Hoofdstuk 26

419 30 6
                                    

Mijn voeten raken de grond, zodra we Verschijnselen in Zweinsveld. De kou omhult mijn gezicht en ik knijp mijn ogen iets samen.

'Thuis,' fluistert Rose buiten adem. Ik knik opgelucht en loop het kleine straatje uit, waar we Verschijnselden. Het ruikt er heerlijk naar houtkachel. Een warme en vertrouwde sfeer verspreidt in me en mijn mondhoeken krullen iets omhoog. 

Zweinstein verschijnt als we de hoek omlopen en Rose versnelt haar pas. 

Al snel lopen we het terrein op en stappen we het vertrouwde bordes op. Er was niemand. Het was ook net na drieën, dus iedereen heeft nog les. 

'Dus,' zeg ik, zodra we voor de deuren van de Grote Zaal staan. 'En nu?' Rose bijt op haar lip en kijkt om haar heen. 

'We hoeven niet naar de keuken, we hebben genoeg eten.' Ze wijst naar haar rugzak en ik grijns. 

'Laten we gewoon naar de Slaapzaal gaan,' stel ik voor. 

'D-de meiden gaan vragen stellen,' brengt Rose ertegenin. 

'Nou en?' zeg ik. 'Ik- we zeggen gewoon dat het een lang verhaal is en we het vertellen als iedereen er is, zodat we het niet tien keer hoven te vertellen.'

Rose knikt verslagen en we lopen de trappen op. Af en toe komen we wat mensen tegen, maar dat zijn van die mensen die niet weten wat er gaande is. Van die eerstejaars Huffelpufjes, of zo. 

Uiteindelijk komen we bij de hoge toren van Ravenklauw uit en -gelukkig weet ik het wachtwoord nog- we lopen zonder het kleine aantal mensen een blik te geven naar de Slaapzaal. Daar is niemand. 

Ik plof op mijn vertrouwde bedje en zucht opgelucht. Ook Rose zucht genietend van haar dekbed. 

'Het voelt alsof ik hier al geen eeuwen ben geweest,' murmel ik tegen mijn kussen. 

'Je bent maar één nachtje weggeweest, ouwe,' zegt Rose grinnikend en ik rol mijn ogen. 'Ik dacht dat je zestien was.'

'Ik ook,' lach ik en Rose gooit een keizerbroodje naar me toe, die ik "soepel" opvang met mijn schouder en pols. Vraag me niet hoe ik dat voor elkaar krijg. 

Gulzig neem ik een hap. Ik heb niet ontbeten vanochtend, omdat ik bang was Je-Weet-Wel tegen te komen en weer gemarteld te worden. (Ik heb er nog steeds spierpijn van)

Op ons gemakje eten we het een en ander op uit de tas van Rose, terwijl we opgelucht kunnen praten dat we thuis zijn.

'Jezus, Maddy,' vloekt Jane, zodra ze de Slaapzaal binnenstapt en verstijfd, zodra ze ons ziet. 

'Ik heb geen zus,' dist Maddy haar vriendin en loopt ook binnen en botst half tegen Jane op. 'Oh My Merlin!'

'H-hoi,' zeg ik en zwaai ongemakkelijk. Het blijft even stil.

'Luna!' roept Jane uit het niets. Ik kijk haar verschrikt aan. 'Waarom zei je dat je naar huis moest, terwijl je meeging met Ro- McArdi?!'

'L-lang verhaal...?' vraagt Rose half en kijkt van mij naar onze twee kamergenoten. 

'Luister,' begin ik en sta op. 'We leggen het uit, maar dan moet iedereen erbij zijn, omdat we het niet tien keer willen vertellen.'

Jane knikt en wenkt ons met hun mee te lopen. Rose laat haar broodje op haar nachtkastje liggen en ik stop de laatste helft van mijn croissant in mijn mond, waarna mijn vriendin me afkeurend, maar grijnzend aankijkt. 

Halverwege de trap komen we Louise tegen en ze kijkt ons verbaasd aan. Jane fluistert iets in haar oor en een pijnlijk gevoel gaat door me heen. Misschien fluisterde ze dat ik misschien onder de Imperius-vloek verkeer en nu iemand zoek om te vermoorden, of zo.

Al snel staan we voor het schilderij van de Dikke Dame, die naar de Griffoendor-toren leidt en zegt Jane het wachtwoord. 

Ik klim -zoals gewoonlijk- "soepel" door het gat in de muur en hoor ik een meisje gillen, zodra we de Leerlingenkamer in lopen. 

Zoekend naar het meisje dat zo gilde, zie ik dat Josh en Tyler samen met de Marauders en de Griffoendor meiden op de sofa's zitten. 

Meteen krijg ik geen adem, zodra Josh op me af sprint en me doodknuffelt. 

'Salutations, broertje,' zeg ik zacht en piepend en klop mijn hand op zijn schouder. 

Uiteindelijk laat Josh me los en wordt ik half tegen de muur gedrukt als Sirius me ook doodknuffelt. 

'We hadden je kunnen beschermen,' fluistert hij in mijn oor en ik leg mijn hoofd op zijn schouder. 

'Ik wilde jullie beschermen,' fluister ik terug. 

Sirius laat los en ik kijk naar Rose. Ze staat schuldig tegen de muur en staart naar haar voeten. 

'Kom,' zeg ik tegen haar en we lopen naar de groep. Klaar om alles te vertellen. 

***

Vermoeid sluit ik mijn ogen als ik Sirius hand pak. Ik hoor hem praten tegen zijn vrienden, maar het klinkt te ver weg. 

Ik kan alleen maar denken aan hoe iedereen reageerde. Ze reageerde verbaasd, geschokt, maar ook begripvol. Gelukkig begrepen ze dat ik hun wilde beschermen en dat ik nu veilig hier ben. Ze accepteerde gelukkig ook dat Rose met mij meeging, omdat ze niet bij haar vader wilde blijven. 

Ze is nu wel samen met Maddy, Jane en Louise naar Perkamentus om het een en ander te regelen. Hopelijk mag ze blijven en wordt het net als vroeger -misschien wel beter-.

Ik heb nu wel veel meer vrienden, wordt niet meer gepest en heb verkering met Sirius Zwarts. 

Het enige slechte wat we kunnen verwachten is dat Je-Weet-Wel naar Rose opzoek gaat en ik alsnog gemarteld wordt. Maar daar denken we nu even niet aan.

Nu gaat het erom dat Rose en ik veilig op school terug zijn. 

Plots knijpt er iemand in mijn neus en ik schrik op. Nu pas besef ik dat half in slaap was gevallen op Sirius' schouder. 

Tyler staat voor me.

'We gaan naar onze kamer,' zegt hij en kijk verder en zie Josh al bij het gat in de muur staan. 'Ga je mee?'

Ik knik en sta op. Sirius knipoogt naar me voordat ik met Josh en Tyler de Griffoendor-toren verlaat. We lopen naar de Ravenklauw-Leerlingenkamer en ik ga meteen door naar de slaapzaal waar de andere meiden al zijn. 

'En?' vraag ik nieuwsgierig over het gesprek met Perkamentus. 

'Ik mag blijven!' roept Rose blij en ik grijns van oor tot oor. 

'Kunnen we al wel gaan slapen?' vraagt Jane vermoeid. 'Ik weet dat het pas rond achten is, maar ik ben doodop.'

'Ik ook,' zegt Louise en we stemmen in dat we gaan slapen.

Binnen vijf minuten is iedereen omgekleed en kruipen we onze bedden in. 

'Welterusten,' wens ik iedereen een goede nacht. De anderen mompelen iets en het licht gaat uit. 

Eindelijk een nacht zonder zorgen.




Marauders: Captured SoulWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu