Dounia:
Het is niet Zakaria, het is Nasser. "Nasser", fluister ik. Geen idee waarom. "Mag ik je aub iets vragen?"zegt hij. Hij pakt mijn handen vast en zijn handen zijn niet normaal warm. Ergens wil ik dat hij me nooit meer loslaat, want het voelt zo goed. "Heb je ooit een relatie gehad met Bilal?"wilt hij weten. Ik weet niet wat ik daarop moet zeggen. De waarheid? Maar kan ik het hem wel zeggen? Ik weet dat ik nergens heen kan met de waarheid. Maar hij heeft me een duidelijke vraag gesteld. Dus ik ga ervan ooit dat ik die vraag moet beantwoorden. Ik wil dat helemaal niet, ik wil niet eens eerlijk zijn. Nu niet ten minste. "Ja", antwoord ik. Nasser kijkt me met grote ogen aan. "Wanneer... ehm, waar hebben jullie elkaar leren kennen?"vraagt hij. Aan hem kan ik zien dat hij het er moeilijk mee heeft. Ik adem diep in en begin te vertellen.
My story:
Ik leerde Bilal kennen toen ik 15 was. Het gelukkigste meisje van de klas was ik, want ik had toch zo'n perfecte leven! Ik had geweldige ouders en nooit kwam ik naar school zonder een glimlach. Dat had iedereen door en zelfs ik. Wat kan ik zeggen? Ik was gewoon echt een geluksvogel. Toen dook Bilal op. Hij was laatste jaars en ik kon mijn ogen niet van hem afhouden. Eigenlijk kwam dat doordat hij me ergens mee geholpen had, zo leerde ik Bilal kennen en werd ik smoor op hem. Maar aan alles kwam een einde, en dus was het vakantie. Mijn ouders stelden voor om naar Marokko te gaan en dat deden we dus met de auto. Bij de boot aangekomen kon ik niet wachten tot ik zou douchen. Toch hoopte ik ergens Bilal tegen te komen. Nog steeds zo verliefd en dom als ik was... Tot mijn grote verbazing zag ik hem inderdaad. "Dounia? Het is Dounia toch?"vroeg hij terwijl ik buiten wachtte tot er een paar douches vrij zouden zijn bij de vrouwen. Ik knikte verbaasd. Dat hij eigenlijk wel wist wie ik was. "Wat ben ik blij je te zien!"zei hij alsof we elkaar al kei lang kenden. En van het één kwam het ander en voor ik het wist hadden we iets. Maar niet voor lang meer...
Nasser luistert aandacht naar mijn verhaal. "Hoe komt het dat het uit is dan?"wilt hij weten. Ik wil er niet op antwoorden. Eerlijk gezegd wil ik gewoon naar huis, in bed liggen en nooit meer wakker worden. "Ik ga ervan uit dat hij niet mijn mektab is", zeg ik. Nasser is een tijd stil. "Wauuww, dat had ik niet verwacht. Tegen mij ben je zo..afstandelijk", zegt hij. Dat is waar. Ik moet niks meer van jongens hebben, waar ik nu wel spijt van hem, want Nasser is anders. Dat voel ik gewoon. "Ik kan maar beter gaan", zegt Nasser dan en ik zie dat het hem dwars ligt. Zuchtend knik ik. "Goed, ik denk dat ik ook maar ga, de pauze is bijna voorbij", leg ik uit. Maar Nasser is al weg. Als de bel gaat, loop ik eerst naar de wc. Daar zie ik Raisa. "Raisa", zeg ik. Ze wilt me voorbij stappen, maar ik hou haar tegen. "Nee, aub praat tegen me", smeek ik.
"Wat wil je dat ik zeg, Dounia? Je weet dat ik wat voor hem voel en je pakt hem zo af!"zegt ze gekwetst. Ik schud mijn hoofd. "Ik zweer het je, ik en Zakaria hebben niks met elkaar!!"zeg ik. Maar ik weet niet of dat eigenlijk wel zo is. Hij doet de laatste tijd vreemd. Of beeld ik me dat gewoon in? Wat maakt het uit?! Raisa en Zakaria horen bij elkaar! Toch? "Oh ja?"vraagt Raisa twijfelend. Ik loop naar haar toe en sla mijn armen om haar heen. "Ja, duhh, jij bent als een zus voor me! Waarom zou ik je zoiets aandoen?"vraag ik. Raisa omhelst me terug. "Dankje", zegt ze oprecht.
Na schooltijd twijfel ik wel of ik zal wachten op Zakaria. Straks denkt Raisa weer verkeerd. Maar aan de andere kant, het is wel mijn vriend en dit heb ik altijd al gedaan. Te laat. Zakaria komt naar me toe op zijn fiets. "Spring erop", roept hij en in én beweging spring ik achter op zijn fiets. Mijn werkdag gaat zoals altijd. Ik reken de laatste klanten af en tot mijn verbazing is... Bilal er één van.
JE LEEST
Het Geheim
Mystère / ThrillerDit verhaal gaat over Dounia. Ze leeft haar hele leven met een grote angst en een duister geheim. Maar er komen mensen in haar leven die haar het leven makkelijker maken, maar ook oude bekenden duiken op.... Zijn lach klonk nog na in mijn oren. Hij...