Hoofdstuk 42: Redden wat er te redden valt

34 7 10
                                    

Geschokt draaide Anna zich om naar Amira. 'Hoe bedoel je sterven? Ik dacht altijd dat Pokémon niet konden sterven, maar dat ze alleen bewusteloos konden raken!' Ze keek haar ranger vriendin niet begrijpend aan. 'Tuurlijk kunnen Pokémon sterven!' siste Amira. 'In wat voor Pokémon wereld leef jij waardoor je dat niet weet?' Anna dacht even na, maar wist geen goed antwoord in te brengen. 'Genoeg gepraat, we moeten nu iets doen!' zei Amira streng. 'Wat dan?' vroeg Anna. 'Ik zou niet weten hoe we haar kunnen redden. Het is niet zo dat als we de energie uit de buizen terug schenken, ze ineens opgeknapt is.' 'Dat klinkt nog niet eens als een slecht plan.' concludeerde Amira uit Anna's opmerking. Ze liep naar de buizen toe en probeerde die te openen. 'Ze zitten muurvast, die krijgen we nooit open.' 'Laat Blaziken maar, die krijgt dat ding vast wel open.' Blaziken liep naar de buis toe en trok hem met alle kracht die ze in zich had open. Een paar druppeltje energievloeistof kwamen daarbij vrij en vielen op de kabels, alleen de meiden hadden het nog niet door. Ze juichten omdat het Blaziken gelukt was. 'Oké, de buis met vloeistof is open. Wat nu?' vroeg Anna. 'Anders leg ik haar erin en zien we wat er gebeurd...' mompelde Amira die ook werkelijk geen idee had. Ze liep naar de buis toe en legde Jirachi er voorzichtig in. 'Ik hoop dat het werkt.' mompelde Anna.

Jirachi dompelde onder in de blauwkleurige vloeistof en verdween er compleet in. Voor even dachten Amira en Anna dat het compleet fout ging. Gelukkig hadden zij het fout, want het ging jij goed. Jirachis lichaam begon te gloeien en nam alle vloeistof langzamerhand in zich op. Beetje bij beetje klaarde de Mythische Pokémon op. Alle vloeistof verdween als sneeuw voor de zon en de Jirachi kwam als herboren uit de buis. 'Dit is geweldig!' riep Anna. 'We hebben de mythische Pokémon gewoon gered!' Net nadat ze dat had geroepen, gebeurde er iets catastrofaal. De stoppen van de kabels sloegen door, door te vloeistof die erop was gevallen, en de vonken vlogen ervan af. Het systeem was duidelijk oververhit. De twee meiden moesten daar zo snel als ze konden vandaan zien te komen.

Anna keek geschrokken naar de kabels. 'O, nee hé?' riep ze. 'Waarom moet dit nou weer gebeuren?' 'Geen tijd voor vragen.' zei Amira snel. 'We moeten maken dat we hier wegkomen.' Zonder na te denken opende Amira de deur en wilde naar buiten rennen, ze was alleen vergeten dat de mannen van de man nog bij de deur stonden. Ze kwamen met luide kreten naar binnengestormd en keken verbaasd naar het tafereel dat zich binnen afspeelden. Een paar mannen renden naar hun leider en de andere mannen flipten vanwege de kabels. 'Wat hebben jullie gedaan?' schreeuwde één van hen. 'Stel onnozele meiden die jullie zijn!' schreeuwde een ander. 'Grijp ze!' schreeuwde de leider van hen die plotseling bijgekomen was. Het leek de arme Anna en Amira niet mee te zitten. Ze werden door de groep mannen in een hoekje gedreven en omsingeld.

Ondertussen was de kabelsysteem nog steeds oververhit en kon het elk moment exploderen. Jammer genoeg hadden de mannen dat niet door en hadden ze alleen maar oog voor het gevangennemen van de meiden. 'Serieus!' mompelde Anna na een tijdje. De mannen hadden hen nog steeds omsingeld. 'Jullie omsingelen ons, terwijl de boel daar,' ze wees naar de kabels en het gehele systeem, 'op ontploffen staat...' 'Verspil je tijd niet aan haar geklets en grijp ze!' schreeuwde de leider. De mannen liepen nog een stukje dichter naar de meiden toe en maakte zich klaar om hen te pakken.

Toen ging plots het alarm af. Een oorverdovend geluid vulde de gehele ruimte. ''Systeem oververhit, verlaat zo snel mogelijk de ruimte! Systeem oververhit, verlaat zo snel mogelijk de ruimte!'' galmde door de ruimte heen. De leider van de mannen vloekte hardop. 'Godsamme, we moeten hier weg en wel nu.' De mannen knikten angstig. 'Bind die meiden vast en dan gaan we ervandoor.' Anna greep snel Togepi en Plusle van de grond en trok ze angstig naar zich toe. Amira deed hetzelfde met Jirachi en zag onder ogen dat dit nog weleens het einde kon worden. Togepi zag echter geen enkel probleem in de situatie. Ze spartelde vrolijk heen en weer in Anna's armen en bewoog haar kleine armpjes speels op en neer. En toen gebeurde het.

Met een klap vielen Anna, Amira en de Pokémon op de grond neer. Ze waren niet langer meer in het vreemde laboratorium maar bevonden zich nu op een route. 'Huh?' vroeg Anna verbaasd. 'Alweer? Hoe kan dit toch?' Amira keek vol verwondering naar de kleine Togepi in Anna's armen. 'Die kleine Pokémon daar heeft ons uit die ruimte geteleporteerd!' riep ze uit. 'Echt waar?' vroeg Anna. 'Hoe dan?' Amira lachte even en keek daarna Anna serieus aan. 'Ik heb geen idee.' zei ze. 'Maar wees blij dat we daar nu weg zijn.' Anna stond op van de grond en keek om zich heen, nam de omgeving aandachtig in zich op. 'Ik ken deze route!' riep ze plots blij. 'We zijn op route 117!' Daarna begon de slaap vat van haar te nemen. Ze zakte terug op de grond en liet al haar Pokémon terug keren in zijn en haar Poké Balls. 'Laten we gaan slapen.' zei Amira die ook moe begon te worden. 'We hebben een lange dag achter de rug en zijn voor nu wel veilig.' Anna knikte en ging languit op de grond liggen. Togepi en Plusle drukten zich tegen haar aan. Amira kwam naast haar liggen. Ze kletsten nog wat, keken naar de sterrenhemel en vielen uiteindelijk in slaap.

~

Vannacht ga ik weg!!!!!! Jippie!!!!!!!
Gaan jullie nog ergens heen? Volgens mij heb ik deze vraag al eerder gesteld, maar ik ben gewoon ontzettend nieuwsgierig, hah ja.

Nou ja, goed verhaal enzo. Korte A/n, maar oké.

Doei.

xD

Ps. Het schrijven van dit verhaal wordt zwaar, rip.

Pokémon: Anna's reis door HoennWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu