:5:

71 9 0
                                    

Pov Sofie
We vlogen samen naar de stenen vlakte, waar de lucht al donker begon te kleuren en onweer in de lucht hing. Ze was hier, geen twijfel mogelijk. Ik keek naar de jongens die zich aan weerszijden van me opstelden. Dit was het dan, de laatste strijd, al wisten zij dat niet. Ik voelde haar aanwezigheid. De zwarte zieneres. De bliksem sloeg in, vlak voor onze neuzen. En daar stond ze, in haar zwarte gewaad zoals altijd. Haar groene ogen staken fel af tegen het zwart van de kap die ze op had. Ze lachte en keek ons een voor een aan.
"Gelukkige verjaardag Sofie, wat fijn dat je wat tijd voor me kon vrijmaken"
"We worden helaas al ergens anders verwacht" zei Stino.
"Maak de volgende keer eens een afspraak!"
"Oh Stino, de humor ontbreekt jou ook niet" lachte ze.
"Maar je hebt gelijk, laten we dit snel afhandelen, ik heb geen zin meer in spelletjes"
"Eindelijk iets waar we het over eens zijn" hoorde ik Tom naast me mompelen. Ze grijnsde en stak haar armen in de lucht. De duistere energie omringde haar en ze riep de schaduwwezens op. Iets wat alleen ware meesters in de zwarte magie kunnen doen. Die soort magie was verboden in elk van de 3 werelden, behalve voor mij, Stino en onze leermeester. Want door de vloek die op ons rustte, hadden we geen andere keuze. Ook van dat deel van mijn leven wist niemand vanaf. Iedereen zag alleen maar het succes en niet de opofferingen die ik ervoor maakte. De geheimen die ik bij me droeg. Geheimen die weldra aan het licht zouden komen, vreesde ik. Maar daar mocht ik nu niet aan denken. Ik moest vechten. Langzaam verspreidde de gloed zich over mijn lichaam en transformeerde ik naar mijn natuurlijke vorm, alleen dan zo groot als een mens. Het ding was dat alleen mijn kleren veranderden naar die van een echt elfje maar mijn grootte bleef hetzelfde. Stino transformeerde naar een half-draak en Tom vormde een energie bol in zijn handen. Zo hadden we allemaal wat dat niemand anders kon. Geen elf of draak kon maar deels transformeren en geen mens kon magie gebruiken. De monsters rezen vanuit de stenen bedekte bodem waar we op stonden en Stino en ik vlogen meteen de lucht in voor en beter overzicht. Tom probeerde vanaf de grond de beesten in bedwang te houden terwijl wij vanuit de lucht aanvielen. Nog steeds stond de vrouw te lachen. We waren er nooit achtergekomen wie zij was of waarom ze deed wat ze deed. Maar 1 ding wist ik wel zeker, ze was gestoord. Volledig krankzinnig. Ik keek haar even aan voordat ik weer naar beneden keek en een idee kreeg.
"Stino! Pak Tom van de grond! Nu!" riep ik en voelde dat mijn handen al kouder werden. De jongens deden wat hen gezegd werd en ik liet mezelf naar beneden vallen. Met een harde klap landde ik neer op de stenen en bevroor zo alles om me heen. De schaduwwezens verbrokkelden en de jongens landden weer naast me. Ik was uitgeput van de inspanning die ik net geleverd had maar zo hadden we wel die dingen kapot gemaakt.
"Goed plan" zei Tom en keek vanuit zijn ooghoeken naar de zwarte zieneres.
"Dit is onze kans om te zien wie ze werkelijk is" fluisterde Stino alsof hij mijn gedachten kon lezen. Ik knikte en veranderde naar mijn kleine vorm zodat ik onopgemerkt naar haar kon vliegen. Ik trok de kap van haar hoofd en haar blonde haren vielen golvend over haar schouders. Ik staarde verbaasd naar de figuur toen ik eindelijk haar gezicht kon zien.
"Jij... Maar natuurlijk..." fluisterde ik in mezelf en transformeerde weer naar mijn menselijke vorm.
"We hadden kunnen weten dat jij het was" siste ik en deed een stap achteruit. Ik zag dat de ogen van de jongens groter werden, vooral die van Tom.
"Isa..." fluisterde hij en balde zijn vuisten.
"Jij was het. Jij hebt haar vermoord!"
"Wie dacht je anders?" vroeg ze en kruiste haar armen. Ze keek me grijnzend aan en lachte.
"Oh Sofie, meisje, je moet je gezicht eens zien... Oeh, rimpels, daar zou ik een crème voor kopen hoor"
"Ik kan mezelf natuurlijk ook jong houden met zwarte magie zoals jij dat doet" siste ik en sloeg haar in het gezicht.
"Niet zo stoer meer zonder je dekmantel hm?"
"Go Sofie" lachte Stino en kwam nu ook aanrennen. Tom bleef nog even verward staan en staarde naar de grond. Het moest dan ook niet niks zijn voor hem. Zeker niet voor hem. Ze gromde en stak haar hand in de lucht. Bliksem sloeg in even verder van ons. Waarom raakte ze ons niet? Wacht... Tom! Ik draaide me om en zag zijn lichaam levenloos op de grond liggen.
"Eentje minder, nog 2 te gaan" lachte ze en keek me grijnzend aan.
"Tom!" riep ik en vloog er meteen naartoe. Stino gromde en keek haar vol woede aan.
"Je zult het nooit krijgen, begrepen?!"
"Oh, maar waarom heb ik dan al 1 edelsteen?" vroeg ze lachend en liet de steen in haar hand zweven. Die kon ze alleen van Tom afpakken als hij... Als hij echt dood was... Ik knielde naast hem neer en voelde de tranen prikken in mijn ogen. Hij was dood... Ze had hem vermoord, net zoals ze zijn vrouw vermoord had.
"Hier ga je spijt van krijgen!" riep Stino en waagde een frontale aanval. Hij liet zijn flank onbeschermd, dat was zijn fout. Zijn enige, maar ook ergste fout. Een fout die hem 5 seconden, 5 seconden maar, later het leven kostte. Vijf seconden, meer had zij niet nodig om te doden. Om de bliksem te laten inslaan en je hart te doen stoppen. Een traan rolde over mijn wang, wetende dat ik de volgende zou zijn. We hadden haar kwaad gemaakt en betaalden daar nu de prijs voor... We hadden haar niet gegeven wat ze wou en kregen daarvoor deze straf. De straf van de dood. Ik veegde het water uit mijn ogen en stond op, heel goed wetende dat ze maar een paar meter achter me stond. Ik draaide me langzaam om en voelde mijn bloed koken.
"Gelukkige verjaardag Sofie" grijnsde ze.
"Hopelijk heb je van je dag genoten"
Met dat knipte ze in haar vingers waardoor de bliksem op mij neerdaalde. Ik kon nog net een halve stap opzij doen, waardoor ik niet meteen stierf. Nee, ik leefde nog. Maar ik had zo ontzettend veel pijn. Zo'n ongelofelijke pijn... Ze leek wel in slow motion naar me toe te wandelen en bij me neerknielen.
"Deze is nu van mij" fluisterde ze en ontnam me mijn edelsteen. Met ze alle drie zou ze de poort naar de tussenwereld kunnen openen en het eeuwenklokje pakken. Maar alleen als ik hier niet eerder aan gedacht had...
"Ik zou je graag uit je lijden verlossen, echt waar" ging ze verder en stond op.
"Maar helaas word ik al ergens anders verwacht"
Ze lachte kwaadaardig en verdween in het niets. Ik kon voetstappen horen naderen, zelfs door alle pijn door. Iemand liep op me af, ik kon het voelen aan de trillingen in de grond.
"Mam!"
Alexa... Ze viel naast me neer en begon ontzettend hard te huilen.
"M-mam?"
"H-hey li-efje" kuchte ik opende mijn ogen een beetje.
"W-wa-waarom b-en... je n-ni-et op h-het b-al?"
"Mam, waarom heb je hier nooit wat van gezegd?" vroeg ze jammerend.
"Je verwondingen zijn zo erg... I-ik moet hulp gaan halen"
Ze wou opstaan maar ik hield haar tegen. Met het laatste beetje kracht dat ik nog over had greep ik haar pols vast en keek haar aan.
"Dr-a-ag zo-rg v-vo-r h-het kl-klo-kje..." zei ik, happend naar adem.
"D-dat is w-wa-t ze w-wil... Z-ze ma-g h-et ni-et kr-krij-gen..."
Ik voelde mezelf slap worden en hoorde Alexa nog mijn naam roepen. Maar het was te laat. Niets zou me nu nog kunnen redden...

Being the HeroWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu