19.

598 13 2
                                    

'Jezus Thijs!' Zegt Kasper als hij zijn vriend herkend.

'Ja sorry, wat is er met Mona?'

'Niks, ze slaapt, ze had haar teen gestoten.'

Matthijs knikt. 'Oke.'

-

De volgende ochtend zitten de jongens al in de ontbijtzaal als Mona aangekleed, en opgemaakt de zaal in komt lopen. De jongens zitten allemaal in een trainingspak, met een pet of wilde haren aan tafel. Ze komen duidelijk net uit hun bed rollen. Bert en de hulpcoach Frans, knikken haar vriendelijk toe. Ze gaat bij haar vader aan tafel zitten. 'Hey pap.'

'Hey Moon, lekker geslapen?'

'Jua redelijk, jij?'

'Ja prima, hey Mona even over het programma'

'Ja?'

'Vanmorgen gaan we fietsen, daar hoef je verder niet bij te zijn, vanmiddag hebben we training op het veld dus dan kun je weer gewoon mee, en uiterraad vanavond want dan gaan we zeilen.'

'Prima, wat kan ik doen vanmorgen?'

'Gewoon wat voor jezelf, maar wel in de zaal hiernaast, de kamers worden schoongemaakt.'

Mona knikt. 'Kan ik nog even m'n boek ophalen?'

'Ja tuurlijk, Matthijs gaat ook niet mee, misschien dat je met hem wat kunt ondernemen.'

Mona verslikt zich bijna in het slokje thee dat ze nam voor haar vader over Matthijs begon.

'Ja nee misschien wel inderdaad.' Hoest Mona.

Maar Mona kan wel vluchten, doordat ze het gesprek/ontmoeting met Matthijs al zo lang heeft uitgesteld durft ze nu alleen maar minder. Gauw beent ze naar haar kamer, pakt het boek en loopt als een sprinter weer naar beneden, waarom ze zo snel loopt weet ze zelf ook niet, het is niet dat Matthijs om die reden er niet is of dat hij ineens haar compleet zou negeren. Waarom ze zo bang is weet  ze stiekem wel. Ze is bang dat Matthijs vraagt wat ze vond, en of ze wat voelt en al is voor haar nog steeds de vraag of ze wat ze voelt en wat ze voelt, iets dat in de buurt van leuk vinden of verliefd zijn. Maar ze mag niks voelen, Kasper maar ook haar vader zouden woest worden.

Daten met een jongen van Ajax, een voetballer, jongens die ze zelf enorm haat, behalve haar broer natuurlijk, wat is er in haar botte hersens mis? Dat ze uberhaupt denkt aan daten. Dit moet nu stoppen en met dat ze dat denkt, stapt ze de kamer naast de ontbijtzaal in, een soort woonkamertje, en daar zit Matthijs op de bank. Haar hart klopt weer als een gek in haar keel. Zwijgend neemt ze plaats op de hoek van de andere bank.

Terwijl Matthijs haar aan kijkt als ze  haar boek opent, probeert ze zich te concentreren op de letters op het papier. Maar ze is constant afgeleid door de blik van Matthijs. Wat resulteert in een kwade blik naar Matthijs. 'Kun je het zien?'

Matthijs begint te lachen. 'Jeetje hehe'

'Ja wat?'

'Nou je negeert me al 1,5 dag, ik was al benieuwd wanneer je weer wat ging zeggen.'

'Nou bij deze'

Matthijs die nu zijn armen boos over elkaar doet kijkt haar aan. 'Mona wat heb ik misdaan? We hadden het toch gezellig donderdagavond?'

'Ja'

'Uh waarom je dan zo?'

Mona die nu ook eigenlijk geen idee heeft waarom ze zich zo achterlijk gedraagd schud haar hoofd.

'Mona?'

Mona negeert Matthijs.

'Kan ik niet goed zoenen ofzo? En durf je dat niet te zeggen?'

Voorbestemd. Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu