chapter 52

215 25 3
                                        

ERIN.

"Weg." Fluister Calum en vervolgens draait hij zich naar me om.

Hij pakt mijn onderarm vast en trekt me met zich mee.

We beginnen te rennen.

Ik hoor het gegrom van de Boonie achter ons, wat aan geeft dat hij vlak achter ons aan zit.

Ik schijn wild heen en weer met mijn zaklamp door een donker gangpad.

Ik weet niet waar Calum is, maar hij moet wel vlak naast me zijn.

Ik duw een deur open en trek Calum aan zijn arm mee. Zodra in de deur sluit, komt de Boonie aanlopen en knalt tegen het glas van het raampje boven in de deur aan. Hij gromt en slaat hard op het raam.

We hebben het gered.
















Nee, we hebben het nog niet gered, we moeten nog door een loods heen.

Waar gaan we eigenlijk heen?

Ik weet het niet.

zombie ✕ c.h ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu