♦ 11♦

1.1K 76 8
                                    

*Bliep*. *Bliep*. *Bliep*. *Bliep*. *Bliep*. *Bliep *. *Bliep*. *Bliep*.*Bliep*.

Ik word wakker en sla op de wekker. Hij stopt niet. Ik druk hem goed uit en rek me uit. Het duel is zo!

Ik spring uit bed. Kleed me aan, poets me tanden, kam mijn haren en pak mijn toverstok. Ik kijk op de wekker en zie dat het 23:43 is. Ik moet opschieten. Ik ren de leerlingenkamer uit en sprint naar de Astronomie toren. Daar staan Leo, George en Fred al. 'Waar blijft ze?' vraagt Fred mopperend. 'Ze komt niet, ze is bang' zegt Leo met een grijns. Ik begin te lachen. 'Tuurlijk' zeg ik terwijl ik met mijn ogen rol. Ik loop de trap op en zie ze alle drie naar me kijken. Met nog tachtig andere mensen. Oke, het zijn er maar tien. Maar overdrijven mag wel eens.

'Ah, Lilian. Op je plaats. Leo ook' zegt George. ik hoor veel 'Succes' naar mij. Maar ik negeer het. Die moeten ze geven aan hem. Niet aan mij. 'Succes Leo' zeggen Fred en George tegelijkertijd. Leo kijkt verward en ik grijns.

'Oke, op 1 mag je vuren. 3...2...1..'

'Expelliarmus!' gilt hij. Ik weer het af.

'Oeeehh' hoor je vanuit het publiek.

'Aquamenti!' gil ik. Leo zit onder. Je hoort gegrinnik van het publiek.

'Paralitis!'. Ik weer hem af. Simpel, met Hermelien oefenen was slim.

'Locomotor Mortis'. Leo's benen worden aan elkaar gelijmd. Hij valt bijna op de grond.

'Levicorpus ' denk ik. Leo hangt ondersteboven aan het plafond.

'Zo, nu ben jij degene die bang is hè?' vraag ik grijnzend.

'EN DE WINNAAR ISLILIAN SMITH!' schreeuwt Fred super hard.

'Sssss' fluistert heel het publiek.

'JE HEBT VERLOREN VAN EEN EERSTEJAARS MEISJE!' gilt iemand uit het publiek. Ik loop lachend naar de leerlingenkamer. Ik ben beter dan hij. Beter. Veel beter. Ik zet mijn wekker en ga weer slapen.

~~~~*~~~~

'LILIAN!'. 'LILIAN! WAKKER WORDEN!'. Ik reageer niet. Stik erin. Persoon. Geen idee wie het is.

Dan gebeurt het. Water. Over mijn gezicht. Ik schrik wakker en vervloek mijn aanvaller. Ik zie dat het Hermelien is. Ze kijkt me dodelijk aan. Ik hef de vervloeking op en begin te grinniken. 'Sorry Mientje'. Ze schud haar hoofd lachend en draait zich weer om. Ik kleed me supersnel aan en loop naar de leerlingenkamer. 'Zullen we vanavond iets samen doen?' vraagt Harry. 'Ja' antwoordden Hermelien en Ron tegelijk. Ze kijken alle drie naar mij. 'Is het vandaag volle maan?' vraag ik aan ze. Ze knikken twijfelachtig. 'Dan kan ik niet, sorry' zeg ik teleurgesteld. 'Waarom ben jij steeds weg met volle maan?' roept Ron verontwaardigd. Iedereen in de leerlingenkamer kijkt me aan. Fijn...

Hermelien lijkt het te snappen want ze wisselt van onderwerp. Ze denkt waarschijnlijk dat ik een weerwolf ben. Dat heeft ze goed fout. Ik ben erger dan een weerwolf.

George en Fred komen naar me toe lopen. 'Ben jij een weerwolf?' vragen ze tegelijkertijd. Ik schud resoluut mijn hoofd. 'Nee, ik ben erger dan dat' zeg ik met een grijns. Bluf. Zo hard. Hopelijk vragen ze niet door. Ze halen hun schouders op en lopen weg. Ik zucht opgelucht. Ik loop naar de uitgang maar een paar vierdeklassers houden me tegen. 'Zozo weerwolfje, wij hoeven geen weerwolf in onze familie' zegt een gemeen. 'Ik ben geen weerwolf en laat me er langs' zeg ik nijdig. Ze lachen gemeen. 'Niet? Dan vind je het vast niet erg dat wij vanavond een wandelingetje gaan maken in het maanlicht?' zegt een sluw. Ik kijk ze bang aan. 'N-n-nee' stotter ik. 'Niet in het maanlicht'. Ze beginnen te lachen. 'Het is wel heel duidelijk'. 'IK BEN VERDOMME GEEN WEERWOLF EN LAAT ME ER NU LANGS' schreeuw ik kwaad. Iedereen kijkt me aan. Iedereen. 'Zozo, heeft ons weerwolfje al weerwolf symptomen?' zegt iemand spottend. 'Jullie gedragen je echt als Zwadderaars' zeg ik. Ze kijken me geschokt aan.

Ja, de grootste belediging voor een Griffoendor rolde net over mijn lippen. 'Duidelijk een weerwolf' zegt iemand die ik niet ken. 'Kom op, we gaan het uittesten'. Er pakken twee of drie mensen me van achter vast. 'LAAT ME LOS!' gil ik kwaad. Ze luisteren niet. Nee, natuurlijk. De volle maan is bijna op. Ik moet snel zijn. 'Een transformatie ziet er niet uit. We doen het hier' zeggen ze gemeen. Ik begin te huilen.

'Best, als jullie dood willen doe dit maar vooral. Maar zeg niet dat ik jullie niet het gewaarschuwd voor Ismene' zeg ik droog. Iedereen behalve Harry, Ron en Hermelien kijken me geschokt aan. 'Dat was het dus' fluistert Hermelien. 'Ja'. 'Leg uit'. 'Willen jullie blijven leven?'. 'Ja'. 'Laat me dan los, en snel'.

'Dacht het niet weerwolfje' mengt de persoon die me vast heeft. Ik ruk me los op super power. 'Jullie weten niks van mij' sis ik. Ze kijken me geschrokken aan maar pakken me toch weer vast. Ik zucht. Ik kan met een vingerknip ze vermoorden maar ach. 'Nou, ik heb niet veel tijd. Want dat komt Ismene en overleven jullie het niet. Maar goed, ik ben vervloekt door Ismene. Mijn hele familie was dat. Ismene is een moordenaar. Elke volle maan verander ik in haar. En nu denk je: ik kan haar wel hebben. Nou, dat heb je fout. Ismene -en ik ook- hebben gaves. We kunnen gedachten lezen, snel rennen, zijn super sterk. Elementen. Onzichtbaar worden. Voor de duidelijkheid: spreuken werken niet op Ismene. Op mij wel. Maar het gaat je niet lukken. Ismene houd van moorden en verminken. Ik zeg één ding: vlucht zolang het nog kan. Je hebt ongeveer, mmm, twintig seconden. Hopelijk werkt het. Waarschijnlijk niet. Jullie zijn echt oekels dat jullie me hier houden' zeg ik. Ze kijken me geschokt aan. 'MONSTER!' gilt er één. 'Nee, dat wist ik nog niet' zeg ik sarcastisch. 'Zoveel slachtoffers. En ik mag ze allemaal vermoorden!' gilt Ismene blij. Ik slik. 'Ik hou het niet lang meer'. Ze kijken me bang aan. En dan gebeurt het. Ik word bleker en bloedmooi. 'Dat is geen moordenaar!' hoor ik nog iemand roepen. Dan word het zwart.

Even later word het weer licht. Ik ben mezelf weer. Ik kijk om mee heen. Iedereen is dood. Overal ligt bloed. En overal liggen verminkte lijken. Maar wat nog het meest opvalt is de bloem van darmen midden in de zaal. Ik begin te huilen. 'Monster, monster, monster, monster' klinken stemmen door mijn hoofd. En ze hebben gelijk, ik ben een monster.

~~~~*~~~~

'Lilian!' gilt iemand. Ik schiet wakker. Badend in het zweet. Er staan allemaal mensen om me heen. 'Gaat het?' vraagt Hermelien. Ik schud mijn hoofd. 'Je had een nachtmerrie' zegt Parvati. Ze leven nog. Het was een nachtmerrie. Maar het leek zo verdomd echt. Zo verdomd echt. Ik kijk de kamer rond en zie de meiden van deze kamer, George, Fred, Percy -wat doet hij hier nou?- Harry, en Ron. 'Heb ik jullie wakker gemaakt?' vraag ik sip. Dat wil ik helemaal niet. 'Je was vijf minuten non-stop aan het schreeuwen. Natuurlijk zijn we daardoor wakker geworden' zegt Percy chagrijnig. Vijf minuten?! Iedereen kijkt hem boos aan. Behalve ik. 'Sorry, het spijt me vreselijk' zeg ik snikkend. 'Het geeft niet, het was vast een vreselijke nachtmerrie' zegt Harry bemoedigend. Ik knik en glimlach waterig. 'Nou, ik ga weer' zegt Percy terwijl hij wegloopt. 'Zuurpruim' roept Fred hem achterna. Ron en George beginnen te grinniken. Ik zie de lol er niet van in.

'Waar ging de nachtmerrie eigenlijk over?' vraagt Belinda nieuwsgierig. Is het slim om te zeggen? Ik denk het niet. Het zou dom zijn. 'Ik moet het zelf nog verwerken' zeg ik. Ze knikken. De jongens vertrekken en Belinda en Parvati lopen ook weg. Hermelien en ik blijven over. 'Lili, dat was geen normale nachtmerrie' begint ze. Ik knik. dat was het zeker niet.

'Je gilde wat woorden in je slaap'. Ik kijk haar verschrikt aan. Ik mág niet het verkeerde hebben geschreeuwd. Dat mág niet. 'Welke woorden?' dring ik aan. Dit is gevaarlijk. 'Monster, Ismene en dood. Luister Lilian. Dit is geen normale nachtmerrie. Écht niet'. Oke, dat ik Ismene gilde was te verwachten. Maar toch is het riskant. 'Weet ik' zeg ik met een brok in mijn keel. 'Vertel nú wie Ismene is oké?'. Ik kan het niet. 'Ik kan het niet' zeg ik. Ik slik nog een keer en pak wat drinken. Ik neem een slok en zucht. 'Ik kan het echt niet'. 'Alsjeblieft'. Ik zucht diep. De waarheid komt er niet van. 'Ismene was mijn oude vriendin, ze ging dood. Ze zou een monster zijn geworden. Maar niemand weet het zeker want niemand heeft het ooit kunnen vertellen' slik ik. Ze kijkt me bezorgd aan. 'Dat is vreselijk'. Ik knik. 'Ga nu maar weer slapen. Je zult het nodig hebben'. Ik knik. Ik ga in bed liggen en draai me om. Ik val in slaap met de gedachten aan mijn nachtmerrie.

Wat de f*ck does it mean?

Cursed / Harry PotterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu