Chapter 25

780 20 6
                                    

[¡hola! Just kidding ik spreek geen spaans. Dus komende hoofdstukken kunnen misschien wat langzamer ge-upload worden. Dat kan komen omdat ik allerlei informatie moet opzoeken. Ik ben nog nooit in Colombia geweest. Jullie wel? Dus het kan misschien langzamer gaan. Maar ik kan ook gewoon nog steeds elke dag uploaden. En dan duurt het voor mij langer maar merken jullie er niks van. 

Dus sorry als ik iets langzamer upload! Maar later we nu verder gaan! 

{alles is gecheckt op echteheid. alle namen die ik gebruik zijn niet van mij}]

[Jenna's P.O.V.]

We stappen in de auto. "What time is it?" vraag ik. Zo te zien is het iets later in de ochtend dan ik had gedacht. "London time or the time here?" vraagt Paul droogjes. "The time here." "It's a quarter past six in London so that means that it a quarter past eleven is here," zegt hij met een berekend gezicht. "Seven hour time difference?" vraag ik. "If I'm correct," zegt hij. "Sure you are." Ik kijk uit het autoraampje. Bogota is best een mooie stad. Veel oude gebouwen.

"Wow, we're in Latin-America," zegt Niall naar buiten kijkend. "Where are we actually going, Paul?" vraagt Liam. Ik, Liam en Niall zitten in dezelfde auto. "We're going to Hotel El Campin," zegt hij met een zogenaamd Spaans accent. "Is it big?" vraag ik. "Three stars. It's close to the stadium where the boys have their show." "Okay, three stars, not bad," zeg ik. Het zou ongeveer tien minuten moeten duren vanaf het vliegveld. Maar, zoals ik al verwacht had, er is een file en het duurt dus ruim twintig minuten voordat we eindelijk bij het hotel zijn.

"Niall, Liam you first. I saw some girls there. Give them a picture or something and go inside. I'll be by your side." Ze knikken en Liam doet de deur open. "I'll see you later Jenna. Take care," zegt Niall. Liam stapt uit en ik verschuil me een beetje in de schaduw. Niall stapt ook uit en kijkt me nog een keer aan voordat de deur dichtgaat. Alles is verduistert, dus ik kan gewoon naar buiten kijken. Het aantal meisjes valt wel mee. Snel maken ze een paar foto's en geven een paar handtekeningen en dan leidt Paul ze naar binnen.

Al snel gaat hij weer naar buiten en zegt hij tegen iedereen dat ze weg moeten gaan. Langzaam gaat iedereen weg. Louis, Harry en Zayn zouden later komen. Paul doet de kofferbak open en pakt een paar tassen. Dan doet hij hem weer dicht. Ik kijk nog een keer naar buiten en zie dat er bijna niemand meer is. Ik doe mijn zonnebril op, het is zonnig, en stap ook uit. Ik voel de mensen staren maar ze doen niks. Ik pak een tas van Paul en breng hem naar binnen. Het is mijn tas. "Room two nine one," zegt Paul tegen me en ik loop door de lobby van het hotel. 

Achter de balie zitten mensen. "Hola, I'm searching room two nine one," zeg ik tegen de mensen. "That's on floor two," zegt d evrouw chagrijnig. Ze geeft me en sleutel en dan kijkt ze weer naar haar computer. "Sorry voor storen," mompel ik in mezelf. Ik loop naar de liften en druk op het knopje waar een twee op staat. De deuren gaan dicht en de lift gaat omhoog. Op de twede verdieping stap ik uit.

"Kamer twee negen één. Of misschien negen één, dan zou twee van de verdieping zijn." Ik kijk om me heen. De deur het dichts bij de lift zegt twee punt acht zes. Ik loop door de gang. twee punt acht zeven, twee punt acht acht, twee punt acht negen, twee punt negen nul, twee punt negen één. Ik sta tegenover de deur van mijn hotel kamer. Ik doe mijn sleutel in het slot. De deur klikt open en ik haal de sleutel uit het sleutelgat. Ik doe de deur open en kijk naar binnen. De kamer is licht. Niet te groot en niet te klein. Dit soort kamers in hotels zijn echt iets voor mij. Ik liep naar binnen en deed de deur achter me dicht. Mijn handtas en zonnenbril leg ik op tafel en dan loop ik door naar de slaapkamer, waar ik mijn tas neerzet. Mijn andere tas wordt vast wel gebracht. Ik loop naar de kledingkast en kijk erin. Groot genoeg voor mijn kleren. Ik pak een stapel uit mijn tas en leg ze in de kast. Eén voor één hang ik ze op aan de klerenhangers. Mijn boeken leg ik op mijn nachtkastje en in de boekenkast. Als ik alles heb uitgepakt ga ik terug naar de kleine woonkamer en eetkamer en pak mijn handtas. Mijn water zet ik naast mijn bed. Het is nog wel goed genoeg om te drinken. Ik ben niet zo kieskeurig. Ik haal mijn telefoon eruit en dan hang ik hem aan de kapstok samen met mijn jas. Mijn oplader leg ik op het kussen van het hotelbed. Dan pak ik mijn laptop en schrijfblok en ga aan de kleine eettafel zitten.

"Just friends" they said... (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu