Het is inmiddels alweer woensdag en ik zit nu in mijn laatste les. Daniel en ik moeten vandaag voor de laatste keer nablijven, want morgen en overmorgen hebben we vrij. Veenstra ga ik heel erg missen. Daniel heeft me gistermorgen opgehaald en naar school gebracht. Ik wist niet dat hij zo aardig kon zijn.
Op school kreeg ik dus mijn fiets weer terug en ik kreeg een hele preek over dat ik mijn fiets nooit meer midden op het schoolplein mag neerzetten. Geloof me. Die preek was lang. Ik schrik op door de bel en pak mijn spullen bij elkaar.
'Wat fijn u weer te zien meneer Veenstra.' begroet ik hem als ik binnenkom. Hij zucht en negeert me. Nou zeg. Als ik om me heen kijk zie ik dat Daniel er nog niet is. Wel iemand anders. En die iemand anders zit op mijn nablijf stoel. No way.
Met mijn nep glimlach ga ik naast hem staan en zeg: 'Je zit op mijn stoel.' Hij merkt me nu pas op en kijkt me onderzoekend aan. 'Oh sorry ik wist niet dat je een vaste stoel had...'
'Noa.'
'Noa.'
'Nu hoor jij je voor te stellen en van mijn stoel af te gaan.' vertel ik hem. Hij gaat gelukkig van mijn stoel af, maar gaat naast me zitten. Shit daar ben ik nog niet vanaf. 'Ik ben Dave.' zegt hij dan. 'Leuk voor je.' antwoord ik hem bot. Wat nou? Hij zat op mijn stoel, dan mag hij wel wat vijandigheid verwachten.
'Ook leuk jou te ontmoeten.' grijnst hij naar me. Hoe oud is hij eigenlijk? Hij zit niet in mijn jaar, want dan kende ik hem wel. Jonger lijkt hij ook niet. Dan zal hij wel ouder zijn. 'En waarom zit jij hier?' vraagt hij me nieuwsgierig. Deze jongen kan zijn mond ook niet dichthouden. 'Veenstra mag me niet zo.' antwoord ik hem.
Dan komt Daniel binnen en hij kijkt me verward aan. Ik haal mijn schouders op en gebaar iets over Dave. Hij lacht en gaat dan vooraan zitten. Anders laat Veenstra ons niet meer alleen. Gisteren betrapte hij ons weer, toen we naast elkaar zaten.
'Ga je me nog vragen waarom ik hier zit?' hoor ik dan ineens weer naast me. Kan hij niet gewoon stoppen met praten. 'Nee.' zeg ik simpel. Toch begint hij me te vertellen waarom hij hier zit. Iets met een grap. Ik luister niet echt naar hem. Sorry Dave. 'Ik ken je niet eens.' zeg ik tegen hem als hij klaar is. 'Ik wil je wel leren kennen.' is zijn antwoord en ik voel zijn hand op mijn been. Oh nee. Wat denkt hij wel niet. Snel sla ik zijn hand weg. 'Help!' roep ik door het lokaal heen.
Veenstra kijkt geïrriteerd op. 'Wat is er nu weer Noa?' vraagt hij. Ik glimlach en zeg: 'Ik word aangerand.' Veenstra kijkt me aan alsof ik gek ben, wat hij trouwens opmerkelijk vaak doet. Dan loopt hij zoals altijd, weer hoofdschuddend het lokaal uit. 'Ik heb koffie nodig.' hoor ik hem nog mompelen voor hij vertrekt.
Boos kijk ik Dave aan. 'Blijf van me af.' sis ik naar hem. Ik zie dat zijn hand weer onderweg is naar mijn been. Dus sta ik op. Is hij doof ofzo? 'No, wat gebeurd er?' vraagt Daniel en hij komt naar ons toegelopen. 'Niks niks.' glimlach ik naar hem.
Daniel kan beter niet weten wat er gebeurd, dan vliegt hij hem nog aan. En eerlijk gezegd denk ik niet dat hij dat kan winnen. In de tweede heeft hij een jongen al een blauw oog geslagen, omdat hij naar me keek, volgens hem. Zelf had ik het niet eens in de gaten.
'Wat heb je gedaan?' vraagt hij dan aan Dave. Hij gelooft me niet. Dave grijnst dom en geeft dan antwoord. 'Ze wilde dat ik haar aanraakte.' zeg hij dan niet te hard, maar hard genoeg om het te verstaan. Wat voor eikel is deze gast. Daniel lijkt het met me eens te zijn, want hij haalt uit naar Dave. Shit nee. Dat wilde ik dus voorkomen.
'Daan, niet doen, please.' smeek ik hem. Dit gaat uit de hand lopen als hij niet stopt. Dave zet een stap dichter naar hem toe om terug aan te vallen. Het enige logische wat ik kan bedenken is Veenstra halen, anders vermoorden ze elkaar nog.
'Meneer Veenstra!! Mene-'
Ik word onderbroken als hij ineens voor me staat. 'Noa wat doe je nu weer hier?' vraagt hij als hij me ziet. 'Kom mee, alstublieft.' zeg ik tegen hem en ik loop al terug naar het lokaal. Hij ziet eindelijk dat ik serieus ben en volgt me dan. Als hij de jongens ziet snelt hij erheen en haalt ze uit elkaar. Hij neemt Dave mee uit het lokaal en laat ons alleen. Tegen Daniel zegt hij nog: 'Jou spreek ik zo nog.'
Daniel laat zich op een stoel vallen en wrijft over zijn gezicht. Zijn oog is gezwollen en zijn knokkels bloeden. Dat oog gaat blauw worden. 'Shit man.' mompel ik terwijl ik op zoek ga naar de EHBO-doos. Die moet haar toch ergens liggen. AHA!
Met de EHBO-doos in mijn handen ga ik naast Daniel zitten. Hij kijkt vreemd naar de doos. 'Geef me je handen.' beveel ik hem. Hij luistert en legt zijn handen voor me op tafel. Ik maak zijn knokkels schoon en plak er allemaal pleisters op, want het stopt niet met bloeden. Hij lacht als hij ziet wat ik doe. 'Shht ik ben bezig.'
Als ik klaar ben bestudeer ik zijn oog. Ik ga met mijn vinger over het opgezwollen oog. 'Wat ben je toch een sukkel.' zeg ik en ik zoek naar het juiste zalfje voor zijn oog. 'Ik heb net je leven gered hoor.' antwoord hij verbijsterd. 'Ja ja, niet bewegen nu.' zeg ik oog rollend en smeer de goede zalf op zijn oog.
'Ik heb jou leven gered.' vertel ik hem dan. Hij lacht en schud zijn hoofd.
'Ik ging niet dood hoor, No.'
'Wel als ik Veenstra niet had gehaald.'
'Denk je dat ik hem niet aankon?'
'Dat weet ik wel zeker, Daantje.'
JE LEEST
Waarom hij? ✅
RomanceNoa Dijkstra. Jupp dat ben ik. Er werd me gevraagd een korte uitleg over mijn leven te geven. Geen idee eigenlijk. Het is vrij normaal. Laten we zeggen dat het gaat om een jongen en een meisje. Ze kennen elkaar allang, maar niet goe- 'Ik ken jou wel...