Xyrax stond achter het vuur, de vlammen stegen voor zijn gezicht op, flikkerde helder als smeulende kooltjes in zijn ogen, vuur likte in de lucht, zoekend voor houvast, maar echter zuurstof was te voor het grijpen. Door kleine windstoten rees het vuur hoger, tot soms zelf over Xyrax’ zijn lichaam heen. Hij had zijn benen uit elkaar gespreid, zijn armen haast als een deken om de brand, naar voren gebogen, zijn wenkbrauwen diep naar beneden en een grijns, een duivelse grijns, om zijn lippen. Hij likte deze even af nadat ze droog werden door het vuur. Zijn keel was al rauw van het vertellen, maar eenmaal in zijn verhaal kon hij niet meer stoppen met vertellen, het werd alsmaar gruwelijker en bloeddorstiger, werkelijk had hij geen idee waar hij naartoe ging met zijn verhaal, maar aan de gezichten van zijn twee metgezellen te zien leken ze het te kunnen aanvaarden.
“… de hoeken waren stoffig, er lag her en der een hoopje bijeen geruimd puin, maar in de schaduwen van de hoeken, daar was… wat zij zochten… of vermeden.” Even liet hij de stilte op hun zenuwen raken voor hij verder ging. “Ze zag het al, maar durfde niks te zeggen. Haar handen waren tot vuisten gebald, haar mond was open gezakt, haar onderlip trilde. Als ze iets zei – wist ze – zou het komen. Zelfs al maakte ze het kleinste geluid. Per ongeluk, niet met opzet, stootte ze met de punt van haar voet tegen een klein balletje. Angstig keek ze het balletje na en hoorde het een doffe toon maken tegen het hout.” Hij kon de spanning van hen af voelen, het angstzweet dat op hun rug zat en de hitte van het vuur op de gezichten. “Toen,” ging Xyrax met een lage stem, rauw en onheilspellende, maar duidelijk zacht, fluisterend zacht. “rees het op...”
“Tot verdomme nooit meer ziens, klootzak!”
Vol van angst sprongen Nyati en Xandor op, de deken viel langzaam op de grond, en renden zij een paar meter weg, zich aan elkaar vast geklemd. Alle dieren om hen heen waren opgeschrokken door hun gegil, waardoor ze nog meer trilden dan ze al deden.
Xyrax, die in eerste instantie wel degelijk schrok van Willows komst, proestte het nu uit van pret. Hij sloeg zijn armen om zijn buik en schuddebuikte het uit. Langzaam zakte hij neer tot op zijn knieën, de tranen uit zijn ooghoeken vegend. Na een beetje te zijn uitgelachen keek hij Willow aan. Direct vervaagde zijn lach alsof deze nooit geweest was, hoewel de echo nog nagalmde in de koude nacht. Vlug stond hij op en liep naar haar toe. Hij sloeg beschermend een arm om haar heen, hoewel hij zo veel kleiner was dan zij. Ze knikte dankbaar naar hem, maar schudde haar hoofd terwijl ze hem weg schoof.
“Het spijt me, Xyrax. Ik geloof dat je bezig was met een verhaal.” Even keek ze naar de hoofden van Nyati en Xandor, nog altijd met een huiveringwekkende uitdrukking op de gezichten. “Een overduidelijk goed verhaal, zo te zien. Maar maak ze niet te bang, we zijn namelijk nog niet eens begonnen met de reis.” Er verscheen een schaduw van een glimlach om haar lippen voor ze zich door haar knieën zakte en bij het vuur knielde om een beetje warmte te absorberen.
Nyati, nog altijd Xandor zijn arm in een houtgreep vasthoudend, haalde diep adem, een paar maal voor ze voorzichtig los liet van mede slachtoffer en het ei bekeek. Deze zag er prima uit, leek nog helemaal in tact en dat was waar het haar per slot van rekening om ging. Ze haalde nog een paar maal heel diep adem en knikte toen tegen zichzelf en naar Xandor.
“Xandor, er is niks om bang voor te zijn. Het is slechts…” ze haalde nog eens diep adem. “een verhaal. Een verdomde angstaanjagend verhaal, maar nog altijd niet iets om bang voor te zijn.” Ze knikte nog eens naar Xandor, maar had het eigenlijk meer tegen zichzelf gedurende de gehele peptalk.
Voorzichtig knikte Xandor, die nog altijd stond te trillen op zijn benen. Nooit had hij verwacht dat zijn kleine broertje zo veel fantasie in zijn geest had, niet zulke geweldige verhalen kon vertellen en al helemaal had hij nooit gedacht dat hij dit alles zo kon bedenken na een dag als deze. Hij was haast dood geweest, maar misschien was het juist daarom dat hij dit kon bedenken. Hij besloot dat hij Xyrax nooit meer zou zien als een lager persoon, zichzelf niet meer hoger zou voordoen in rang dan dat van Xyrax. Hij had iets krachtigs in zich, die jongen, hoe hij alles aan pakte; haast gedood door een wolfman, een enorm verhaal kunnen vertellen waar iedereen bang van wordt en vervolgens lieflijk zijn arm om een vriendin heen slaan die het overduidelijk moeilijk had.
JE LEEST
Griffioensgif - Dutch.
FantasiaEen uitverkorenen Caelysi met een ei van goud, Zal strijden in het land der warmte waar zeldzaam sneeuw huishoudt. Als de held op vertrouwelingen stuit, Dan zullen onwetenden weten, wanneer het ei hitte uit. Een vijfling jongeren zullen zwerven...