P.o.v Don
Met gesloten ogen lig ik op mijn bed. Denkend over wat mijn leven nu is. Besta ik nog wel? Of ben ik een geest? Blijkbaar wel want niemand merkt het als ik er ben, maar ook niet als ik er niet ben. Wat doe ik verkeerd? Ben ik niet aardig? Of mogen ze me niet om wie ik ben.
Ik hoor een deur open gaan, maar ik beweeg niet. 'Yo Don, slaap je?' Jeremy praat heel zacht. Ik schud mijn hoofd maar doe verder niks. Of doe ik wel wat? Ik doe wel iets. Liggen, ademen, denken, luisteren. Maar wil ik wel denken? Als je denkt, dan leef je toch? Zijn er dan mensen die niet willen denken?
'Mag ik even iemand bellen?' vraagt Jeremy. Ik knik stil. Ik probeer het gesprek niet mee te luisteren maar toch vang ik wat op. 'Ja, weet je nog die ene keer' zegt Jeremy lachend. Herinneringen..
Wat heb je aan herinneringen? Aan het einde van je leven vergeet je ze toch. Wat is het punt van een herinnering. Goede herinneringen helpen je door slechte tijden, dus die snap ik. Maar de slechte herinneringen. Ik heb ze ook, veel te veel. Maar ze halen je alleen maar naar beneden. En wat als de slechte herinneringen de goeie laten vervagen. Dan heb je niks meer om je aan vast te houden, en dan zak je de diepte in. Nieuwe dingen zijn dan nodig om je weer uit de diepte te halen. Maar de slechte herinneringen nemen je gedachtes over en laten alles er slecht uit komen. Dus dan heb je iemand nodig die je uit de diepte haalt. Maar ik, ik heb niemand.
Zelfs Milan niet meer. Ooit waren we beste vrienden, maar hij heeft me laten vallen. En dat, dat is precies wat er nu al zo vaak is gebeurd dat ik geen mensen meer vertrouw. Daarom geven ze niks om me. Ik vertrouw ze niet genoeg om aardig tegen ze te zijn. Ik besta nog, maar ik ben gewoon gebroken. Als een glas, dat al 20 keer is gelijmd. Maar elke keer valt het uit elkaar, en dan is het niet meer te redden. Zo ver komt het bij mij niet, want ik word niet gebroken als er niemand is om me te breken. Tuurlijk er zijn genoeg mensen die me kunnen breken. Maar niet zo als sommigen dat hebben gedaan.
Ik draai me op mijn zij en kijk naar de muur. De tranen stromen geruisloos over mijn gezicht. 'Later' zegt Jeremy nog half lachend. Dan is het stil en val ik in slaap. Een diepe slaap, zonder dromen.
-----
Een iets korter deeltje.
Maar het moest even gemaakt worden
Het laatste deel heb ik half geschreven uit ervaring
Jammer genoeg wel..
Maar ja, niks aan te doen he
Want mensen zijn vreselijke wezens.
Maar dat is voor later
Bye