chapter 49

206 24 9
                                    

CALUM.

Een gil.

Ugh, Erin, waarom moest je nu perse weer weg lopen? Ik zei toch dat het gevaarlijk was.

Ik ren – zover als dat ik kan – een hoek om en dan, zie ik inderdaad Erin staan. Omsingeld door lijken. Een daarvan is Ashton, mijn vriend.

Ik zie Ashton haar vast pakken. Hij gromt hard.

Ik ren harder en zodra ik bij hun aan kom, sla ik Ashton zegen zijn hoofd aan die meteen op de grond zakt.

Een ander lijk duw ik achteruit in een container.

Ik stap naar Erin toe die opnieuw weer hevig aan het huilen is.

"A-Ashton.. Ashton is.. hij is.." ze komt niet uit haar woorden.

Ze kent Ashton?

---

);

zombie ✕ c.h ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu