Hoofdstuk 16

164 3 6
                                    

We hadden besloten om niet meer in een hotel te slapen, dus overnachtten we in een leegstaand huis. Josh had het geweldige idee om vliegtickets te boeken naar Amerika zodat Veronica zou denken dat we daar naartoe zouden gaan en we hadden al een paar weken geen moordenaars achter ons aan gehad. Maar ik denk dat ze doorhad dat we daar niet heen zijn gegaan, want we stonden voor het huis waar we in verbleven, wat zojuist ontploft was. ''Laten we gaan.'' Zei Josh droog. En we reisden weer verder. We waren nu in Schotland ergens, in een huis in een dal omringd door bergen en liggend aan een groot meer. (Foto aan zijkant) Het was ooit van Josh's opa en oma geweest, die een paar jaar geleden overleden waren. Sindsdien woonde niemand er. Je moest lang rijden om er te komen, maar dat was geen probleem. Een helikopter zou ideaal zijn, maar helaas. Waar halen we die vandaan? Volgens mij kan Josh er wel een besturen, maar daar hebben we niets aan zonder helikopter. Ik vond dit huis leuk. Het was groot en verlaten. Ook een beetje spookachtig, maar we wisten dat we de komende weken veilig zouden zijn en konden bijkomen. Dat maakt dit huis leuk. Josh was me net een rondleiding aan het geven door het huis. ''Klik eens hier op.'' Josh wees naar een knopje op de open haard. Ik drukte er op en rechts van de open haard schoot er een plank los. Het was meer een deurtje. Josh deed het open en deed een lampje aan. Ik keek de tunnel in dat eindeloos leek en in een bocht verdween. ''Waar gaat het heen?'' Vroeg ik. ''Heb je dat kerkje gezien ergens ver achter het huis?'' Vroeg hij. Ik knikte. ''Daar gaat het naartoe.'' Wut. Awesome! Serieus. Als we worden aangevallen kunnen we wegvluchten naar het kerkje. ''Zo handig!'' Zei ik. Daarna gingen we naar de slaapkamers. We kwamen bij een kamer met een kingsize bed. Ik nam een aanloop en sprong erop. Net op dat moment schoot de deur open en een oude man van ongeveer 60 jaar kwam binnenstormen met een geweer op ons gericht. Josh en ik heven langzaam onze handen boven onze hoofden. ''Wat doen jullie hier?'' Vroeg de man. ''Dit is niet jullie huis he?'' Josh legde uit: ''Meneer, het spijt me heel erg, maar dit huis was vroeger van mijn opa en oma en ik dacht dat hier niemand meer woonde. En we hadden geen plek om ergens te slapen, dus dachten we dat we wel hier konden overnachten sinds we dachten dat het leeg zou staan.'' De man keek Josh even goed aan. ''Joshua? Ben jij dat?'' Josh's ogen werden groot. ''Erm.. Ja?'' De man liep naar hem toe en omhelsde hem. ''Herken je me niet? Ik ben het! Oom Bob!'' Josh keek hem even goed aan. ''Hoe ben je levend? Ik zweer dat ik naar je begrafenis was geweest...'' Hij keek bedenkelijk en Josh leek niet uit zijn woorden te kunnen komen. ''Het spijt me Bob, maar het was heel belangrijk dat iedereen dacht dat ik was overleden. Voor hun eigen veiligheid.'' Bob keek verbaasd en daarna boos. ''Hoe kon je dat doen? Weet je wel wat je je ouders hebt aangedaan? En je zusje! Wat was zo erg dat je dat moest doen?'' ''Ik kan het allemaal uitleggen. Geloof me.'' De man was even stil. ''Oké dan, leg het uit. En je hebt beter een goede verklaring hiervoor Josh!'' En Josh en ik liepen achter de man de trap af.

Nadat de man thee en koekjes had gehaald ging hij op de bank tegenover ons zitten. ''Is dat je vriendin?'' Vroeg hij. Josh keek even naar mij en zei: ''Verloofde.'' Ik kreeg nog steeds vlinders in mijn buik als hij me zijn verloofde noemde. ''Ik ben Amber.'' Zei ik terwijl hij mijn hand schudde. ''Dus... Leg uit.'' Zei de man tegen Josh. ''Oké... Dus, nadat ik ontslagen was bij de politie ging het niet echt goed met me. Ik was steeds vaker bezig met drugs en overvallen. Op een gegeven moment was er een man die mijn werk goed vond en hij vroeg of ik voor hem wilde werken. Ik zou dan goed betaald worden, een dak boven mijn hoofd krijgen en trainingen. Ik stemde in, want ik had niet veel geld. Ik kon mijn appartement al bijna niet betalen. Later kwam ik er achter dat die man Mr. Adams was. De leider van de grootste maffia van Europa. Dus ik zat bij de maffia. Toen kwam ik in een auto ongeluk en Mr. Adams zei dat het het best was als mijn familie dacht dat ik was overleden. Je maakt veel vijanden bij de maffia en het bracht mijn ouders en mijn zusje in gevaar. Ik werd onzichtbaar en Joshua Thomson werd Joshua Smith. Dat was mijn naam. Ik bleef voor Mr. Adams werken en ontmoette toen Amber. Alleen Mr. Adams overleed door een aanval van een andere pack, de Porters Pack. De 2 na grootste maffia van Europa. Toen nam zijn vriendin, Veronica, het van hem over. Niemand mocht haar en ze was ook niet bepaald een goede leider. Ze vermoordde iedereen die in de weg stond. Toen ik aan Amber vroeg of ze met me wilde trouwen realiseerde Veronica zich dat ik en Amber de Pack makkelijk van haar konden overnemen. Dus ze stuurde mensen om ons te vermoorden en we zijn gevlucht. Er kwamen steeds weer mensen achter ons aan, maar we konden steeds weer wegkomen. En nu zijn we hier, nog steeds op de vlucht.'' Josh eindigde zijn verhaal en Bob keek hem verbaasd aan. ''Dus er kunnen elk moment huurmoordenaars hier op de stoep staan?'' Vroeg hij. Josh knikte en zei: ''We wisten niet dat hier nog iemand was. Anders waren we hier niet gekomen. We gaan dus maar weer verder. Als we hier te lang blijven brengen we je in gevaar.'' ''Nee, nee, blijf maar hier voor een paar dagen. Zo te zien hebben jullie je rust hard nodig. Ik was hier eigenlijk alleen voor vandaag. Verder komt er nooit iemand. Maar laat me jullie één ding vertellen: Je kan niet altijd blijven vluchten. Je moet er toch iets aan doen, want ik weet bijna zeker dat als je blijft vluchten, één van jullie er niet levend van afkomt.'' Ik voelde kippenvel over mijn armen lopen. Ik kon er niet aan denken dat Josh dood zou gaan. De man had gelijk. We kunnen niet altijd blijven vluchten. We moeten vechten voor onze vrijheid. ''Ik laat jullie even alleen om te praten.'' Zei hij en hij liep de kamer uit. Ik zuchtte diep, pakte Josh's handen en zei: ''Hij heeft gelijk. We kunnen niet altijd blijven vluchten. Er zullen altijd meer mensen achter ons aankomen, net zo lang tot we dood zijn. En om eerlijk te zijn Josh, ik ben het helemaal zat. Ik haat het om elke dag weer in een nieuw hotel te zitten, elke dag weer uit te rekenen hoeveel geld we nog over hebben, want op een gegeven moment raakt het geld op en wat doen we dan? We moeten terugvechten. Vechten voor onze vrijheid, en ik weet dat we het kunnen.'' Na ik klaar was met mijn speech had ik tranen in mijn ogen. Josh sloeg zijn armen om me heen en knuffelde me. ''Weet je het zeker?'' vroeg hij. ''Gaan we met zijn tweeën Veronica verslaan?'' Ik knikte terwijl hij mijn tranen van mijn wangen veegde. Ik haat huilen. Je ogen worden rood, je word spotaan verkouden en je ziet er niet uit. ''Oké dan. Ik weet bijna wel zeker dat er een paar mensen van binnenuit mee willen werken, zoals Zach, Anna, Nadia, Gray en nog een paar mensen. Ik knikte weer en Bob kwam binnenlopen met een glimlach op zijn gezicht. ''Uitgepraat?'' Vroeg hij. Ik lachte door mijn tranen heen en knikte terwijl ik mijn tranen met mijn mouw wegveegde.

Upside-DownWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu