemand. Toen we uiteindelijk uit de kliniek mochten hielden we contact, we kwamen bij elkaar op school en werden beste vrienden. Wij waren echt die weirdo's en nerds die boeken lazen en zaten te fangirlen. Het ging nog steeds slecht maar niet zo slecht als in het begin, totdat er van alles in mijn leven kwam. Het werd me te veel, de haat en het zelfkritiek kwam terug. Ik kreeg mijn stemmen er weer bij en niets leek goed te gaan. Ik voelde me schuldig toen Esmee zelfmoord poging deed, ik dacht dat ik dat tegen had moeten houden. Ik liep weg, en ik liet alles achter.

Ik begon een 'nieuw' leven, ik ging naar een psychiater. Ook al was dat heel moeilijk voor me ik deed het toch, ik ben afgekickt en ik heb alles verteld tegen mijn psychiater. Ze heeft me geholpen en me behoorlijk wijze lessen geleerd. Snijden is niet de oplossing, dat was het eerste ding. Ook vertelde ze me dat ik deze strijd nooit alleen heb hoeven vechten, ze geloofde dat de buurvrouw altijd bij me was. Het leek weer goed te gaan na dit alles, ik dacht wel elke dag aan mijn vrienden en Calum mijn broer. Maar vorige maand gebeurde er iets vreselijks. Toen ik 16 was heb ik gedate, je zou het niet geloven van zo'n antisociaal mens als ik maar ik heb gedate. Ik kwam die jongen vorige maand tegen, we hebben wat gedronken als vrienden. Maar hij wou meer... Hij heeft me gezegd dat hij terug zou komen, ik mag niet verhuizen anders vermoord hij iedereen van wie ik hou. Ik begin te huilen en kijk naar de sterren en de maan. 

Maby This Time -5sos FanFiction, √ Twins deel 2-Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu