Hoofdstuk 26

594 27 1
                                    

De zon had in mijn ogen geschenen terwijl ik wakker werd en voor de zoveelste keer had ik het gevoel alsof we inderdaad gewoon aan het kamperen waren, op de gestoorde moorden van de afgelopen dagen na dan, waarbij ik er drie op mijn naam had staan.

Hennessee draaide zich een beetje om waardoor ze nu echt op mijn benen lag, waarbij ze Callum bijna in zijn gezicht sloeg.

"Het blijft grappig om naar te kijken.” Een kenmerkende lach galmde tot me door

Bartolome was opgestaan en leunde tegen de boom schuin achter me aan.

"Hoe jammer het ook is, je moet ze wakker maken, het is bijna tijd om er weer vandoor te gaan.”

Mezelf een beetje uitrekkend met de bedoeling de andere twee een beetje wakker te schudden schoof ik wat meer overeind. "Hoezo, is er iets aan de hand ?”

Bartolome wees over zijn schouder, waar de Poema wat schichtig om zich heen keek. "Haar, zo is ze nu al ongeveer zeven minuten.”

Dus er was mogelijk iets aan de hand.

Beangstigd maar ook lichtelijk opgewonden schudde ik eerst Hennessee wakker, die me met grote slaperige en schattig kinderlijke ogen aankeek. "Hé ?”

Lachend verschoof ik nu mijn aandacht naar mijn liefje, die zijn armen nu om mijn borstkas heen geslagen had, serieus die jongen liet zich echt niet makkelijk wakker maken.

"Callum.” Zachtjes gaf ik hem een kusje op zijn kreun, waardoor hij even bewoog maar zijn hoofd al weer snel op mijn schouder neer liet zakken, zijn neus raakte mijn hals.

Het was heerlijk en waarlijk schattig als we gewoon samen waren geweest, maar nu waren we in de arena en moest hij wakker worden.

Tegen mijn zin in ging ik verder overeind zitten waardoor Callum met een bonk naar beneden schoof en op mijn benen terecht kwam, waar hij eindelijk met een kreun wakker werd.

Hij keek omhoog en er verscheen een twinkeling in zijn ogen. "Oh.”

Hennessee moest ook lachen door de gezichtsuitdrukking van Callum, die een beetje beteuterd naar me keek vanaf mijn schoot.

"Niets oh, door jullie voel ik nu een aantal delen van mijn lichaam niet en als ik het al begin te voelen houd dat een enorme tinteling in.”

Maar mijn woorden deden hen alleen maar harder lachen.

Gemaakt geïrriteerd sprong ik op. "Lachen jullie maar lekker dan pak ik de rest wel in.”

Callum sprong ook al snel op toen ik even wankelde door de gevoelloosheid in mijn benen.

"Oké ik help je wel.” Hij drukte snel een kus op mijn wang.

"Wat moet ik toch ook zonder jou doen.”

"Kom op jullie, ik weet dat dit de hongerspelen zijn en dat alles elk moment in kan storten, maar please, doe dat ergens anders.”

Natuurlijk, ik had het kunnen weten om zulk commentaar te ontvangen van Brosey, die me nu toch langzaam op mijn zenuwen begon te werken en af en toe begon ik haar al wel te vergelijken qua trekjes met Leticia, wat eigenlijk echt een belediging was tegenover Brosey.

Als ze er ook maar achterkomt wat er in mijn hoofd allemaal omgaat.

 

Met z’n allen begonnen we met het bij elkaar rapen van alle spullen.

De poema gromde, wat ons er alert op maakte dan we sneller moesten pakken, wat of wie er ook maar gevaarlijk was, was in de buurt.

En ik durfde er veel op te verwedden dat het de overige beroeps zijn.

The 81st Hunger Games (Dutch) × Voltooid ×Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu