Hoofdstuk 8

1K 123 18
                                    

Ik steek in een snelle beweging enkele messen in mijn riem, een andere vliegt met een noodvaart op een zwartharig meisje af, ik weet niet eens uit welk distict ze komt. Het is niet belangrijk, elke dode is een stap dichter bij huis. Een dapper meisje probeert nog een rugzak weg te grissen, maar met een simpel knietje op haar bovenbeen verlam ik haar waardoor ze op de grond in elkaar zakt. Ik snijd haar slagader door en ze krijst als een speenvarken. Maar ik mag geen medelijden hebben, niet nu. Anders word het mij fataal. Glimmer hakt ook lekker op iemand in en ik heb even tijd mijn messen te ordenen. Hier en daar pakken mensen lappen plastic en dat soort zooi, maar dat vind ik niet zo erg. Maar wèl dat een jongen mijn rugzak weg wil halen en Katniss daar ook staat. Woede stijgt naar mijn hoofd en ik begin te rennen. Een mes met veel kartels vliegt zijn rug in, hij hoest en zakt op de grond. Nu heeft Katniss geen menselijk schild meer en is ze helemaal voor mij. Ik grijns van geluk. Haar zusje, voor wie ze zich aanbood mag over een paar uur janken naast haar kist. Ik richt extra goed zodat ik weet dat ik niet mis, en ze kijkt me zo halfdood aan dat ik weet dat ze binnen enkele minuten helemaal dood op de grond ligt. Mijn mes vliegt recht op haar hoofd af, maar ineens houdt ze haar tas voor de plek waar mijn mes had moeten landen. Ik word zo pissig, dat ik naar haar toe wil rennen en haar mes in haar borstkas wil steken, maar er valt iemand anders aan op mijn bewaak-gedeelte van de spullen. Ik ben op dat moment zò boos dat ik een grote snee maak in zijn nek, zonder te kijken wie het is. En extra leuk voor de familie, maak ik een smiley op zijn buik met mijn mes. De ogen zijn diepe gaten op de plek van zijn maag en lever, en de grote halve boog op de plek waar zijn darmen zitten. Ik schop nog een keer tegen zijn dode hersens aan en kijk dan schichtig rond, op zoek naar mijn volgende slachtoffer. Glimmer stond zowat naast Katniss toen ze wegrende, dus die zal vast wel een eind aan haar leven hebben gemaakt. Ik negeer het gekrijs van de slachtoffers die Cato en Marvel nog onder handen nemen en bots tegen Glimmer aan. Ik wil mijn mes trekken als ze haar pijl op mijn nek richt, maar ze laat hem al snel zakken. Ze geeft me een voorzichtige knuffel.

"We leven allemaal nog, maak je geen zorgen." Zeg ik onverschillig.

Ze laat me weer los en knikt. Ze snapt vast wel dat ik met allemaal gewoon de beroeps bedoel. Ik ben trots op mezelf. Dan ineens, als het net rustig is geworden op de vlakte bij de hoorn, komt er een jongen aanstormen vanuit de struiken. Glimmer schiet een pijl, maar hij ontwijkt. Cato beukt tegen hem op.

"Niet zo slim hè, boertje?" Hij grijnst vals, maar de jongen is niet zo uitgeput dat hij niet meer kan praten zoals de meeste andere tributen hier.

Ik kniel naast Cato en de jongen neer. Ik herken hem van de trainingen, hij stond steeds maar bij het elektrische puzzelplatform. Ik vind hem een beetje een nerd met dat kapsel.

"Please, don't kill me!" Zegt hij smekend.

Ik frons en ook Marvel en Glimmer steken hun koppen erbij.

"Waarom niet? Omdat je oma hebt beloofd terug te komen zodat ze sokjes voor je kan breien?" Zegt Glimmer.

Het klinkt zo sarcastisch dat we allemaal beginnen te lachen, alleen de jongen vindt het niet zo leuk.

"Nee, ik kan jullie helpen." Zegt de jongen.

Het is wel duidelijk dat hij bang is voor ons en dat hij ons met zijn woorden wil overtuigen.

"Doe eens een poging." Zegt Marvel vals.

De jongen begint te ratelen over de mijnen in de grond die hij kan activeren, zodat als de tributen er ook maar een steen op laten vallen, ze de dood riskeren. Het klinkt mij niet al te praktisch in de oren, maar hij overtuigt ons ervan dat het zal werken.

"Om bijvoorbeeld jullie spullen te beschermen. Dan hoeft er niet iemand de hele tijd bij te zijn."

Cato knikt goedkeurend, en de anderen ook. Alleen ik twijfel nog.

"En in ruil daarvoor, moeten wij jou in leven laten?"

Hij knikt.

"Hoe is je naam?" Vraagt Marvel.

"Mitch." Zegt hij schor.

Cato gaat van zijn slungelige lijf af en trekt hem ruw omhoog. "Nou Mitch," zegt hij. "Succes ermee!"

We lachen allemaal weer, zeker als hij Mitch een plagerige duwtje geeft richting de hoorn. Wij beginnen met spullen opstapelen in een simpele piramide, en hij begint als een hond te graven. Ik vind het er zo leuk uit zien dat ik het beeld van een bange, gravende tribuut voor eeuwig op mijn netvliezen zal branden. Na een tijdje heeft hij de mijnen in de grond gestampt en activeert ze via een aantal elektrische draadjes. Ik heb geen idee wat hij doet, maar door zijn serieuze gezicht geloof ik hem wel. Ik kan maar beter niet bij die piramide komen, behalve als hij ze uitschakelt.

"Dan stel ik voor dat we even uitrusten, en vanavond verder gaan." Zeg ik.

De anderen knikken en gaan in een luie positie tegen een steen aan liggen. Ik leun zelf met mijn rug tegen die van Glimmer aan en sluit genietend van de zon mijn ogen. Het voelt alsof ik ben geslaagd voor de eerste test.

Ik ga voor de 10 votes, help je mee? Alvast bedankt!

Cloves HongerspelenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu