'Hier is je lessenrooster. Ik heb gezien dat we de eerste les van de dag samen hebben.'
Jona klonk helemaal opgewekt. 'Maar ik moet je wel waarschuwen voor het feit dat ik helemaal niks snap van fysica, dus vertrouw maar niet op mij als je vragen zou hebben.'
Ismene staarde naar het blaadje papier dat ze overhandigd kreeg.
'Is de vrouw met het platina blonde haar ook een leerkracht?'
Jona staarde haar even verward aan.
'Wie?... Oh, je bedoelt mevrouw Alies Morensen. Zij geeft sport, dat hebben we als laatste twee lesuren vandaag. Ik heb van ouderejaars gehoord dat ze best streng is.'
Ismene dacht hier even over na, voor ze de informatie ergens opborg in haar hoofd. De hal begon stilaan te legen en Jona liep al naar de gang richting de klaslokalen. Ismene volgde haar en nam ondertussen de omgeving in haar op. Het gebouw was vanbinnen kleiner dan verwacht en de witte muren van de gangen hadden grote boogramen die uitzicht gaven op de wijk achter de school. Buiten was het niet meer zo hard aan het sneeuwen als in de ochtend en enkele zonnestralen vonden hun weg doorheen het wolkendek. Gelukkig zag ze net op tijd dat Jona stilstond anders was ze er recht tegenaan geknald. Ze waren aan hun klaslokaal gearriveerd.Ismene was opgelucht dat ze al iemand had leren kennen, die de plattegrond van de school kende. Dat maakte haar dag al veel gemakkelijker. Jona ging meteen naar twee vrije plaatsen achteraan en Ismene ging naast haar zitten. Het klaslokaal was niet zo groot en er was juist genoeg plaats voor iedereen op één stoel na. Ze vroeg zich meteen af of er iemand ontbrak, of dat er toch gewoon één plaats op overschot was.
'Goeiemorgen iedereen, ik hoop dat jullie allemaal een zalige vakantie gehad hebben. Ik ga beginnen met de namenlijst te doorlopen. Zeg maar iets als je je naam hoort zodat ik weet dat je er bent.'
De man vooraan, die Ismene niet was opgevallen toen ze het lokaal was binnengestapt, graaide een papier en pen uit zijn rugzak en begon de lijst met namen af te lezen. Hij had zijn bruine haar keurig gekamd en zijn bril steunde op het puntje van zijn neus. Na enkele namen, kwam de hare. 'Ismene Lenters?'
Ismene bevestigde haar aanwezigheid met een korte 'ja'. De man keek op van zijn blaadje en speurde het klaslokaal af tot hij oogcontact met haar maakte.
Toen ging hij verder, 'Ik veronderstel dat jij de nieuwe bent?'
Bij het uitspreken van die woorden, keek iedereen haar aan. Ze zag sommigen wat fluisteren in het oor van hun buur en de situatie werd ietwat ongemakkelijk. Ismene hield niet van de aandacht, ze werd niet graag centraal gesteld, maar ze wist wel dat dit had kunnen gebeuren. Ze schraapte haar keel.
'Ja, dat ben ik', was het enigste dat ze wist uit te brengen. Ze voelde haar wangen warm worden. De glimlach van de man stelde haar niet gerust.
'In dat geval verwelkomen we je op deze school. Je zult het hier vast wel naar je zin krijgen,' zei de man terwijl hij het oogcontact met haar doorbrak en weer naar zijn papier staarde. Ismene was opgelucht dat ze zich niet verder moest voorstellen. Hij las de rest van de namen verder tot ook deze van Jona gepasseerd was en dan verder tot de volgende.'Rayan Morensen?'
Een ogenblik stilte vulde de ruimte. Morensen? Jona leunde naar haar toe en beantwoordde haar gedachte, 'Dat is de zoon van Alies Morensen. Op school ook wel bekend als degene die vaak spijbelt. Er wordt gezegd dat hij soms gezien wordt in de nacht, ronddwalend door de bossen, maar dat is volgens mij wat overdreven. Hij is gewoon nogal een gesloten type wat begrijpelijk is aangezien zijn vader en oudere broer een halfjaar geleden gestorven zijn.'
Jona kreeg een droevige uitdrukking. Ismene wist niet hoe ze moest reageren. Ze had zelf haar ouders kwijtgeraakt, maar ze had ze ook niet lang gekend. En alhoewel ze hen had willen kennen, had haar tante haar toch de moeder gegeven waar ze zielsveel van hield. Maar ze wist wel dat iemand kwijtraken, als die persoon zo een groot deel van je leven had uitgemaakt, een stuk zwaarder moest zijn.
De man herhaalde de naam, 'Rayan Morensen?'
Weer geen antwoord.
Ismene kon het niet laten het te vragen, 'Hoe zijn ze gestorven?'
Jona keek op en Ismene zag de aarzeling in haar groene ogen.
'Niemand weet eigenlijk precies hoe het gebeurd is. Zijn familie had, denk ik, niet graag dat het hele dorp ervan zou weten, maar hierdoor doen er veel uiteenlopende verhalen de ronde. De meest voorkomende theorie, is dat de vader en oudere zoon gingen gaan wandelen in de bergen en aangevallen werden door een stel wilde wolven. Alhoewel er één dorpsbewoner, die de lijken gezien heeft, beweerde dat ze er niet hadden uitgezien als slachtoffer van een wolvenaanval, en er zelfs helemaal geen wonden te zien waren geweest. Wolven gaan ook niet zomaar aanvallen als ze zich niet bedreigd voelen dus volgens mij is er iets anders gebeurd. Misschien zijn ze wel gewoon onderkoeld geraakt, maar het maakt nu toch niet veel meer uit.'
Jona trok haar schouders op en schudde lichtjes haar hoofd. Ismene dacht even aan mogelijke andere scenario's van het incident, maar besloot uiteindelijk er niet langer over te piekeren toen de les werd aangevangen.'Wat was dat saai zeg, eindelijk komt het leukste van de dag,' zei Jona zo luid dat elke persoon in hun buurt het kon horen. Jona en Ismene begaven zich richting de sporthal. Ze zouden nu aan de laatste twee lesuren van de dag beginnen en Ismene voelde zich opgelucht. Jona en zij hadden daarvoor nog veel lessen apart gehad, maar in de middag hadden ze wel samen kunnen eten en had Ismene kennis gemaakt met wat vrienden van Jona. Vervolgens was Jona met Ismene mee geweest om haar nieuwe sportkleren te gaan ophalen en nu betraden ze de kleedkamers. Deze bevonden zich net naast de sporthal en zaten al redelijk vol. De sportkleren waren vrij simpel, een witte t-shirt met het schoollogo en haar naam op en een zwarte short. Toen ze haar had omkleed, pakte ze een rekker uit haar schoudertas en maakte een losse dot. Het drong tot haar door dat ze dringend naar het toilet moest.
'Jona, weet je waar de toiletten zijn?'
Jona die nog moest beginnen met omkleden, keek naar haar op.
'Ja, daarvoor moet je terug naar de hoofdgang, dat is iets verder naar links. Het staat aangeduid.' Ze bedankte Jona en wandelde vlug doorheen alle deo-dampen naar de deur. Als ze in de gang stond, ademde ze even wat verse lucht in die compenseerde voor de talloze geurtjes van de kleedkamer. Ze volgde Jona's instructies en vond zonder problemen de toiletten. Op het moment dat ze binnen wou gaan, hoorde ze stemmen van de kamer vlak ernaast komen. Ze ving nog net een lage stem op.
'De nieuwe... het zuiden... zonder Armin...'
Het eerste wat ze hoorde, weerhield haar ervan haar blaas te gaan ledigen en woekerde haar oplettendheid aan. Onmiddellijk vond ze haar reactie belachelijk. Wat had ze nu eigenlijk gehoord? De nieuwe. Wat ook wel aangevuld kon worden als de nieuwe schaatsbaan of de nieuwe Mercedes. Ze was vandaag natuurlijk vaak benoemd geweest als de nieuwe, maar dat...'Ismene Lenters,' herkende ze plots en ogenblikkelijk uit de gesprekschaos. Haar handen verkrampten rond de deurklink die ze nog steeds vasthield en ze hield even op met ademen. Ze had net een bekende vrouwenstem vanuit de kamer haar naam horen uitspreken. Het voelde alsof ze op heterdaad betrapt. Ze merkte op dat ze ook niet meer zo dringend naar het toilet moest gaan en overwoog even om gewoon terug te keren naar de kleedkamers, maar ze kon haar drang om verder te luisteren niet verhelpen. Nieuwsgierigheid was altijd al haar grootste zonde geweest, het was onmogelijk voor haar om niet mee te luisteren als er iets rond haar gaande was. Ze sloot voorzichtig de toiletdeur en schuifelde langs de muur dichter naar de kamer toe. De stemmen werden verstaanbaar en ze keek even rond om zeker te zijn dat niemand haar zag. Hierbij merkte ze op dat ze in het raam tegenover haar de weerspiegeling van de twee personen zag en ze herkende meteen het platina blonde haar van Alies Morensen dat met haar rug schuin naar haar toestond. Er stond ook nog een andere figuur, een jongen van ongeveer haar leeftijd. De jongen had een bos bruin golvend haar en een lichte huid. Hij droeg een versleten spijkerbroek en een donkergrijze sweater.
'Armin kon hen al ruiken op kilometers afstand. We zijn niet dicht geweest, ze...'
De jongen werd onderbroken.
'Rayan, ik wil niet dat je alleen bent in de bossen en nog minder dat je ze zelf gaat zoeken,' zei Alies op strenge moederlijke toon. Rayan. Dat was de zoon van Alies. In de ogen van Rayan verscheen frustratie.
'Als we het aan de anderen hadden overgelaten, waren we nu nog onwetend geweest. Waarom blijven we geloven dat ze niet meer zullen terugkomen? Het is nu duidelijk, dat ze met iets bezig zijn. En we moeten...'
Alies werd woedend.
'Rayan! Hou je erbuiten, je bent hier nog te jong voor. Ik zal de rest informeren over wat je gezien hebt, maar ik wil dat je er niet meer achteraan gaat en ik wil je ook wat vaker in de les zien. Als je zo voortdoet dan word je geschorst.'
Rayan keek alsof hij op het punt stond haar tegen te spreken, maar hij deed het toch niet.
Alies zuchtte en ging geïrriteerd verder, 'En waar zag je ze precies in het zuiden?'
'Enkelen zaten in de bossen aan de Hoornweg, geloof ik.'
Alies ogen werden wijder en ze wreef met één hand aan haar kaak, de andere zat geplooid over haar borstkas.
'Dat is de plaats waar de nieuwe familie naartoe is verhuist.'
Rayan opende zijn mond om nog iets te zeggen, maar sloot hem toen weer. Zijn blik rees in plaats daarvan onwillekeurig over de schouder van Alies naar de gang toe, recht in de ogen van Ismene's spiegelbeeld.

JE LEEST
De Laatste Koningin
FantasyIsmene was maar vijf toen haar vader samen met haar in snelvaart van Zweden naar Engeland vertrokken. Ze hoefde geen jaar ouder te zijn om de angst in zijn ogen af te lezen. Hij zette haar af bij haar tante in Edinburgh, met de belofte dat hij ging...