Silvers

53 5 3
                                    

Het regende puin. Een enorme stofwolk verspreed zich door de stad. De toren was gevallen. Huizen explodeerden door de geknapte gasleidingen.
Caine zag het hoofdschuddend aan. 'Die idioten zijn nog maar een dag in mijn stad, en ze verkloten alles nu al.' Hij stond op het dak van een jeugdherberg. Hij keek naar zijn vriendin. Zijn ongelooflijk knappe vriendin. 'Zeg tegen de jongens beneden dat ze zich klaar moeten maken voor een jacht. We maken er meteen een einde aan.'

Ronald hoestte wat stof uit en kroop onder een auto vandaan. De auto zelf was half geplet door een stuk steen. Geen spoor van Rob en Amy. 'ROB!' Schreeuwde hij. 'AMY!' Hij kreeg geen antwoord. Hij besloot ze maar te gaan zoeken. Maar toen hij de hoek van de straat omging, stond hij oog in oog met een horde zombies. Ze draaiden hun hoofden langzaam naar hem toe en kwamen op hem af. Ronald rende terug de straat in en dook een steegje in. Hij ging rechts, maar stond opnieuw tegenover een groep zombies. Hij rende meteen de andere kant op, en er kwam een zombie tegenover hem. Hij beukte hem uit de weg. Hij rende en bleef rennen.
Toen hij volledig buiten adem was bleef hij staan. De brullende zombies hoorde hij ver achter zich. Ze waren hem kwijt. Hij wou opgelucht ademhalen, maar kreeg er de kans niet voor. Iemand zette een pistool tegen zijn hoofd en hij hoorde de veiligheidspal klikken.

30 minuten later.

'Haal die zak nou maar van zijn hoofd.'
De zak werd van Ronalds hoofd afgehaald. Hij knipperde even met zijn ogen om aan het licht te wennen. Hij zat met tie-wraps aan een stoel vastgebonden. Om zich heen stond een groepje jongeren. Het viel hem op dat de jongeren allemaal knap waren. Dit was typisch een groepje wat op school populair was. Alleen was er nu geen school meer.
'Ik ben Caine.' Zei de jongen met een Justin Bieber kapsel. Ronald keek hem aan. 'Wat is dit?' Vroeg hij. Caine keek hem schattend aan. 'Je staat hier op het dak van ons huis. Wij zijn de Silvers.' En hij wees naar de rest. 'Jullie zijn een stel primitieve idioten die onze stad in puin hebben gelegd.' En hij wees naar Ronald. Een van de meiden giechelde onnozel.
'Je vrienden hebben het vast niet overleefd. En anders weten wij hen te vinden.' Zei Caine arrogant.
Ronald keek slechts grijnzend naar hem. Hij had zombies vermoord. Hij had rauw schapenvlees gegeten. Hij had een kannibalen kamp overleefd.
Dit was gewoon een groep pestkoppen. Een andere wereld, dezelfde regels. De knapsten en populairsten vonden zichzelf weer heel wat. Ronald moest hardop lachen waardoor Caine hem even geërgerd aankeek. Ronald dacht na. Zijn vrienden hadden het heus wel overleefd. Deze gasten wisten duidelijk niet met wie ze te maken hadden.
Caine liep naar het trappenhuis en gaf zijn vriendin een mes. 'Doe wat je niet laten kunt.' Zei hij. En tegen Ronald zei hij: 'jij mag hier plezier maken met deze schoonheden.' Toen verliet hij met de jongens het dak.
Gemeen lachend kwam het meisje op Ronald afgelopen.

Man or BeastWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu