Hoofdstuk 23

408 35 9
                                    

Luna POV

Vermoeid draai ik me om in mijn bed. Ik kan de slaap maar niet vatten. Misschien komt het doordat ik te veel pieker. En dan over het feit dat ik ben meegegaan met Rose en mijn vrienden 'verraadde'. 

Maar ik verraadde ze niet, ik beschermde ze. Dat weet Sirius, want dat heb ik hem zelf gezegd. En als hij al heeft verteld aan de anderen dat ik meeging met Rose, kunnen ze me niet tegenhouden. 

Misschien hadden ze me kunnen beschermen, ja. Maar ik weet dat dat te veel werk en tijd kost. We hebben school en zo, en de leraren moeten gewoon lesgeven. Daarbij, als de hele school weet dat ik bij de dochter van Je-Weet-Wel ben, raakt er paniek. 

Niet dat iedereen mij kent. Maar de afgelopen weken ben ik de vriendin van Sirius Zwarts, een erg populaire Marauder. En natuurlijk kennen veel leerlingen Tyler en Josh, dus mijn naam ook wel. Maar het is niet dat als ze mijn naam horen, dat ze aan mij denken.

Ik begin in herhaling te vallen, denk ik bij mezelf. 

Chagrijnig wrijf ik in mijn ogen. Ik moet gaan slapen, morgen moet ik met Je-Weet-Wel praten. Wie weet krijg ik wel het Duistere Teken op mijn arm. Oh shit, ik wil geen Dooddoener worden. Ik hoef niet voor eeuwig vast te zitten aan het kwaad. Ik ben alleen meegegaan voor bescherming voor mijn vrienden -zoals al eerder ter sprake kwam-. 

Ik rol op mijn rug en staar naar het plafond. Mijn gedachten willen maar niet uit. Hoe laat is het eigenlijk? Zie, ondanks dat het nu niet over mijn 'verraad' gaat, maar over de tijd, zijn mijn gedachten nog niet uit.

'Nog wakker?' klinkt er naast me. Een schok gaat door me heen, als ik me besef dat het Rose is.

'Ja,' zucht ik zacht en draai mijn hoofd naar haar toe.

'Lumos,' fluistert ze en haar toverstok ligt op, zodat het niet zo donker is. 'Ik kan ook niet slapen.'

'Hoezo?' vraag ik met een zachte stem.

'Ik voel me gewoon schuldig dat ik je heb moeten laten kiezen tussen met mij gaan, of dat ik Josh ontvoer en jou ermee lok,' antwoordt Rose.

Ik ga rechtop in het bed zitten. 

'Ik pieker er over of ik wel de juiste keuze heb gemaakt,' zeg ik. Rose weet waar ik het heb en knikt beschaamd.

'Zou ik ook doen als ik jou was,' zegt ze. 

We zwijgen voor een paar minuten. Ik heb mijn benen opgetrokken tot mijn borst en staar naar de deur, alsof het elk moment open kon gaan. 

'Zullen we naar buiten?'

Ik kijk Rose verbaasd aan. 'Het is midden in de nacht.'

Ze haalt haar schouders op en stapt uit bed om een trui aan te trekken. Daarnaast trekt ze sokken en haar gympen aan. 

Ik zit nog steeds op het bed. 

'Kom nou,' zegt Rose ongeduldig en ze gooit me mijn Ravenklauw-sweater. 

Ik trek de trui verslagen over mijn hoofd en pak ook een paar gympen. Snel doe ik ze aan en pak mijn toverstok. 

Rose loopt de slaapkamerdeur uit en ik volg haar nadat ik lumos fluisterde en mijn staf oplichtte. Vlug loopt Rose de trappen af en ik moet moeite doen om haar bij te houden, terwijl ik geen geluid mag maken. 

Uiteindelijk komen we aan bij de voordeur waar we vanmiddag doorheen kwamen.  Rose maakt de deur open en we lopen er snel doorheen, waardoor de koude wind mijn gezicht omhult.

Ze sluit de deur en we blijven even staan. 

'Je merkt dat het oktober is, hè?' zeg ik met een trillende grijns. Mijn tanden klapperen kort op elkaar en Rose schiet in de lach van het tikkende geluid.

'Echt wel,' antwoord ze en ze veegt wat van haar donkerbruine haar uit haar gezicht. 'Voor jou is dat al Halloween. Zo met al die griezels hier.'

Ik knik en snuif de frisse lucht op. 

'Dus,' zeg ik de s sissend. 'Wat nu?'

Rose lacht. 'Ik heb geen idee, ik wilde gewoon naar buiten.'

Ik blaas tussen mijn tanden door. 'Wat rond lopen, anders?'

Rose stemt in en we lopen wat door de grote tuin heen. Intussen praten we wat. Ik vertel over de dingen die ze heeft gemist op Zweinstein en zij praat over -en ik citeer- hoe irritant  die Dooddoeners zijn.

Na een tijdje lopen we de onverharde weg richting de bewoonde wereld op. 

'Nou, 't was gezellig en tot morgen,' doet Rose net als Dreuzels die hadden afgesproken en de ander naar huis moest. 

'Yeah,' zeg ik. 'Dáág!' Ik ren de onverharde weg op en zwaai naar Rose. 

Diep in gedachten wil ik echt wegrennen en Verdwijnselen zodra ik uit het zicht was, maar ik doe het niet. 

Ik loop terug naar Rose en ze grinnikt.

'Ik denk dat we nu wel weer naar binnen moeten,' zegt ze en ik wil eigenlijk helemaal niet terug naar het huis van Je-Weet-Wel, maar volg Rose toch. 

Uiteindelijk als we bijna bij de voordeur zijn, krijg ik een steek in mijn pols. Ik grimas en probeer te bedenken waardoor het komt. Ik stootte me nergens tegen aan of zo, en had geen rare bewegingen gemaakt. 

We lopen het huis binnen en Rose sluit zacht de deur achter ons. 

'Kom,' zegt ze, als ik blijf treuzelen bij een schilderij die me nog niet eerder was opgevallen. Rose pakt mijn mouw vast en trekt me verder de hal in. 

'Goede avond, dames,' klinkt een stem vanuit de woonkamer. 



Marauders: Captured SoulWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu