Jayden weg

508 31 2
                                    

‘twee weken? hou je dat hier wel vol?’ lachte opa. ‘ja, makkelijk, geen probleem. ‘ik vind het goed, maar ik kom er aan hoor.’ Zei hij en ik liep terug naar het huis. Tegen Dann zei ik dat hij er zo aan kwam, en dat gaf hij door aan mama. Ik ging op de stoel zitten en keek naar buiten. Ik zag Jayden en opa hierheen komen. Ik keek naar Jayden. hij zag er zo leuk uit hé, zo schattig, zo kwetsbaar. Maar hij was nog sterker dan een sumoworstelaar. Uiteindelijk nam opa de telefoon over en begon een goede discussie. ‘maar kijk, tussen Sanne en Jayden is iets opgebloeid, en ik snap heus dat…’ zei hij ‘nee. Ja. Ja. Snap ik. ja, klopt. Nee, dat niet, ze hebben hier voldoende spullen.’ Dat klonk al goed. Mam die vroeg of we genoeg spullen hadden voor die twee weken. Ik keek Dann aan. Hij staarde naar de grond. Wat betekent dat hij op het beste hoopt. Ik stond op en liep naar Jayden die in de deuropening stond. Ik gaf hem een zoen en legde mijn armen om zijn nek. Het duurde nog zeker vijf minuten voordat opa eindelijk ophing. We keken opa hoopvol aan, maar hij barste in lachen uit. ‘jullie zouden je gezichten eens moeten zien, hopend op goed nieuws.’ Lachte hij. ‘wees gerust, ik heb goed nieuws, jullie blijven nog twee weken langer!’ zei hij blij. Ik draaide me weer naar Jayden om en gaf hem een stevige knuffel. ‘dank u wel opa!’ zei ik. We liepen weer naar buiten en Jayden hielp me weer met de pijl en boog. ‘nou nou, dat gaat al goed, je kunt nog maar net het zwaard gebruiken, en je wilt ook al leren hoe de pijl en boog werkt! Ik kan je zeggen, je bent goed op weg! Maar inderdaad, zoals je misschien al door had, de pijl en boog is een stuk moeilijker onder de knie te krijgen dan het zwaard.’ zei hij, en het leek alsof hij uit ervarenheid sprak. Ik legde een pijl in de boog, en schoot richting de boom. Mis. ‘probeer het nog eens.’ Zei Jayden.  ik legde opnieuw een pijl in de boog, en probeerde het opnieuw. Hij raakte de boom, maar stuiterde weg. ‘nog eens.’ Zei Jayden weer. Ik legde voor de derde keer een pijl in de boog, en schoot. Raak. Eindelijk. ‘goed zo!’ zei opa. Ik was trots op mezelf. Ik had raak geschoten. De volgende dagen bleef ik oefenen en trainen, en iedere keer hielp Jayden mee om te kijken of het lukte. In het begin had ik zijn hulp nog veel nodig, maar langzaam werd het minder. En uiteindelijk had ik hem niet meer nodig, en kon ik zelf, zonder al te veel moeite een pijl raak afschieten. Maar ik bleef oefenen. Ook met het zwaard bleef ik regelmatig oefenen, om het alsmaar beter onder controle te krijgen. Ik maakte me zorgen toen Jayden er op een dag niet was. ‘opa? Waar is Jayden?’ vroeg ik toen ik terug naar binnen kwam gelopen. ‘laat Jayden maar even. Hij heeft vannacht een visioen gehad over zijn zusje, en daar is hij door van slag.’ Vertelde opa. ‘wat zei zijn zusje dan?’ vroeg ik verder. ‘dat wilde hij niet zeggen.’ Antwoordde hij. ‘ik moet naar hem toe.’ Eiste ik. ‘ik weet niet of dat zo’n slim idee is.’ Zei hij. ‘ik wil het weten opa. Nu. Desnoods ga ik hem zoeken. Desnoods ga ik voor hem het bos in.’ Zei ik, en liep naar boven. Ik badacht me wat er aan de hand kon zijn, en liep de tweede trap op. ik liep naar de eerst deur rechts en keek gehaast in zijn kamer. Hier was hij niet. Ik liep terug naar beneden. ‘Sanne…’ zei opa, maar ik had geen aandacht voor hem. Ik moest Jayden vinden. Ik keek bezorgd rond en rende naar buiten via de achterdeur. Hier was hij niet. Ik liep terug en ging via de voordeur naar buiten. Dann was met Jayden’s zwaard een het spelen. Toen hij mij zag liet hij het meteen zakken. ‘sorry Sanne…’ verontschuldigde hij zich. ‘het maakt mij niet uit, maar bezeer je er niet mee. ik ben Jayden aan het zoeken, heb jij hem misschien gezien?’ vroeg ik. ‘nee, alleen vanmorgen toen hij naar jou toe ging. Tenminste, hij zei dat hij naar jou ging, want ik vroeg hem er nog naar.’ Antwoordde hij. ‘weet je waar hij heen liep?’ vroeg ik bezorgd. ‘nee, sorry. Ik zag hem alleen naar buiten lopen. Het was nog vroeg hoor. Ik dacht toen nog, dat jij wel heel vroeg wakker was. Maar ik heb er verder niets mee gedaan, ik ben naar de keuken gelopen en heb me er verder geen zorgen meer om gemaakt.’ Zei hij. hij was in ieder geval via de voordeur gegaan. Maar ja, dan kon hij nog overal en nergens zijn. ‘dank je Dann.’ Zei ik en liep over het grindpad naar de poort waar we in de auto naar binnen zijn gekomen. Het was een heel eind weg, maar voor Jayden deed ik het. Toen ik er aankwam, zag ik hem nergens zitten en begon aan de terugweg. Nee, ook niet. Waar zou hij dan zijn? Ik wist het. Hij was naar de kooi. Ik liep rustig terug, want ik had al mijn kracht nodig. Waar had hij de kleding voor de boogschutter neergelegd? Die had hij verstopt onder een plank bij mijn bed. Het ridderpak had hij in zijn kamer goed opgeborgen onder zijn kledingkast. Alleen ik wist het. Mij had hij het toevertrouwt. De zon stond al hoog toen ik terug kwam. Ik liep rechtstreeks naar boven naar mijn kamer. Ik zocht de plank waar hij de kleding onder had verstopt en opende de plank. Ik trok de kleding aan en legde de plank weer op zijn plek. Ik liep de kamer weer uit en liep naar beneden. De kleding zat veel fijner dan het harnas. Logisch ook, dit was op maat gemaakt zonder dat de koning de maat ooit geweten heeft. Ik liep naar buiten waar Dann nog steeds bezig was met het zwaard. ‘waar ga jij heen? Je mag het bos niet in!’ zei Dann. ‘ik weet het, maar dit is een noodgeval, dus ik moet gaan.’ Ik klonk zekerder dan dat ik was. Wat als hij er nou niet was? Dat kon niet. Hij was daar, dat moest wel, en ik moest er heen. Kostte wat het kost. Ik deed de buis met pijlen om mijn schouder, pakte de boog, en ook het zwaard nam ik mee. ik liep richting de rand van het bos. ‘Sanne!’ riep oma vanuit het huis. ‘wat doe je?! Je weet dat je er niet heen mag!’ riep ze en liep haastig op me af. Opa kwam er vlak achteraan. ‘laat hem alleen Sanne. Hij moet even afkoelen, ga hem daar niet bij storen! Je loopt gevaar in het bos, je bent niet de sterkste.’ Zei hij waarschuwend. ‘dat maakt niet uit, ik moet er heen, ik weet dat hij me nodig heeft, hij is daar niet voor niets.’ Zei ik, al zeker van dat hij daar was. ‘je weet niet of hij daar wel echt is, en als hij er niet is, heb je dat allemaal voor niets gedaan en moet je terug. Het heeft geen zin Sanne, hij komt wel terug.’ Zei opa. ‘nee. Hij komt niet terug, hij heeft me nodig. Ik weet het, ik voel het. En ik heb de sleutel bij me, dus als hij er inderdaad niet is, kan ik daar uitrusten. Ik heb voldoende gegeten, dus ik hou het wel vol. Geloof me, ik red het.’ Zei ik, terwijl ik me omdraaide. ‘mag ik met je mee Sanne?’ vroeg Dann, die er aan was komen lopen. ‘nee, absoluut niet. Het is niet veilig voor jou.’ Zei ik. ‘voor jou ook niet.’ Antwoordde hij eigenwijs. ‘nee Dann, dit moet ik alleen doen, misschien later, maar nu niet.’ Zei ik, en liep het bos in.

Tears of a dead vampireWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu