Perspectief Yasmina:
Ik ren achter de brancair van Rayan aan. Met tranen in mijn ogen kijk ik naar zijn verwonde lichaam. De helft van zijn gezicht ligt open en de hoeveelheden bloed die zijn lichaam verlaat is afschuwelijk om te zien.
Ik begin hard te huilen en voel mijn moeder's armen om me heen.
'Rustig lieverd. Rustig.' Zegt ze.
Ik kan maar niet stoppen met huilen. Hoe hij der bij lag was verschrikkelijk om te zien. Afschuwelijk. En de vraag of hij dit wel overleeft is momenteel groot. De wonden zijn ernstig en het grind op de weg heeft zijn huid eraf geschuurd.Na een half uur, wat wel een eeuwigheid leek, komt er eindelijk een dokter aanlopen.
'Mevrouw makthari?'
Ik sta op.
'Ja?'
'Meneer is stabiel. Maar vanwege zijn verwondingen houden we hem in een coma.' Ik kijk hem verschrikt aan.
'Het is minder ernstig dan het allemaal klinkt. Zijn lichaam heeft een harde klap gehad en we willen hem goed monitoren. We weten nog niet zeker of die klap geen blijvende schaden heeft veroorzaakt. Alles wordt nu volledig ontsmet, dus voordat u de kamer binnen gaat kunt u zich daar even omkleden.'
Ik bedank hem en kijk mijn moeder aan.
'Ga maar naar huis mama. Neem mijn auto. Ik bel je wel als je me moet ophalen.'Nadat ze weg is loop ik naar de kamer. Ik trek een soort van beschermend pak aan, handschoenen en een haarnetje. Ik open voorzichtig de kamer deur en loop naar binnen.
Ik schrik van alle draadjes om Rayan heen. Hij ligt met gesloten ogen in het witte bed. Zijn gezicht is voor de helft afgeplakt met gaas en hij is lijkbleek. Zijn armen zijn gewikkeld in het verband. En de rest van de verwondingen kan ik niet zien door het witte laken wat over hem heen ligt. Hij lijkt levenloos, en het piepende hartslagapparaat op de achtergrond maakt het er niet beter op.
Ik pak voorzichtig zijn hand vast.
'Rayan? Kun je me horen?'
Ze zeggen dat een mens in coma alles om zich heen kan horen en voelen.
Ik kijk naar zijn ogen die natuurlijk gesloten blijven.
'Als je me hoort. Dan wil ik dat je weet dat alles goed komt. Ik hou van je en ik blijf bij je. Alles komt goed.' Fluister ik.Het blijft doodstil in de kamer, op de regelmatige piep van zijn hartslag na.
Ik ga zitten op een stoel En staar naar zijn lichaam.
Ik trek de dekens een stukje omhoog en knijp mijn ogen meteen dicht bij het zien van zijn voledig geschaafde en bont en blauwe bovenlichaam.Net nadat Rayan weg was liep ik naar buiten om wat uit mijn auto te pakken. Op de plek waar Rayans auto stond lag een grote olie vlek. Ik belde hem meteen op en tijdens het bellen hoorde ik een hard gepiep en gegil.
Ik werd helemaal gek. En nog steeds. Kwam dat ongeluk door iets in zijn auto? Of was het omdat ik hem belde tijdens het rijden en hem histerisch beval aan de kant te gaan staan.
Als het mijn fout was vergeef ik het mezelf niet....
Het is inmiddels 2 dagen later en Rayan zit nog steeds in een coma.
Ze hebben gisteren een MRI scan gemaakt en er is hamdulillah niks beschadigd aan zijn zenuwstelsel.Ik open de kamer deur en zie een dokter aan zijn bed staan.
'Hoe gaat het met hem?' Vraag ik.
'Hij is al aan het genezen. Hij wordt vandaag wakker.'
Ik pak zijn hand vast.
'We hebben gezien aan zijn hersenactiviteit dat hij goed reageerde op jouw stem. Tegen hem praten doet hem goed.' Ik glimlach naar Rayan en de dokter verlaat de kamer.
Ik ga zitten.
'Hey Rayan. Ik ben er weer.' Het is even stil.
'Ik heb zoveel tegen je gepraat dat je me waarschijnlijk zat bent. Maar ik wil gewoon dat je weet dat ik je zeide niet verlaat.'
Het blijft weer stil en ik kijk naar zijn gezicht. Het gaas is weg en ik kijk tegen zijn geschaafde huid aan.
Ik sta op en strijk met mijn vinger over zijn wang.
'Ik mis je. Wordt nou eindelijk wakker. Ik wil niet meer tegen je praten terwijl je niet terug kan praten. Ik wil je stomme grapjes horen.' Ik veeg mijn tranen weg en pak zijn hand stevig vast.
'Dit is mijn schuld. Dit ongeluk was helemaal mijn schuld. Als ik je niet zo hysterisch had gebeld was je niet geschrokken en had je jezelf op de weg kunnen focusen. Het spijt me zo erg.' Ik druk een kus op zijn hoofd en verlaat de kamer.In mijn auto kijk ik naar mezelf in de spiegel. Van het huilen zijn mijn ogen knalrood en mijn wallen pik donker.
Ik rijd met moeite naar mijn kantoor en ga zo goed als het gaat aan het werk.
...
Ik schrik op van mijn telefoon.
'Hallo?' Vraag ik.
'Mevrouw maktahri? Uw vriend is wakker. Hij vraagt om u dus kunt u..'
'Ik kom eraan.' Zeg ik meteen en ik hang op.
Zo snel als ik kan rij ik naar het ziekenhuis en vind de juiste kamer.
Door alle dokters om zijn bed heen zie ik Rayan niet meteen.Ik blijf stilletjes staan en zodra hij in mijn blikveld verschijnt springen de tranen in mijn ogen. Ik negeer iedereen en loop op hem af. Ik sla mijn armen om zijn nek en begin te huilen van geluk.
'Je bent wakker.' Ik leg mijn handen op zijn wangen.
'Je bent eindelijk wakker.' Lach ik door mijn tranen heen.
Hij glimlacht zwakjes en wilt zijn zuurstof maskertje weghalen. Meteen word hij tegen gehouden door een verpleegster.
'Hij is nog erg zwak. Dus vraag hem niet teveel.' Zegt ze arrogant.
Ik trek mijn wenkbrauw op.
'Yasmina el Maktari. Strafrechtadvocate.' Zeg ik en ik hou mijn kaartje omhoog.
'Vertel mij niet wat ik moet doen. Okey?'
Duidelijko geschrokken van mijn reactie verlaat ze de kamer.Ik zucht en richt me weer op Rayan die me met een glimlach aankijkt.
Ik buig me over hem heen en leg mijn hand op zijn wang. Ik haal het maskertje van zijn mond en druk een kus op zijn lippen. Ik zet het kapje weer goed en sla mijn armen om hem heen.Perspectief Rayan:
Ik wordt langzaam wakker van een aantal stemmen naast me.
Ik kijk naar Yasmina en een arts die aan het uiteinde van mijn ziekenhuis bed staan te praten.Na een tijdje kijken ze mijn richting op.
'Aah. U bent wakker.' Zegt de arts.
Na een hele vragen lijst verlaat hij de kamer.
'Hoe voel je je?'
Ik kijk Yasmina aan.
'Open.' Zeg ik. Ze kijkt weg.
'Ik hoorde je.' Zeg ik. Ze kijkt me vragend aan.
'Toen ik in coma lag. Ik hoorde je praten. Vaag, maar ik hoorde het wel. En als ik het goed hoorde denk je dat het jouw fout is dat ik een ongeluk heb gemaakt.'
Ik pak haar hand vast.
'Het is niet jouw fout. Denk dat niet. Dit was een stom ongeluk.'
Ze kijkt me ernstig aan.
'Het was geen ongeluk Rayan.' Zegt ze zacht. Ik kijk haar vragend aan.
'Je remblokken waren doorgesneden. Daardoor kon je niet remmen. En waarschijnlijk is de dader degene die uit het niets op de rem drukte midden op de snelweg. Want de auto waar je op geklapt bent was leeg. Er zat niemand in.'
Ik blijf stil.
'We komen erachter wie dit heeft gedaan, en ik maak diegene kapot in de rechtbank. Dat beloof ik.'