Hoofdstuk 18

36 1 23
                                    

Liva zit op haar draak, op het moment dat Declan zijn manticore bestijgt. Beide kijken naar beneden richting de soldaten die er ongemakkelijk bijstaan. Hiro besluit dat hij en Juha die eerder op de manticore hebben gezeten nu op de draak willen zitten en dat Carlo – die al eerder op de draak heeft gezeten – nu op de manticore gaat zitten. En zo zitten ook zij – dan wel achter Liva of Declan – op één van de twee mythische dieren die direct opstijgen en richting Drakendam vliegen.

Het is te voet een enorme afstand, maar door de omvang van de dieren en hun vleugels is de afstand in korte tijd afgelegd. Langzaam daalt de groep om laag vliegend over het dorp te vliegen en vlak voor de stadspoorten te landen tot grote verbazing van zowel de dorpsbewoners als de stadswachters. Iedereen stapt van de draak en manticore af en gaat naast elkaar staan, waarna Liva het woord doet.

"Goeden ochtend heren. Ik kom de laatste drie soldaten veilig terugbrengen. Voor de gewone mens als hen wordt de reis iets te gevaarlijk. En nu ik een andere uitverkorene heb gevonden met mythisch dier is het beter om zonder de soldaten verder te gaan."

De wachters trekken hun wenkbrauwen op, terwijl de stadsbewoners uit nieuwsgierigheid dichterbij komen, inclusief de ouders van Liva die totaal niet weten wie er aan de andere kant van de poort zou staan. Door de situatie is ook de aandacht van de Koning getrokken en daarmee komt ook hij dezelfde kant uit, waardoor iedereen noodgedwongen plaats moet maken. Ook Liva's ouders doen dat, maar zij worden gewenkt dat ze mee moeten komen.

Op zijn verzoek wordt de poort geopend en de groep is ingesloten door de bewoners. De poort gaat open en de monden van de bewoners vallen open. Merendeel herkent Liva, maar sommigen hebben eerder een andere reden. Geroezemoes stijgt op, vooral als ze de soldaat herkennen van eerder.

"Is dat niet de uitverkorene Liva die hier in de stad woont?" Is dat niet de soldaat die opgepakt is door een draak en ter dode opgeschreven stond?" "Hij was toch opgegeten door een draak?" "Wat doen ze hier, moeten ze niet op missie?" "Wie is die knul en wat is dat voor monster dat naast de draak staat?" Allemaal vragen die door elkaar te horen zijn door de omstanders. De Koning is dichterbij, en hoewel de verbazing op zijn gezicht goed te zien is, straalt hij ook trots uit.

"Uitverkorene Liva, waar hebben wij dit bezoek aan te danken?" vraagt hij zakelijk, maar met open armen. Hij kijkt naar het jonge meisje, om daarna zijn blik te vallen op eerst de witte draak en daarna op de jonge knul en de leeuw met vleugels. Dan bekijkt hij de drie soldaten.

"Ik kom de laatste drie soldaten terugbrengen, geachte Koning. Deze drie waren de laatsten die nog bij me waren. Nu ik mijn dier, gave en een andere uitverkorene heb gevonden, waarbij we er mogelijk nog meer gaan tegenkomen, wil ik hen niet verder meer in gevaar brengen als het niet nodig is. Ik heb al eerder soldaten naar huis gestuurd, en ik hoop dat ze hier veilig zijn aangekomen."

Hiro, Juha en Carlo buigen voor de Koning om dan ook zo te blijven zitten op één knie totdat hij of Liva aangeeft dat ze de stad in mogen. De dorpsbewoners en de stadsbewoners blijven verder stil en Liva gaat intussen verder.

"Op weg naar de drakenvallei ben ik mijn draak tegengekomen. Onderweg naar Leeuwenhart zijn we maar al te goed erachter gekomen dat de gewone mensen niet bestand zijn tegen geen enkel mythisch dier toen we deze manticore tegenkwamen en die ons aanviel. Overigens blijkt hij bij Declan te horen, die pas later aan kwam zetten, toen ik de manticore had uitgeschakeld. Voor wij verder op weg gaan naar Leeuwenhart en de vallei met de zeer wilde en ontembare manticore, kom ik daarom de soldaten terugbrengen."

"Waarom zijn er maar drie bij je als je er veel meer had? Waar zijn de anderen gebleven?" vraagt iemand anders voor de Koning kan reageren.

Liva trekt een wenkbrauw op. "Het is niet aan jou om vragen te stellen in deze situatie. Maar ik zal antwoord geven. Op weg naar de drakenvallei is er één soldaat gestorven door zijn stommiteit en gezien hij niet respectvol was. De rest ging gewoon mee, maar ik heb vlak voor het vertrek uit de drakenvallei ook, behalve deze drie, terug naar huis gestuurd voor hun veiligheid. Ze waren te laf om mee te gaan en durfden niets. Ik heb niets aan laffe soldaten. Deze drie waren enigszins nog waardevol met hun kleine beetje lef. Wat er met de groep is gebeurt zou ik niet weten. Ik weet wel dat Hiro er toen vandoor is gegaan en gepakt was door een draak zonder mijn toestemming, maar daarna heb ik pas zijn verhaal gehoord. Hij wilde mij trainen en hij was daarna nog waardevol. Dankzij mij leeft hij nog. Ik had niets te maken met de aanval van de draak die hem pakte toen hij schijnbaar bijna thuis was."

Het Mysterie Der LegendeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu