Hoofdstuk 13

421 40 4
                                    

Bedankt voor alle stemmen en reacties. Ze doen echt veel met me en zijn een grote motivatie om verder te schrijven. X Mixie

⚫⚫⚫⚫⚫⚫⚫⚫⚫⚫⚫⚫

Buiten klonk er luide wolvengehuil en toen een donderstem die van Roman bleek te zijn. "Vind haar! Ze is nog niet ver!" Mijn hart bonsde in mijn borstkast toen ik het kraken van botten hoorde en het grommen van de weerwolven. Ik zat in hoekje van het bad te trillen. Waarom zag hij me niet? Oh God ik wil naar huis, naar mijn oma.

"Saralisa! Eindelijk!" Een stem klonk in mijn hoofd. Een vertrouwde stem die ik al te goed kende.

"Nona Skeh?!" Geschrokken stond ik op uit het bad en keek om mij heen. "Oma waar ben je?!" Vroeg ik haast huilend.

"Shhh, ik ben niet bij je." Zei mijn oma's stem weer. Ik begreep het niet. Als ze niet hier was, waarom kon ik haar dan horen. "Ik zit in je gedachten lievie."

"In mijn gedachten? Oma hou op, doe serieus." Zei ik huilend en stapte uit het bad om in de douchecabine te kijken. Ze was niet daar. "Waar ben je."

"Het maakt even niet uit, waar ben jij? Ik heb zoveel keer geprobeerd om je te bereiken."

"Ik ben in een badkamer. Ik ben bang, Nona. Het lijkt alsof de weerwolven buiten gek zijn geworden. Ik wil weg!" Schreeuw ik. Plotseling hoorde ik een deur openvliegen en tegen een muur aankomen. Sh*t, ik had te hard geschreeuwd. "Oma, ze komen, ze hebben me gehoord! Wat moet ik doen?!"

"Niet luidop praten, maar in gedachten. Zo kan ik je ook horen." Zei Nona Skeh op rustige toon. Ik probeerde het. Ik vroeg in gedachten of ze mij kon horen. "Ja, veel beter. Wat je nu moet doen is in gedachte wensen dat je transparant wordt."

"Nona dat is onmogelijk!" Riep ik in gedachten toen ik gestommel hoorde ik de kamer en iemand ‘ze is hier!’ hoorde roepen. Oh god, ik ga doo-

"Er is nu geen tijd daarvoor Sara schat. Doe wat ik je zeg." Zei mijn oma kalm. Ik knikte trillend en probeerde mijn snikken binnen te houden, kneep mijn ogen dicht terwijl ik als een gek in gedachten schreeuwend wenste om transparant te worden. "Goed zo." Zei mijn oma.

Ik keek naar beneden en zag mijn blote benen nog uitsteken van onderuit mijn jurk. De badkamerdeur vloog plotseling met een harde klap open. Ik gaf geschrokken een harde gil, maar niet in gedachten. Een donkere jongeman kwam de kamer binnen lopen terwijl hij zijn armen aan- en uitspande. Hij keek met een grijns naar de douchecabine die donker was van binnen waardoor het leek alsof iemand daarbinnen was. Ik drukte een hand op mijn mond en staarde met grote ogen naar hem.

"Oma, ik ben nog steeds zichtbaar, ik zie mezelf en er is iemand in de badkamer!" Schreeuwde ik in gedachten tegen mijn oma.

"Owh Luunaa." Zei de jongeman op een enge toon die de moordenaars in de horrorfilms gebruikten. Hij liep op tergend langzame pas naar de douchecabine toe.

"Je kan jezelf zien, maar hij jou niet." Zei mijn oma. Ik knikte nog steeds bang, ondanks ik wist dat ze mij niet kon zien.

"Maar Nona hij is nog hier."

"Kan je vluchten?" Ik keek naar jongeman die de handvat van de douchecabine vasthield en toen naar de deur die wijd open stond. "De deur staat open, maar ik ben ban-"

"Waar ben je Luna?!" Vroeg de jongeman. Hij had de douchecabine geopend en het leeg gevonden. Hij keerde zich toen om en keek naar badscherm die opengeschoven was waardoor je de lege bad zag voordat hij zijn neus omhoog deed en luidruchtig begon te snuiven. Hij keek in het rond en liet zijn ogen plotseling rusten op de plek waar ik stond. Ik voelde hoe mijn hart wanhopig probeerde om uit mijn borstkas te springen.

"Nona, Nona! Hij kijkt in mijn richting! Ik denk dat hij me gaat zien, Nona!" Schreeuwde ik paniekerig en ik zweer dat ik een mini hartaanval kreeg toen hij nog eens snoof, een frons tussen zijn wenkbrauwen verscheen en toen op mij af begon te lopen. "F*ck, oma! Ik wil nog niet f*ucking dood!" Ik had dat perongeluk luidop geschreeuwd. In een mum van tijd stond er donkergrijze wolf met donkerbruine ogen recht voor mij. "Hij is veranderd in een wolf." Mijn stem klonk hopeloos omdat ik die al had opgegeven, vooral nu het leek alsof hij me kon zien doordat hij nu recht naar mijn gezicht staarde. Hij gromde en liet zijn vlijmscherpe tanden zien.

"Ren, Sara, Ren!" Schreeuwde mijn oma. Haar stem klonk krakerig en vol angst. Een emotie die ik niet kende in haar stem en dat zorgde ervoor dat ik bij de eerste ‘ren’ al door de open deur vloog. Ik sprong over één van de banken en belandde op één voet waardoor al mijn gewicht daarop was gaan rustten en ik nu languit op de vloer lag. Vlak voor de twee glazen deuren, achter mij hoorde ik de boze grom van de wolf.

Ik kneep mijn ogen dicht en huilde. "Oma, het is over."

"Oh nee, dat is het is het niet!" Plotseling voelde ik de wind hard waaien, achter mij hoorde ik de wolf piepen en dat deed mij mijn ogen open. Recht voor mij, waar de glazen deuren hoorden te zijn was er een grijze draaiende gat. Voordat ik wist wat er gebeurde pakte een hand dat uit de gat kwam mijn arm vast en ik werd terwijl ik mij schor gilde erin getrokken.

Saralisa: The Enemy's MateWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu