~1~

2.8K 94 4
                                    

Sophie op de afbeelding.
Pov. Sophie

'Verdomme!' Ik liet een tweetal schetsboeken uit mijn handen vallen. Losse blaadjes met half afgemaakte tekeningen lagen verspreid over het witte vloerkleed van mijn kamer. Ik slikte de rest van mijn tirade in terwijl ik al mijn werken opraapte en ze haastig in mijn tas propte. Met een zwaai gooide ik hem om mijn schouders en stommelde gehaast de trap af. Mijn moeder was nergens te bekennen, vermoedelijk nog steeds op haar werk. Ze moest het geld wat ze de afgelopen maanden aan mij had kwijtgemaakt toch ergens vandaan halen. Pas toen ik in de achtertuin stond, merkte ik dat het pijpenstelen regende. De koude druppels kwamen met bakken uit de hemel en het water drong tot diep in mijn dunne jas binnen, zodat het mijn shirt eronder ook compleet doorweekte. Toen ik zuchtte, gleed een waterval van druppels via mijn lippen naar beneden. De scheldwoordentirade begon opnieuw in mijn hoofd op de duiken, maar er was te weinig tijd om ze allemaal hardop uit te spreken. Dus holde ik, met mijn tas onder mijn armen geklemd omdat de inhoud ervan niet nat mocht worden, naar de schuur. Ik trok een zak over de tas en sprong toen op mijn fiets, om vervolgens hard te straat uit te fietsen.

Helemaal doornat stond ik daar, voor de ingang van de kunstacademie. Niet dat ik daar al op zat, ik had nog een zesde jaar van de middelbare te gaan. Toch had ik die vakantie besloten dat ik alvast wat wilde doen in de richting van kunst, en schreef mezelf in voor de teken- en schilderlessen die wekelijks gegeven werden op de kunstacademie. Samen met andere middelbare scholieren zou ik drie uurtjes les krijgen van een ervaren docent. Of docente. Het was mijn eerste keer en ik had dan ook nog geen idee van waar ik heen moest. Uit de woorden van de eerdere mail had ik opgemaakt dat het ergens op de eerste verdieping zou zijn en dat de andere deelnemers er al langer op zaten. Ik duwde de deur open en stapte het gebouw binnen.

Mijn voetstappen lieten kleine plasjes achter op de marmeren vloer. Het was maar zwak verlicht en er zat niemand achter de balie. Het was immers zaterdag, vijf uur. Ik besloot maar gewoon de trap op te lopen en even een kijkje te nemen in elk lokaal. Wat niet nodig was, aangezien ik op de eerste verdieping aangekomen al gelijk stemmen en gelach hoorde. Bovendien was er maar één lokaal verlicht. Nog nahijgend van de inspannende fietstocht beende ik op de openstaande deur af.

Binnen was de sfeer gezellig en ontspannen. Er stonden wat meisjes, een stuk of vijf, die er allemaal vrij artistiek uitzagen bij een tafel waar werken van een of andere bekende kunstenaar op waren gelegd. Geïnteresseerd bespraken ze de verschillende technieken en vergeleken de tekeningen en schilderijen met die van hunzelf. In de hoek waren wat jongens samengedromd die naar anime-werkjes keken die op de muur hingen. Dan had je nog een klein gemixt groepje, twee jongens en twee meisjes, die niets anders deden dan praten en hun werkjes links lieten liggen maar verder wel een buitengewoon vriendelijke uitstraling hadden. En tot slot was er een ietwat eenzame jongen. In elkaar gedoken tuurde hij geconcentreerd naar het papier onder hem, waar hij met een minuscuul kwastje de lijntjes overtrok van iets dat vermoedelijk zijn werk was. Zijn bruine haar zat wat warrig, maar absoluut niet onverzorgd. Zijn huid zag er gaaf en lichtgebruind uit, zijn ogen verscholen onder de schaduw van zijn gezicht. Toen pas merkte ik dat ik naar hem zat te staren, en schrok op toen iemand een hand op mijn schouder legde. Met een ruk draaide ik me om en keek recht in de ogen van wat waarschijnlijke de docente was. Ze was een ietwat gezette vrouw, met fel gekleurde kleren aan en een bijzonder klein wipneusje. Haar dansende, blonde krullen vielen tot op haar schouder en haar bruine, twinkelende ogen keken me onderzoekend aan. 'Ah, jij moet Sophie zijn,' verontstelde ze. Ik knikte en schudde haar stevige hand. 'Kies maar een plekje, de les gaat zo beginnen,' vervolgde de vrouw en met die woorden klapte ze in haar handen. Twijfelend bleef ik even staan en keek toe hoe de groepjes aan aparte tafels gingen zitten. De enige tafel waar ik nog bij kon was die met de vier kletskousen of de eenzame jongen. Ik besloot me maar niet aan te sluiten bij een random groepje, ik wilde hun gesprekken niet verpesten door erbij te gaan zitten luisteren. Dus restte mij maar één optie. Met een lichte zucht van teleurstelling sjokte ik naar de tafel van de jongen. Toen ik ging zitten, keek hij niet eens op van zijn werk. Dat beloofde gezellig te worden. Ongemerkt verliet nog een zucht mijn mond. Tot mijn verbazing grinnikte hij. 'Als je me zo saai vindt, kan je misschien beter bij de babbelaars gaan zitten,' zei hij, nog steeds niet opkijkend. Beschaamd voelde ik hoe het bloed naar mijn hoofd steeg. Ik was te verbaasd om hem een brutaal antwoord terug te geven, en bovendien werden mijn gedachten onderbroken door de docente, die Daniëlla. 'Welkom, allemaal. Vandaag zou ik graag willen beginnen met een verwelkoming van ons nieuwe lid Sophie,' ze knikte naar mij. Ik voelde de ogen van de andere scholieren op me branden. Ik glimlachte ,niet naar een specifiek persoon maar gewoon ergens richting de muur. Toen nam Daniëlla weer het woord. Opgelucht sloeg ik mijn ogen neer en hoorde ik opnieuw gegrinnik naast me. 'Wie lachte je zo leuk toe? De muur?' Spotte de jongen naast me lachend, wederom nog steeds ineengedoken en op zijn werk geconcentreerd. Woede kwam in me op en voordat ik het wist floepten de woorden eruit. 'Het enige dat jij anders leuk toelacht, is de muur,' siste ik met een verheven fluistertoon. Ik zag hoe zijn schouders schokten toen hij lachte. Verdomme, waarom keek die lafaard me nou niet gewoon aan? Pissig pakte ik een blaadje van de grote stapel op tafel en ging aan de slag met de opdracht die Daniëlla zojuist gegeven had. Vanuit mijn ooghoeken zag ik de jongen zijn werkje wegstoppen en een nieuw blaadje pakken om ook iets in het thema van de opdracht te tekenen. Ik vloekte vanbinnen toen het me wederom niet lukte om zijn gezicht te kunnen zien.

Teken iets waar je blij van wordt.

De woorden van Daniëlla bleven door mijn hoofd spoken, maar ik kon er maar niks bij bedenken. Uiteindelijk begon ik, alsof mijn hand het was in plaats van ikzelf, ruwe lijnen op het papier te schetsen. Ronde lijnen, twee rondingen en een slank stuk. Toen twee uitsparingen die zelfverzekerd op een afstand van elkaar stonden. Twee hoekige vormen die gebogen waren en uitkwamen in de zij van het inmiddels ontstane figuurtje. Daarna bracht ik de details aan. Fonkelende, bruine ogen en een rechte neus. Kleine mond en ietwat rommelig haar. Een veel te grote sweater met een strakke jeans en zwarte ballerina's. Ik gumde de mond weg en veranderde het strenge streepje in volle omgekrulde lippen die me zowaar toelachten. Nog twee kleine kuiltjes in de wangen en toen begon het schaduw- en dieptewerk.

'Wie is het?' De drie uur waren voorbij gevlogen, mijn karakter ingekleurd en de jongen nog altijd mysterieus van gezicht. Ik voelde Daniëlla's blik op mijn tekening branden terwijl ze achter me stond. Zou ik het zeggen? Twijfelen antwoordde ik zachtjes: 'Mijn moeder.' Ik wachtte tot de jongen naast mij begon met me uitlachen, maar tot mijn verbazing deed hij dat niet. Zijn gevoel voor humor was anders dan bij de meeste jongens. Opnieuw betrapte ik mezelf erop dat ik hem onderzoekend en langdurig had aangekeken. Beschaamd gluurde ik of Daniëlla me had gezien. Gelukkig was ze alweer richting de volgende tafel gestapt. Ik zuchtte wat en pakte mijn spullen in nadat de docente het einde van de les had aangegeven door opnieuw in haar handen te klappen. Zorgvuldig stopte ik de tekening van mijn moeder in een van mijn tekenmappen en verpakte mijn tas weer in de plastic zak toen ik zag dat het buiten nog steeds regende. Op het moment dat ik de jongen gedag wilde zeggen, merkte ik tot mijn verbazing dat hij al weg was. Verdwaasd keek ik om me heen, maar natuurlijk was hij nergens in het lokaal te bekennen. Ik schudde afkeurend mijn hoofd. Even had ik gedacht dat hij anders was als alle andere jongens, maar hij bleef toch een van de rest. Een echte, ongemanierde jongen. En het was ook beter om zo naar hem te kijken. Ik kon me niet permitteren om om hem te gaan geven. Niet nu.

De hele klas was al weg toen ik als laatste het lokaal uitstapte en de deur achter me sloot. Daniëlla bleef als enige achter, en ruimde nog wat laatste spullen op. Net toen ik de hoek om wilde slaan, botste ik tegen een lang lichaam aan. Een scheldtirade kwam al weer op, totdat ik zag wie er voor me stond. Grijnzend stond hij daar, proberend de bad boy uit te hangen maar overduidelijk ongemakkelijk. 'Sorry, ik was vergeten om doei te zeggen,' zei hij wiegelend. Zonder dat ik er wat aan kon doen, schoot ik in de lach. Het was zo sullig, zo cliché, zo hilarisch. Hij lachte maar wat ongemakkelijk mee. Toen pas zag ik hoe goed hij eruit zag. Zijn bordeauxrode sweater hing losjes over zijn bovenlichaam en hij stond met zijn handen in de zakken van zijn grijze joggingbroek. Zijn ogen waren felgroen, bijna blauw. Zijn kaak strak, armen gespierd maar niet té, zijn mond in een zuinige glimlach vertrokken. Maar wacht, waar was ik mee bezig? Ik kon niet langer naar hem kijken. Het zou me geen goed doen. Ik mocht niet om hem geven, hem knap vinden... Dat zou gegarandeerd de verkeerde kant opgaan. De glimlach verdween van mijn gezicht en vertrok in dat strakke streepje dat mijn moeder ook wel eens had. Haastig zei ik hem: 'Ja, ik was het ook vergeten hoor. Het geeft niet, maar ik moet nu gaan.' Ik liet hem niet antwoorden en glipte langs hem heen, de trap af terug naar mijn fiets.

No worries, jullie zullen achter alle geheimen komen ;) lang hoofdstuk dit keer, het leek me goed om een lang introductiehoofdstuk te hebben. Vandaag nog nieuwe update!

Liefde is een ziekte (voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu